Het zijn hoogtijden voor de technische analisten. De huidige daling was vrij voorspelbaar (zie voorgaande columns) en ze verloopt daarenboven nog krachtig ook. Sterke trends zijn mogelijk de belangrijke vereiste voor het goed presteren van technische analyse, een analysemethode die naar mijn mening dezer dagen nog steeds te weinig aanzien krijgt. De sterke daling is, gezien het overmatige slechte nieuws, niet onterecht te noemen. Zolang de fundamentele problemen nog steeds aanwezig zijn, zie ik geen reden om naar boven te kijken. Hooguit een handelstechnisch herstel reken ik tot de mogelijkheden.
De scherpe daling van de afgelopen weken heeft zijn gevolgen op vele indicatoren. Die duiden op overpessimisme en kunnen erop wijzen dat er een handelstechnisch herstel, zoals vandaag al het geval was, kan worden ingezet. De onderstaande indicator meet het percentueel verschil tussen het exponential moving average (EMA 10) en het EMA200 van de Call/Put-ratio en wordt de PPO genoemd. Er wordt aangenomen dat een waarde hoger dan 10 wijst op overpessimisme en waarden lager dan ‑10 op overoptimisme. De rode en groene verticale lijnen worden gezien als correcte signalen, de blauwe als valse. De kans dat er een kleine opwaartse correctie komt is dus groter dan dat de beurzen verder ineenzakken. Let wel op dat dit de korte termijn beslaat. Een herstel van enkele procenten kan genoeg zijn om de PPO terug op normale niveaus te doen brengen en een vervolg van de daling in gang te doen zetten.
Het herstel dat vandaag werd ingezet komt niet als een verrassing als we de volgende uurgrafiek van de AEX bekijken. De positieve divergentie was één van de signalen hiervoor. Vandaag werd ook het diamantpatroon opwaarts gebroken hetgeen bullish is. Let wel op dat dit een uurgrafiek is en het dus de zeer korte termijn betreft. Het 38,2% fibonacciniveau is het eerste richtpunt waar naar gekeken moet worden.
De volgende daggrafiek van de S&P 500 laat ons toe de richtpunten te bekijken. Een herstel tot het fibonacciniveau van 38,2% die samenloopt met belangrijke weerstand is goed mogelijk. Eventueel kan ook tot een etage hoger geklommen worden waarbij de 1305 of het MA20 het eindpunt kan zijn.
De daling van de afgelopen weken heeft ervoor gezorgd dat de steun bij de VIX, de graadmeter voor volatiliteit, staande bleef. Ook de RSI bleef tijdens de stijging van 2010 nooit onder het niveau van 40 en oversteeg vorige week opnieuw de belangrijke grens van 50. Het MA50 kan snel opwaarts gekruist worden waarbij de weg open ligt tot de zone van de 30, een belangrijke grens.
China heeft kopzorgen op dit moment en dit heeft ook zijn weerslag op de iShares Emerging Markets index. De trendlijn lijkt het te begeven en ook een negatieve cross met het MA200 zit er aan te komen.
Tenslotte wil ik u mijn visie over de lange termijn meegeven. Deze laatste grafiek betreft de S&P 500 op maandbasis. Als de huidige candle, deze van juni, er niet in slaagt binnen of boven de stijgende wig te sluiten, ziet het er vrij zorgwekkend uit voor de beleggers. Dit zou immers betekenen dat de daling van 2008 kan worden voortgezet en er een sprake is van een lagere top in mei. Het feit dat de ganse stijging sinds 2009 is gebaseerd op dalend volume vergroot de kans op dit zeer pessimistische scenario. Toch zijn deze vooruitzichten vooralsnog zeer voorbarig. Een duik onder de top van begin 2010, die op de grafiek als steun wordt aangeduid, zou een sterk signaal zijn dat het voorbarige karakter achterwege mag gelaten worden.
Kort samengevat staan naar mijn mening bepaalde indicatoren laag om nu een stevige duik te kunnen nemen. Daarom verwacht ik de komende dagen eerder een opwaartse of zijwaartse correctie. Eens bepaalde niveaus bereikt zijn, is de kans groot dat de daling hervat wordt. Ook op lange termijn ziet het er, onder voorbehoud, vrij benard uit voor de bulls, getuige daarvan de laatste grafiek.
Bert Dewitte
Publicist US Markets