Maar ’t zal toch nog even duren. Dit jaar 2010 zullen de wereldwijd opgeslagen data groter zijn dan 1 zettabyte (ZB) en de yottabyte (YB)niet meer veraf. Bovendien is een harde superschijf in de maak en duurt het niet meer zo heel lang totdat je een huishoudrobot kunt kopen in je elektrohandel. De heerlijke nieuwe digitale wereld komt eraan…
Toen we in 1985 onze eerste aarzelende schreden zetten in de digitale wereld, hadden we een pc met amberkleurig scherm waarop de teksten en cijfers zwart aftekenden. Er zat Wordperfect op en Spreadsheet. Je moest het ene programma sluiten om met het andere te kunnen werken. Er was geen muis en van internet was geen sprake. Later bezorgde de leverancier een muis samen met het wonderlijke programma Norton Commander. Eindelijk konden we van het ene naar het andere open programma switchen en nakijken hoe het met het gebruik van geheugen was gesteld. Dit geheugen bestond uit een harde schijf van zo maar eventjes 20 megabyte, kijk eens aan. Vandaag, 25 jaar later, beschikt onze pc over de digitale toeters en bellen die voor iedere computergebruiker vanzelfsprekend zijn geworden en heeft hij een harde schijf van 500 gigabyte. Tegenover onze machine uit 1985 is dat dus 25.000 keer meer opslagruimte op de harde schijf.
Intussen hebben pc’s in ded vorm van desk- en laptops de wereld veroverd en vond het Amerikaanse marktonderzoeksbureau International Data Corporation (IDC) het nodig om eens te inventariseren hoeveel data er wereldwijd zijn opgeslagen. IDC komt tot de conclusie, dat in het jaar 2009 800.000 petabytes (PB) aan data over de ganse wereld werden opgeslagen. Een PB is 1015 bytes ofwel 1 miljard megabyte (MB), zodat de opgeslagen data voor 2009 overeenkomen met achthonderdduizend miljard MB.
Als u dit al een indrukwekkend getal vindt, wel dan moet het beste nog komen. Want volgens IDC zullen er in het lopende jaar 2010 zo maar eventjes 1,2 zettabytes (ZB) worden opgeslagen over de ganse wereld. Een ZB is 1 miljoen PB ofwel 1 miljoen miljard MB.
1 ZB stemt overeen met 250 miljoen dvd’s. Tegenover 2009 betekenen die 1,2 ZB een toename met een factor 1.500. Als het zo verder gaat, halen we in 2011 de kaap van 1,8 yottabytes (YB) ofwel 1.800 ZB. Enzovoort. Volgens IDC bereiken we in 2020 de 35 YB. En dan zo verder, zeker?
Dat is allemaal heel mooi, maar zullen de pc’s al die extra opslagruimte kunnen blijven bieden? Daar blijkt het digitale schoentje te wringen.
De harde schijven zoals we deze vandaag kennen, komen langzaam maar zeker in een gebied terecht, waarbij de capaciteit niet meer op te drijven is. Dat heeft met vele factoren te maken, zoals de grootte van de magnetische partikels, de afmetingen van de leeskop, de trillingen van de motor, de afkoeling enzovoort. Er wordt hard gezocht naar andere materialen, maar veel concreets heeft die zoektocht nog niet opgeleverd.
Nochtans hebben Japanse wetenschappers in de zomer van 2010 bekendgemaakt, dicht te zijn bij een ‘superschijf’ met een quasi oneindige opslagruimte. Het zou gaan om een zg. ferro-elektrische plaat waarbij individuele kristallen door een magnetisch armpje in een stand ‘aan’ of ‘uit’ worden gezet. Het opslaan gebeurt dus op nanoniveau en de opslagruimte is, theoretisch althans, gigantisch. Op die manier kan per vierkante centimeter 0,6 miljoen megabyte worden opgeslagen. Die ene vierkante centimeter bevat 1.200 keer meer geheugen als onze huidige pc en 30.000 keer meer dan onze pc van 1985. Als de Japanse onderzoekers slagen, hebben we inderdaad een oneindig geheugen, zeker voor de dagdagelijkse pc-gebruiker. Maar of het zal lukken en wanneer, daar hebben we het raden naar. Want de prototypes zijn nog ver van praktisch bruikbaar. Kwestie van geduld, zullen we maar zeggen.
Een andere beperking bij computers is de kloksnelheid. Ook hier bestaan harde fysische grenzen, die met de huidige technologie niet voorbij te steken zijn. Deze grenzen betekenen ook het einde voor de Wet van Moore. De Amerikaan Moore is geboren in roemruchte jaar 1929 en is de medeoprichter van chipmaker Intel. Al in 1965 voorspelde hij, dat het aantal transistors per chip iedere 2 jaar zou verdubbelen. Deze transistors staan in lineair verband met de snelheid waarmee een computer werkt. Tot op heden heeft de 81-jarige heer Moore gelijk gekregen, maar nu moet hij toegeven, dat zijn wet stilaan niet meer geldt.
