Fannie en Freddie op rand afgrond
Via de media vernamen we zopas de teleurgang op vrijdag 11 juli 2008 van IndyMac Bancorp, de tot dusver NYSE-genoteerde holding waaronder IndyMac Bank ressorteerde, de grootste rechtstreekse hypotheekbank van de VS.
Hierboven ziet u de ineenstorting van het aandeel IMB. Inderdaad, het doek is gevallen voor de Californische IndyMac Bank. Vanwege de Amerikaanse overheid heeft als noodingreep de IndyMac Federal Bank opgericht, waar de meeste klanten van IndyMac terecht kunnen, in principe zonder persoonlijk nadeel. Iedereen gelukkig tot dusver. Maar als we het kostenplaatje zien dat aan deze ‘redding’ verbonden is, dan wordt het andere koek. Ten eerste hebben de afgelopen weken vele klanten hun rekening bij IndyMac leeggemaakt, waardoor er voor ca 1,3 miljard dollar (0,82 miljard euro) activa zijn weggevloeid. Daarenboven worden de kosten voor de overname door de overheid geraamd op
4 tot 8 miljard dollar (2,5 tot 5miljard euro), ook niet min en ongeveer 10% van de officiële reserve die voor dit soort zaken opzij wordt gehouden.
De oorzaak voor deze financiële catastrofe is te zoeken bij de problemen waarmee de grootste twee hypothecaire kredietverstrekkers van VS worstelen. En zo belanden we bij Fannie Mae en Freddie Mac.
Deze semi-overheidsbedrijven hebben al een hele poos te lijden onder de kredietcrisis.
Want ze moeten leven van de interesten op de miljarden die ze lenen aan hypothecaire en verzekeringsmaatschappijen en die bronnen komen al langer hoe droger te staan.
Vorige vrijdag 11 juli 2008 hebben weer veel tot dusver ‘believers’ afgehaakt en hun aandelen (met verlies) van de hand gedaan. Hieronder ziet u het resultaat op de koersen:
Bij de slotbel van 11 juli ll. noteerden FNM en FRE resp. op 10,25 en 7,75 dollar, een terugval van resp. 22,3 en 3,1% tegenover de dag ervoor en resp. minus 56 en 64% op
één maand tijd!
Objectief beschouwd is met zulke koersdalingen een scenario zoals bij IndyMac niet meer zo ver af. Zo redeneerden waarschijnlijk de Amerikaanse minister van Financiën en zijn entourage, want vandaag 14 juli 2008 werd via de media bekendgemaakt, dat zowel Fannie als Freddie ‘gered’ zullen worden via injecties met overheidsgeld. De beide firma’s zouden wel hun (relatieve) onafhankelijkheid mogen behouden.
Dat Fannie en Freddie wel overeind moeten blijven, is te begrijpen wanneer u weet dat ze voor ongeveer 6.000 miljard dollar (3,768 biljoen euro) kapitaal hebben uitstaan voor woningleningen.
Zoals u uit bovenstaande ‘National Debt Clock’ kunt afleiden, is deze 6.000 miljard dollar goed voor 63% of bijna 2/3de van de totale openstaande nationale schuld van de VS.
Fannie Mae en Freddie Mac betekenen dus een heel zwaar economisch gewicht en niemand kan of durft twijfelen aan de onvoorwaardelijke steun die de overheid aan het tweetal zal/moet geven.
Fannie en Freddie zijn zelfs niet gedwongen, zoals alle andere ondernemingen in de VS, om eventuele financiële problemen bekend te maken. Ze nemen het ook niet zo nauw met de boekhouding, want beurswaakhond SEC heeft onlangs nog bij beide firma’s ‘vergissingen’ in de boekhouding voor gezamenlijk bijna 4,7 miljard dollar (ca 3 miljard euro) vastgesteld.
En nu is het zover. De twee hypotheekgiganten voelen de bodem onder hun voeten langzaam wegzinken. De Federal Reserve is bereid om aan Fannie en Freddie geld te lenen en dit ongelimiteerd.
Dit is zowat het laatste wat nog kan gedaan worden om deze twee bedrijven te redden. Als deze operatie faalt, dan zakken ze (of één van beide) in het schuldenmoeras. Dat zal niet onopgemerkt voorbij gaan. Ook niet buiten de VS.
Want in het buitenland hebben Fannie en Freddie voor meer dan 1,3 miljard dollar (0,82 miljard euro) obligaties uitstaan. De voornaamste schuldeisers op dit gebied zijn: China, Japan, de Caymaneilanden, Luxemburg en België. Als er boven Fannie en Freddie een onweer losbarst, zal het ook hier hard gaan waaien…
Jan Van Besauw
Publicist voor US Markets
Ondergetekende is een gepensioneerde marketing manager. Hij schrijft voor US Markets o.m. columns, nieuwsberichten en artikelen over diverse onderwerpen. Hij heeft op het moment van schrijven geen materieel belang of bezit in de besproken bedrijven of beleggingsinstrumenten.