Stookolie met als (Belgisch, van het Russisch afgeleid) synoniem mazout is een vloeibaar, brandbaar derivaat van aardolie, dat bijna uitsluitend gebruikt wordt voor verwarming door particulieren. Voor industriële toepassingen gebruikt men zg. fuel, verwant met stookolie maar met een hoger kookpunt en hogere viscositeit.
Er bestaan drie soorten stookolie, die afhankelijk van stijgende viscositeit en kookpunt worden aangeduid als — ‘zwaar’, ‘halfzwaar’ en ‘licht’. In de context van dit dossier hebben we het over lichte stookolie (ook huisbrandolie of mazout genaamd), gebruikt voor de verwarming.
Nauw verwant maar toch afwijkend op sommige vlakken is diesel, gebruikt als motorbrandstof. Wegens de hoge taxatie op diesel is het prijsverschil des te groter, want deze laatste brandstof kan gemakkelijk dubbel zo duur zijn als stookolie. De verleiding om de tank van je wagen te vullen met stookolie is dus groot.
Dat weet de fiscus maar al te goed en daarom bevat stookolie een rode kleurstof en furfuraldehyde. Die kleurstof kan mits enige operaties met eenvoudige chemicaliën verwijderd worden, maar het furfuraldehyde laat zich niet strikken. Wie rijdt met ontkleurde stookolie, valt toch door de mand en heeft een kloeke boete te betalen. En probeer het niet t edoen met een compromis diesel + stookolie. Want zelfs diesel die 2 tot 3% stookolie bevat, valt al door de mand van de douane, die geregeld chauffeurs van de baan plukt voor tests terzake.
Buiten dat risico voor penalisering is er nog een minpunt verbonden aan stookolie als motorbrandstof. De motor presteert minder goed dan met diesel, er ontstaan afzettingen, de uitstoot voldoet niet meer aan de norm en op termijn zijn serieuze beschadigingen niet uit te sluiten.
Waarom is dat zo? Stookolie bevat tot 200 maal meer zwavel dan diesel en dat leidt tot veel te veel emissie van zwaveldioxide, de oorzaak van zure regen. Bovendien tast zwaveldioxide bepaalde delen van de motor aan. Verder is de dichtheidheeft van stookolie hoger dan deze van diesel, wat zich uit in de genoemde afzettingen en verminderd vermogen. Ook is het zo, dat de zg. cetaanindex van stookolie te laag is, zodat de motor kan haperen bij wisselende belastingen. En uiteindelijk bevat diesel speciale additieven die ervoor zorgen dat ook bij koud weer de eigenschappen bewaard blijven.
Stookolie is wel brandbaar, maar om efficiënt te zijn moet ze verneveld worden door een elektrisch aangedreven pomp. De geproduceerde warmte is even groot als deze van diesel.
Stookolie kan gemengd worden met biodiesel, afkomstig van koolzaad, maïs, palmnoten, sojabonen enz. Op ecologisch gebied zijn stookolietanks onderworpen aan strenge reglementering omdat lekkages heel veel schade kunnen toebrengen aan het milieu.
In Nederland heeft aardgas (om begrijpelijke redenen) stookolie bijna geheel verdrongen als brandstof voor verwarmingsdoeleinden. In België is dat niet zo. De grafiek hierboven toont voor het Brusselse Gewest de evolutie van de prijs van stookolie (mazout) tegenover deze van aardgas van het jaar 2000 tot en met 2009. Tot 2006 was mazout goedkoper, in 2007 veranderde de situatie, in 2008 waren beide even duur maar in 2009 was stookolie gemiddeld 21% goedkoper dan aardgas. Van 2000 tot 2009 is de prijs van mazout met 35% gestegen, deze van aardgas met 51%.
De NYMEX Index geeft de futures weer van de Amerikaanse stookolieprijs. Zoals bovenstaande grafiek aanduidt, is hier op één jaar tijd een stijging van ca 70% vast te stellen.
Jan Van Besauw