![](/images/legacy-images/images/071207--jvb-+-U-mijn.gif)
Uranium terug hot item
In ons artikel Kernenergie opnieuw aan zet van 28 juni ll. hadden we het over uranium, meer bepaald over de voorraden, de vraag ernaar en het standpunt van de Australische eerste minister John Howard die propaganda maakte voor de bouw van kerncentrales in Australië en daarmee inging tegen de grondwet van het land van de kangoeroes. Intussen is Howards rijk uit. Sinds maandag 3 december ll. is hij als premier vervangen door Kevin Rudd, die als eerste beleidsdaad direct zijn handtekening zette onder het Kyoto Protocol, waardoor Australië zich engageert om tegen 2012 de uitstoot van broeikasgassen drastisch te verminderen. Hiermee is de toon gezet voor Rudds beleid. Waarschijnlijk zal er van de door voorganger Howard vooropgestelde bouw van Australische kerncentrales niets in huis komen, althans de eerste jaren niet. Want je weet maar nooit wat er kan gebeuren in de wedren naar energie.
Er blijkt in alle geval nood te zijn aan nieuwe kerncentrales, want wereldwijd zijn er 33 in aanbouw. Een jaar geleden waren dat er nog 28. Als al deze centrales aan het werk zullen zijn, verdubbelt de productie van nucleaire elektriciteit.
Dit alles impliceert vanzelfsprekend dat er voldoende uranium voorradig moet zijn. Op dit ogenblik zijn er oppervlakkig weinig zorgen te maken in dit verband. Immers, alle uranium dat de huidige centrales gebruiken komt van drie bronnen:
- eigen voorraad +
van elektriciteitsproducenten (45%)
— mijnbouw (35%)
— herwinning uit militair nucleair materiaal (20%)
Tot op heden moet mijnbouw tevreden zijn met een tweede plaats als toeleverancier. Daardoor is er niet de maximale druk op de ketel en werd het zoeken naar nieuwe uraniumvindplaatsen steeds maar uitgesteld. Maar dat zou wel eens snel kunnen veranderen, want zowel de voorraden opgeslagen bij de elektriciteitsproducenten als deze afkomstig uit militaire bron beginnen te slinken.
Hierboven zien we de vlucht die de uraniumprijs (om precies te zijn, de prijs van het oxide U3O8, gebruikt als kernbrandstof) genomen heeft: meer dan vertienvoudigd sinds april 2003. In het tweede kwartaal van dit jaar piekte de prijs rond 135 USD, dat was 80% hoger dan in januari van dit jaar. Dan kalfde de prijs weer wat af, vooral wegens berichten dat in Europa aan kernenergie een halt zou worden toegeroepen. Toen werd bekendgemaakt dat het allemaal zo’n vaart niet zou lopen beseften de beleggers, dat de vraag naar uranium zou stijgen en kwam de rebounce in bovenstaande grafiek.
Kerncentrales in opbouw, bestaande centrales die langer actief blijven, slinkende voorraden: de uraniumproducenten wrijven zich vergenoegd in de handen. Vergenoegd, maar ook bezorgd. Want de productie van het radioactieve metaal opdrijven, dat doe je niet in een handomdraai. Integendeel, het is zelfs nog moeilijker dan meer aardolie oppompen. Er moet prospectie komen naar nieuwe vindplaatsen en daar waar de uraniumaders al gekend zijn, moet heel wat graaf- en infrastructuurwerk gebeuren. Het duurt 10 tot 15 jaar tussen ontdekken van uraniumerts en het leveren van het gebruiksklare product. In deze periode kan er veel gebeuren, niet in het minst op politiek niveau. Want net als aardolie is uranium een politiek gevoelig thema. Een wisseling van machthebbers kan de exploitatie belemmeren, zoniet stopzetten.
Laten we even de situatie van drie belangrijke uraniumproducenten bekijken, nl. de ondernemingen Areva (Frankrijk), Cameco (Canada) en Rio Tinto (VK-Australië).
Omdat Areva een Frans bedrijf is en dus relatief dicht bij huis, gaan we er wat dieper op in. Op dit ogenblik concentreert het bedrijf het gros van de uraniumwinning op Niger. De overheid van deze Afrikaanse republiek (hoofdstad Niamey, oppervlakte 1,267 miljoen km², ca13 miljoen inwoners, voor 98% moslims) heeft in het licht van de stijgende uraniumprijs de contracten met Areva herzien. Als gevolg van deze onderhandelingen zijn de exploitatietarieven verhoogd. Daardoor zit Areva min of meer in de tang, want met haar cliënteel heeft de firma langetermijnovereenkomsten die nu tijdens moeizame gesprekken moeten herbekeken worden.
Daarom richt Areva de blik op andere locaties. Op korte tot middellange termijn komen onder haar beheer uraniummijnenen in Canda, Namibië (2009), in Zuid-Afrika en in de Centraalafrikaanse Republiek (2012). Er zijn ook besprekingen aan de gang met Kazachstan. Tegen 2012 wil Areva de productie opdrijven van de huidige 6.000 ton (15% van de wereldproductie uranium) naar 12.000 ton.
Op hun beurt zijn beide andere groten op het gebied van uraniumwinning Cameco en Rio Tinto ook op zoek naar nieuwe ertsaders. En ze zijn hiermee niet de enige. Naar schatting 400 bedrijven (bestaande en pas gecreëerde) zijn ijverig op zoek. Van de velen die zich geroepen voelen, zal blijken dat weinigen uitverkoren zijn.
Hoe dan ook, we kunnen ons de komende jaren verwachten aan een ‘uraniumrush’, net als de fameuze gold rush (eigenlijk waren het er meerdere) in de 19de eeuw.
Jan Van Besauw
Publicist voor US Markets
Ondergetekende is een gepensioneerde marketing manager. Hij schrijft voor US Markets o.m. columns, nieuwsberichten en artikelen over diverse onderwerpen. Hij heeft op het moment van schrijven geen materieel belang of bezit in de besproken bedrijven of beleggingsinstrumenten.