...

Tulpenbollencrash en collateral damage

26 november 2012, 20:00 | US Markets Redactie | leestijd: 7 minuten | moeilijkheid: 12 / 12 | (0)

De tulpen­bol­len­waanzin in het Ned­er­land van de 17de eeuw geldt als voor­beeld van de eerste beurscrash, gedreven door col­lec­tieve waanzin. Maar wat gebeurde in de nasleep van deze gebeurte­nis?


We zijn in het Ned­er­land van de 17de eeuw, de fameuze Gouden Eeuw. De Vereenigde Oost­indis­che Com­pag­nie (VOC) heeft het wereld­mo­nop­o­lie op de specer­i­jen­han­del en is tevens mark­tlei­der voor alle andere trans­porten tussen de con­ti­nen­ten. Er is werk in overvloed, de lonen zijn relatief hoog, de Ned­er­lan­ders zijn trots op hun status.

Zulk kli­maat van onge­brei­deld opti­misme is de ide­ale voed­ings­bo­dem voor hypes en zo geschied­de. Alle ellende waarover we het nu zullen hebben is begonnen bij de Lei­dse hoogler­aar en ama­teur-botan­i­cus Car­o­lus Clu­sius (eigen­lijk heette hij gewoon Charles de l’Écluse, ofwel Karel van de Sluis, maar dat was toen niet chique genoeg). Clu­sius keerde op een mooie dag terug van een reis naar Turk­i­je en had onder meer enkele tulpen­bollen in zijn bagage. Geheel buiten zijn wil wer­den de bollen waaruit kelkvormige bloe­men ontston­den waanzin­nig pop­u­lair zoals u kunt lezen in ons artikel over de tulpen­hype in de 17de eeuw van 26 mei 2005.

Tulpen­bollen wer­den een object van spec­u­latie, zodat hun waarde astronomis­che pro­por­ties bereik­te. Oordeelt u zelf maar:

alt

Als dat geen hype is? Het begon in de jaren 1634 en 1635 nog tamelijk beschei­den, maar daar­na piek­te de tulpen­bol­lenko­ers tot waar­den van 2.000 tot zelfs 40.000 heden­daagse euro’s voor één enkele bol, waar­van men nog niet wist of er een mooie bloem zou uit voorkomen.

alt

Nou, mooie bloem, dat is dan ook weer relatief want eigen­lijk waren de exem­plaren zoals hier­boven afge­beeld de meest gegeerde. Deze ver­wron­gen bloe­men
(in de 17de eeuw heet­ten ze gevlamd’) waren aange­tast door een virus en zouden van­daag geweerd wor­den uit de kwekerij.

Zoals u kunt aflei­den uit de eerder getoonde grafiek begon de tulpen­manie in het jaar 1634 om te eindi­gen in 1637. Moest het nog enkele jaren langer hebben gedu­urd, dan had Rem­brandt wellicht ergens een vaas met tulpen gekon­ter­feit samen met de fig­uren van zijn Nachtwacht, die klaar was in 1642.

Toen de tulpen­zeep­bel in 1637 uiteenspat­te, was dat met een crash die zek­er heeft bijge­dra­gen tot het einde van de Gouden Eeuw in 1675. Vanaf dit jaar had de VOC haar hege­monie ver­loren in het voordeel van Enge­land, dat heer en meester werd op zee.

Maar ook in jaren voor 1675 ging het al bergaf met de Ned­er­landse economie. Een over­g­root deel van de bevolk­ing had een groot deel van lonen en spaar­centen geïn­vesteerd in knollen, hopende dat de unieke gevlamde’ of rood­witte gedraaide’ tulp hen te beurt zou vallen. Ook gebeurde het, dat mensen zich groepeer­den om samen enkele kost­bare bollen aan te schaf­fen. Want geeft toe, meer dan het hon­derd­voudi­ge van een gemid­deld jaar­loon voor één enkele bol was maar voor heel weini­gen te alleen te dra­gen. Daarom wer­den veel lenin­gen door de banken toeges­taan om de aankopen te financieren. Immers, de economie draaide goed, de VOC flo­reerde, Ned­er­land was het cen­trum van weten­schap en cul­tu­ur en dus leen­den de bankiers breed glim­lachend aan hun al even breed glim­lachende cliënten. 

En er was blijk­baar nie­mand die waarschuwde dat het wel eens mis zou kun­nen lopen. Of, wat meer waarschi­jn­lijk is, diege­nen die tot voorzichtigheid aan­maan­den zullen wel weggelachen zijn.

Ook de toen nog redelijk nieuwe beurzen zoals die van Ams­ter­dam, Alk­maar, Haar­lem, Hoorn, Lei­den en Rot­ter­dam wer­den meegesleept in de tulpen­hype en leg­den bol­lenko­ersen’ vast, afhanke­lijk van de kleuren, de vor­men en de patro­nen van de tulpen die de knollen had­den opgeleverd.

