Donderwolken boven Europese industrie
Het moest er ooit van komen: de dure euro, de vertraging van de wereldeconomie en last but not least de nog altijd (veel te) dure olie laten zich ook gelden voor de Europese industrie.
Na 20 maanden matig maar voortdurend herstel van de economische activiteit in Europa, is het tij gekeerd. Dat stelt men vast aan de hand van de zg. conjunctuurindicator, opgemaakt uit een reeks enquêtes bij aankoopdirecteurs van Europese topbedrijven. In maart stond die indicator nog op 50,3 punten. Hierbij is te noteren, dat een getal boven de 50 op groei duidt. In april viel die indicator terug tot 49,2 punten en de conclusie kunt u zelf trekken.
Om u een idee te geven wat er zoal wordt verwerkt in de conjunctuurindicator, geven we een lijstje van wat vermelde directeurs te zeggen hadden over de voornaamste componenten:
- verminderen van de bestellingen, de voorraden en de werkgelegenheid;
- stabiliseren (lees: afremmen) van verkoopprijzen;
- daling van de aankoopprijzen omwille van verminderde vraag.
In de economie is de industrie goed voor ca 25% van alle activiteit. De overige 75% is grotendeels toe te schrijven aan de dienstensector. Veel zal afhangen van de cijfers die hiervoor zullen bekend worden gemaakt.
Waar de gehele economie reeds tot een stilstand is gekomen is dicht bij huis, in België. Daar maakte het Instituut voor de Nationale Rekeningen op 28 april bekend, dat voor het bruto binnenlands product (BBP) in Q1/2005 (1ste kwartaal 2005) een nulgroei is genoteerd. In Q4/2004 was die groei nog een bescheiden 0,3%. De Belgische economen wijzen met een beschuldigende vinger naar, wat dacht u dan, de olieprijzen en de dure olie.
In Nederland gaat het nog iets beter: in Q1/2005 was de economische groei 1%, tegenover 1,4% voor het ganse jaar 2004. Laten we hopen dat dit zo kan blijven. Het Nederlandse Centraal Planbureau blijft met de beide voeten stevig op de poldergrond en stelt, dat in de loop van 2005 niet veel toenamen van de economische activiteit is te verwachten. De grote kentering in de positieve zin komt er maar aanvang 2006.
Als het in de VS giet, dan zit de rest van de wereld met een stortbui. Daarom gingen we even kijken hoe het over de plas gaat met de industrie en het BBP (ginder heet dat GDP, gross domestic product).
Uit een analoge enquête bij aankoopdirecteurs blijkt, dat de conjunctuurindicator op 53,3 punten staat, dat is 1,9 punten lager dan een maand eerder. Waarnemers verwachtten 55 punten.
Bovenstaande chart toont, dat het GDP in Q4/2004 3,8% toenam en in Q1/2005 met 3,1%. Als je dat vergelijkt met Nederland en België: niet mis.
Zowel uit de conjunctuurindicator en de evoluite ven het GDP komt een afnemende trend naar voren, dat kan volgens ons niet worden ontkend…
© Jan Van Besauw
US Markets