Nu de eerste kwartaal van dit jaar er weeral opzit, kijken we even naar de situatie van de Big Mac Index en stellen daarbij vast, dat in bijna alle landen van de EU de prijs van een Big Mac hamburger gestegen is. Als nieuwigheid geven we u een overzicht van het aantal minuten, dat in diverse landen moet gewerkt worden om zulke reuzenhamburger te verwerven.
Big Mac (bijna) overal duurder
De tabel hieronder toont de evolutie van de prijs van een Big Mac in de 27 EU-landen. Daar waar in het eerste trimester van dit jaar de prijs gestegen is tegenover het gemiddelde van vorig jaar, hebben we het percentage in het rood aangegeven.
U ziet dat bijna over de ganse lijn deze index een stijging aangeeft. De Big Mac is het meeste in prijs gestegen in Tsjechië, gevolgd door Ierland en Oostenrijk. Er zijn slechts drie landen met een daling: Malta, Cyprus en Bulgarije. In vier landen bleef de prijs gelijk: Frankrijk, Nederland, Italië en Portugal.
Qua prijsniveau ligt Finland op kop, terwijl België en Nederland resp. de 6de en de 12de plaats innemen. Tussen Finland en Bulgarije, het goedkoopste land, gaapt een kloof van 2,23 euro ofwel 59,5%.
De mathematisch gemiddelde prijs in de EU is 2,73 euro, dit is meer van 2,6% duurder dan het gemiddelde van 2006.
Een andere benadering van deze index is na te gaan, hoelang iemand moet werken om zich een Big Mac te kunnen aanschaffen. We hebben dit overzicht uitgebreid tot de ganse wereld, zonder daarom alle landen in één grafiek bijeen te persen.
In de Colombiaanse hoofdstad Bogotá moet je 1 uur en 37 minuten werken voor 1 Big Mac, terwijl je hetzelfde hapje (of zeg maar hap) in Tokyo toegeschoven krijgt na slechts 10 minuten werk. Dat zijn meteen de twee uiterste waarden: een tijdsverschil van 87 minuten ofwel ca 90%.
In de Bulgaarse hoofdstad Sofia kost de Big Mac het minste, maar je moet er 69 minuten voor werken. Amsterdam en Brussel zijn aan elkaar gewaagd, met 2 minuten minder te werken in de Europese hoofdstad dan in de stad van de AEX. Het verschil tussen New York en Tokyo is hiermee te vergelijken, hoewel die 3 minuten langer van The Big Apple toch al 30% schelen met de werktijd in de Japanse hoofdstad.
Hoe je het bekijkt, de Big Mac Index blijkt een originele invalshoek te bieden van de handelswaarde van een gekend en overal gelijk product. Bovendien is het een neutrale indicator van de koopkracht.
Met dank aan het Britse weekblad The Economist, grondlegger van deze index.
Jan Van Besauw
Publicist voor US Markets
7 april 2007.
Ondergetekende is een gepensioneerde marketing manager. Hij schrijft voor US Markets o.m. columns, nieuwsberichten en artikels over uiteenlopende onderwerpen.