![](/images/legacy-userimages/userimages/060327-116-metFe-erts.gif)
Grondstoffen of basisproducten, meestal aangeduid met de Engelse term ‘commodities’ zijn nu al enkele jaren een hot item geworden. In een reeks van zeven artikelen belichten we dit complexe thema. We kijken naar de situatie in diverse economieën, vooral vanuit het oogpunt van eventuele beleggingskansen.
Beleggen in grondstoffen? — deel 1
Als we de overkoepelende Reuters Jefferies Index (RJI) bekijken, dan zien we vanaf eind 2001 tot op heden een voortdurende en indrukwekkende stijging:
De RJI stond in januari 2002 op ca 183 punten en bereikte op 30 januari 2006 het niveau van ca 350 punten, een stijging van meer dan 90%. Deze index bevat futures van de prijzen van volgende 19 grondstoffen, resp. basisproducten:
- levend vee,
- katoen,
- sojabonen,
- suiker,
- diepvries concentraat van oranjesap,
- tarwe,
- cacao,
- maïs,
- goud,
- aluminium,
- nikkel,
- loodvrije benzine,
- ruwe olie,
- aardgas,
- stookolie,
- koffie,
- zilver,
- koper en
- mager varkensvlees.
In januari 2004 hadden we het in het artikel Over goud, olie en sojabonen trouwens al over het stijgende succes van commodities als beleggingsinstrument.
Begin januari ll. ging Barclays Capital ervan uit, dat dit jaar in de VS de investeringen in commodities met 57% gingen stijgen van 70 naar 110 miljard dollar. Daarmee zou de trend van vorig jaar worden voortgezet, toen de beleggingen in commodities stegen van 45 naar 70 miljard dollar. Barclays baseerde zich op het veranderende beleggingsgedrag van pensioenfondsen en andere institutionelen die zochten te diversifiëren t.o.v. hun ‘klassieke’ portfolio’s van aandelen en obligaties.
Onderstaande grafieken illustreren de voortdurend stijgende grondstoffenprijzen, zowel van de olie, wat ons niet verwondert, maar ook van niet edele en edele metalen.
De commodities danken hun waardestijging uitsluitend aan de steeds toenemende vraag, niet alleen van gevestigde industriestaten zoals Duitsland en de States, maar zeker ook van de groeiende economieën, waarbij we moeten vermelden China, India, Japan en Zuid-Korea.
China alleen kocht in 2005 meer dan 1⁄5 (22%) van alle commodities! En het ziet er niet naar uit, dat er in de nabije toekomst verandering is te verwachten, want China staat bijna dagelijks onder druk van de Amerikaanse overheid om zijn munt, de yuan, op te waarderen tegenover de dollar. Als dat gebeurt, zal de koopkracht van China alleen maar verbeteren en zullen er nog meer basisproducten hun weg vinden naar het land rond Beijing.
Niet alleen omwille van China zullen de commodities alleen maar duurder worden. We moeten ook denken aan de immer groeiende wereldbevolking. Sinds 2000 kwamen er jaarlijks 76 miljoen mensen bij, zodat we in 2005 met z’n 6,5 miljard waren. De meest recente verwachting is ca 9 miljard mensen in 2050, rekening houdend met een ‘natuurlijke’ daling van de vruchtbaarheid. Maar 9 miljard is nog altijd 38% meer dan 6,5 miljard. In dit licht zal de vraag naar grondstoffen met een factor 25 à 40% toenemen. Voeg hierbij het feit dat de grondstoffen niet hernieuwbaar zijn (uitputten van de natuurlijke voorraden, onvoldoende landbouwareaal) en het is duidelijk dat de prijsgrafieken voorlopig geen zuidwaartse richting zullen kiezen.
In een volgend artikel van deze reeks zullen we het meer in detail hebben over China.
Jan Van Besauw
Columnist voor US Markets
Columnist voor US Markets
27 maart 2006.
Ondergetekende is een gepensioneerde marketing manager. Hij schrijft voor US Markets columns en financiële berichten..
Reacties kunt u sturen naar: jan@usmarkets.nl