Er kwa­men sociale span­nin­gen omdat het ste­len van tulpen­bollen hand over hand toe­nam, eve­nals hoog oplopende dis­cussies tussen lever­anciers en cliën­ten, wan­neer een knol niet uit­groei­de tot de verwachte bloem.

Beun­hazen en prof­i­teurs ver­sprei­d­den valse gerucht­en om de pri­jzen op te dri­jven. Een andere meth­ode om de pri­jzen te manip­uleren was om spe­ci­aal afgerichte varkens los te lat­en in het tulpen­veld van je con­cur­rent om de bollen op te graven en te veror­beren, zodat een schaarste ontstond, wat dan weer goed was voor de koers.

Er ontston­den zelfs futures’, con­tracten die het recht gaven om bepaalde bollen aan te kopen wer­den ver­han­deld. De kop­ers van die futures had­den geen enkel ander doel dan deze con­tracten met winst door te verkopen aan goedgelovige beleg­gers, enz.

Huizen en boerder­i­jen wer­den niet alleen als pand ingezet bij lenin­gen, maar vaak ook gewoon verkocht om met de opbrengst te investeren in tulpen­bollen.

Zulke sit­u­atie kon niet bli­jven duren. Toen de tulpen­waanzin zowat het ganse Ned­er­landse grondge­bied had ingepalmd, waren er geen kan­di­dat­en meer om nog meer guldens te spenderen en de twi­jfel stak zijn kop op. In het begin van 1636 begon de eerst nog voorzichtige verkoop van knollen, con­tracten en waarde­pa­pi­er. Eerst aarze­lend, maar dan pijl­snel gin­gen de pri­jzen de dieperik in. In 6 weken tijd daalde de waarde van een tulpen­bol met 90%.

Han­de­laars gin­gen in wan­hoop aan­klop­pen bij de over­heid, smek­end om ste­un. Maar de politi­ci gaven als antwo­ord iets in de zin van regel het maar onderling’.

En de pri­jzen, die bleven maar dalen. Schuldeis­ers wend­den zich vruchteloos tot de recht­banken als hun schulde­naars in gebreke bleven, maar het gerecht wilde niet tussenkomen in tulpengeschillen.

Beurs­ma­n­ip­u­la­tors ver­sprei­d­den in Ned­er­land ten­den­tieuze bericht­en over verwachte koerssti­jgin­gen van tulpen­bollen, maar ze von­den geen gehoor. Dan deden ze het­zelfde buiten de lands­gren­zen, maar ook daar ont­moet­ten ze enkel afwijzing.

Het tulpen­sprook­je was over and out, Ned­er­land lik­te zijn won­den en zou nooit meer dezelfde machtige natie wor­den als voor de tijd, dat pro­fes­sor Clu­sius opdaagde met zijn zak­je knollen. Deze laat­ste had trouwens nooit de inten­tie gehad om met de Turkse reis­sou­venirs iets anders te doen dan ze te observeren in zijn eigen proef­tu­in. Het zijn de dieven die s nachts de knollen meepik­ten die de recht­streekse aan­lei­d­ing zijn geweest tot de eerste beur­shype in de geschiedenis.

Ned­er­land was berooid, tri­est en ont­goocheld. Het land had niet meer de veerkracht om te rea­geren op de economis­che druk van andere lan­den. En toen in 1672 Ned­er­land aangevallen werd door Enge­land, Frankrijk en de bis­dom­men Keulen en Mün­ster, kon geen passende mil­i­taire repliek gebo­den wor­den sim­pel­weg omdat het geld ont­brak. Enkele jaren lat­er, in 1675, was het uit met de Gouden Eeuw, die trouwens maar een 70-tal jaren duurde.

De neer­gang van de eens zo machtige Repub­liek der Zeven Verenigde Ned­er­lan­den is vanzelf­sprek­end niet alleen toe te schri­jven aan het barsten van de tulpen­zeep­bel, maar de col­lat­er­al dam­age ervan zal er wel een niet onbe­lan­grijke bij­drage toe geleverd hebben.

Jan Van Besauw
Colum­nist voor US Markets


Reageren

Anonieme comments achterlaten is niet toegestaan. Hiervoor moet u ingelogd zijn. Login »
Turbo’s zijn complexe instrumenten en brengen vanwege het hefboomeffect een hoog risico mee van snel oplopende verliezen. 7 op de 10 retailbeleggers verliest geld met de handel in turbo’s. Het is belangrijk dat u goed begrijpt hoe turbo’s werken en dat u nagaat of u zich het hoge risico op verlies kunt permitteren.