De kern van dit probleem is, dat silicium als chipmateriaal aan zijn grenzen is geraakt. Kleiner dan nu gaat niet meer, de transistors hebben hun limiet van verkleining bereikt. De enige mogelijkheid is een vervanger voor silicium, maar welk materiaal deze eer te beurt zal vallen, zal blijken uit succesvol onderzoek van een van de volgende Nobelprijzen voor de fysica.
De informaticabedrijven hebben deze bui natuurlijk al een hele tijd zien hangen. Wanneer we almaar kleinere chips en almaar grotere opslagcapaciteit beschouwen als verticale evolutie, dan zoeken deze bedrijven naar horizontale oplossingen om hun afzetgebied te vergroten. Dit betekent, dat ze de huidige technologie willen uitspreiden over zoveel mogelijk toepassingen, als het aan hen lag, over de ganse samenleving.
Eén van de bedrijven die druk bezig met hun horizontale evolutie is Big Blue IBM. Als grondlegger van het begrip personal computer (pc) heeft IBM al in 2004 zijn pc-business verkocht aan het Chinese Lenovo. Aanvankelijk werden hierbij veel wenkbrauwen gefronst, maar nu is duidelijk welke richting IBM inslaat. Na zich te hebben gericht op het leveren van informaticadiensten aan het bedrijfsleven, start IBM met het project ‘Smarter Planet’. Dit komt neer op het introduceren van informatica in alle geledingen van de samenleving.
Zo is het de bedoeling, dat het elektriciteitsverbruik van huishoudens continu wordt geregistreerd en doorgegeven aan de distributeurs, die op hun beurt online werken met de producenten. Deze laatste zullen dan hun productie altijd optimaal kunnen doen draaien, wat leidt tot perfecte efficiëntie. Eenzelfde principe geldt voor het waterverbruik.
Ook voor de regeling van het verkeer heeft IBM fantastische plannen. Door elke wagen uit te rusten met een chip, die door een batterij sensoren geregistreerd wordt, is de verkeersdensiteit te allen tijde bekend en kunnen de verkeerslichten erop afgesteld worden. Als er ergens een opstopping of een omlegging is, krijgt de chauffeur een signaal en zal zijn gps hem via een alternatieve route begeleiden. Verder is het denkbaar, dat de voedselvoorraad bij u thuis wordt opgevolgd en wanneer nodig wordt aangevuld via een automatische bestelling in een winkel in uw buurt. Er bestaan zelfs concepten van kleren met ingebouwde chips, die u verwittigen wanneer een beurt bij de stomerij nodig is. En zo kunnen we nog een hele tijd doorgaan. Zo gek kan je ’t niet bedenken, of het kan digitaal gestuurd worden.
Als het aan spelers à la IBM lag, dan wordt gans onze samenleving totaal gedigitaliseerd. IBM heeft er zelfs een marktprognose voor opgemaakt. Over een vijftal jaren, rond 2015 ziet men daar een jaaromzet van 15 miljard euro, gegenereerd door ‘Smarter Planet’.
Nu zijn er wel niet te onderschatten bochten waar we door moeten vooraleer we echt kunnen spreken van een Brave New Digital World. Enerzijds zijn er de zo-even kort aangegeven technologische beperkingen op het gebied van geheugenopslag en rekensnelheid.
Anderzijds, en dat is misschien wel het heikelste punt, is er de vraag of de consument wel gediend is om opgenomen te worden in een nauw computernetwerk.
Het is dan niet ondenkbaar, dat machines ons gehele leven sturen. Op een dag krijg je je koelkast niet meer open omdat het systeem vindt dat je niet meer mag eten of drinken na een bepaald uur. Of je wagen start niet meer omdat in je buurt het toegestane quotum kooldioxide is overschreden. Of in je supermarkt kan je geen chocolade meer kopen, omdat het systeem oordeelt dat je er te veel van hebt gekocht en dus wat moet wachten.
En zo kunnen we nog een hele tijd doorgaan. En wat te denken van een doemscenario, waarbij een terroristische organisatie de macht krijgt over ons netwerk?
Om een Brave New Digital World te realiseren is er nog veel werk aan de winkel. De tijd die nodig is om de zaak technologisch rond te krijgen, moet naar onze mening benut worden om organisatorisch het hele systeem op poten te zetten. Hierbij moet de beslissende rol van de mens – essentieel element in het hele netwerk – nooit uit het oog verloren worden.
Hoe dan ook, de Brave New Digital World komt eraan. Waarom we dat met zoveel zekerheid schrijven? Omdat deze ontwikkeling volgens ons het evidente verlengde is van de menselijke ontwikkeling sinds de eerste mens een stuk been of hout omvormde tot een knots.
Wat sneller en efficiënter kan, wordt vanzelfsprekend gerealiseerd. Misschien tijd om daaromtrent een Wet te formuleren.
Jan Van Besauw
Publicist voor US Markets
______________________________________
Ondergetekende is een gepensioneerde marketing manager. Hij schrijft voor US Markets o.m. columns, nieuwsberichten en artikels over uiteenlopende onderwerpen.