DE SOX (PHILADELPHIA SEMICONDUCTORINDEX) NADER BEKEKEN:
Na de recente sell-off op de beurzen loonde het de afgelopen dagen wel de moeite om enkele aandelen, indexen en dergelijke meer van naderbij te bekijken. Intussen was het voor de attente belegger reeds mogelijk een opwaarts ritje mee te nemen. Vergelijk dergelijke klappen altijd met het hard op de grond werpen van een bal, omhoogketsen doet ze en dat is bij aandelen niet anders.
Wat mij betreft is de opgaande beweging, ook al is die korte termijn gezien, nog niet voorbij en dus zijn er nog indexen en aandelen die de volgende dagen of misschien paar weken een ritje voor de boeg hebben.
De Philadelphia Semiconductorindex of SOX hoort in dit rijtje thuis. Ik plaats hieronder dus een aantal vaststellingen die mijn visie voor een te verwachten korte opgaande rit in de sox moeten ondersteunen.
- Allereerst zien we dat we gemeten vanaf de bodem op 350 tot de top op 560 het 50%-fibonacciniveau hebben bereikt. Eerder had ik hier in februari de mogelijkheid gemeld voor de vorming van een handle als onderdeel van een cup-with-handle patroon maar met de daling van de afgelopen weken lijkt het wel dat we die mogelijkheid best even buiten beschouwing laten, hoewel ze nog steeds niet helemaal uitgesloten is. Om die mogelijkheid te behouden zie ik dan natuurlijk de sox wel liefst niet onder dit 50-fiboniveau komen. Voor de korte termijnanalyse beschouw ik het bereikte niveau echter als degelijke steun temeer daar de index met deze stand ook teruggevallen is op de top uit december 2004. Een top die dus als degelijke steun kan beschouwd worden.
- Een tweede gegeven is dat we vanaf de top een duidelijke a‑b-c beweging herkennen. Nu ben ik niet zo’n EW-aanhanger dit wegens “te subjectief” om voor mij althans nog zijn nut te hebben, maar ik hou wel de bewegingen in de gaten. Nemen we de top van 560 tot de bodem van 490 dan hebben we een verschil van 70 punten. Die 70 punten brengen we dan in mindering van de top van april die op 535 lag. Als doel bekomen we dan 535 – 70 = 465. Het uiteindelijk bereikte punt was 456 en dus niet zo ver uit de buurt van de berekende 465.
- Gezien de steunlijn die we trekken onder de bodems van april en november 2005 eveneens op dit niveau uitkomt beschouw ik deze lijn als derde indicatie van waaruit een opgaande reactie kan starten.
- Een volgend gegeven wat opnieuw mijn verwachting ondersteunt ligt in het feit dat de index de steunlijn van zijn dalend kanaal heeft bereikt. Dit kanaal heeft als dalende weerstandslijn de lijn over de toppen die gevormd werden in de index. De evenwijdige steunlijn ging eerst door de bodem van januari en maart, maar hoewel de voorbeelden naar ik meen zeldzaam zijn, gebeurt het nog dat we dubbele trendlijnen nodig hebben om een kanaal echt te zien. Ik heb de steunlijn dus verplaatst en heb ze nu getrokken vanuit de top van december 2005.
Betrekken we dan even een paar indicatoren in onze analyse dan zien we in de stochastics een positieve divergentie. Deze indicator stijgt terug en steekt zijn neus uit boven het 20-niveau.
Vanuit de stochastics wordt de aanname voor een opwaartse reactie dus ondersteund.
Kijken we dan naar de DMI dan zien we dat de relatieve afstand tussen DI – en DI + toch aardig groot is. Beide lijnen mogen dus verondersteld worden naar mekaar toe te gaan bewegen.
Gebruiken we voor een doelbepaling opnieuw de Fibonacciniveaus, maar deze keer getrokken met als top 560 en als bodem 456 dan zien we dat de zone 480⁄495 als haalbaar mag aangenomen worden.
De conclusie is wat mij betreft duidelijk. De sox staat klaar om een opgaand ritje te maken. Wel moeten we er ons bewust van zijn dat die korte rit in eerste instantie niet zodanig veel potentieel heeft. Inspelen op de opgaande beweging zou kunnen middels een goed gekozen turbo, hoewel er natuurlijk ook aandelen zullen te vinden zijn uit de sector waarmee op de kortetermijnbeweging kan ingespeeld worden.
Edwin Vandamme
Technische Analyse