AEX: topvorming

In mijn analyse van der­tig mei gaf ik aan dat de aex bezig was met de vorm­ing van een sti­j­gende wig. Vorige week vertelde ik daarover dat de index best nog wat ruimte had bin­nen het patroon om de punt van de wig te bereiken. Nu zijn er twee mogelijkhe­den: ofwel werd de ste­un­li­jn van de wig eind verleden week door­bro­ken naar bene­den toe ofwel hebben we te mak­en met een wig waar­van de grensli­jn (de ste­un­li­jn dus) moet hertek­end wor­den. Kijken we naar de heikin-ashi dan zien we dat we mogelijks niet met een wig maar met een sti­j­gende rechthoekige driehoek te mak­en hebben maar dan wel één­t­je die zijn opwaartse uit­braak gemist heeft omdat de index te ver in de punt van het patroon is opgeschoven. Hoe dan ook: een forse uit­braak kri­j­gen we en dat toon ik even aan de hand van de BBW. Dat deze markt verre van duidelijk is heeft veel zoni­et alles te mak­en natu­urlijk met de over­duidelijke manip­u­latie die we de laat­ste weken zien. Het zou me geen zier ver­bazen dat de sti­jging van de laat­ste weken alles te mak­en heeft met het feit dat de over­he­den niet meer weten van welk hout nog pijlen gemaakt…

AEX: topvorm­ing

Wat die laat­ste zin uit mijn inlei­d­ing betre­ft: ik hou mijn hart vast voor wat de toekomst ons burg­ers nog bren­gen zal. We zit­ten immers opgezadeld met machtswellus­telin­gen en geldzuchti­gen die tot eigen profi­jt decen­ni­alang een destruc­tief beleid hebben gevo­erd. Nu komen diezelf­den ons vertellen dat ze het alle­maal eens net­jes gaan oplossen…mogelijks wel, alleen is de vraag ten koste van wat .…

In deze analyse van de aex toon ik onder­aan de analyse de grafieken waar­van sprake in de inleiding.

Ik werk zoals steeds als vol­gt: bove­naan de lange ter­mi­jn grafieken en dan gaan we in stap­pen verder inzoomen. Dus we begin­nen met de maand­grafiek, dan de week- en ver­vol­gens de daggrafiek.

In de maand­grafiek geen wijzig­ing in vergelijk­ing met de grafiek van vorige week.

Ik neem er de macd en de aroon-oscil­la­tor bij. Het his­togram bij bei­de indi­ca­toren evolueert posi­tief. De macd-indi­ca­tor staat nog ver van een koopsig­naal maar bij de aroon-oscil­la­tor is dat niet het geval. Die indi­ca­tor staat op het punt een koopsig­naal te geven en zijn his­togram staat op het punt de 0‑lijn opwaarts te kruisen wat posi­tief is. Bij een cor­rec­tie zien we dat de door­bro­ken weer­stand­sli­jn ste­un geeft op 235. Houd deze weer­stand­sli­jn dan kun­nen we ons in een daaropvol­gende sti­jging richt­en op in eerste instantie het 9‑maands gemid­delde en dat ligt op 271,44. Passeren we dit niveau (dat zal hoogst­waarschi­jn­lijk weer­al niet onder slag of stoot gebeuren) dan richt­en we ons op de can­dlelow van 31 augus­tus 2004 op 307 en op de can­dlelow van sep­tem­ber 2008 op 310. Pas daar­boven zien we de lijn liggen die loopt onder de bodems van maart 2007, jan­u­ari en juli 2008. Die lijn weet ik uit ervar­ing is heel belan­grijk. Die lijn ligt nu op 320 en zij ligt dicht in de buurt van het 20-maands gemid­delde. Een sti­jging de vol­gende weken zal mijns inziens doo­d­lopen op deze lijn. Van­daar ook mijn opmerk­ing in eerdere analy­ses dat naar­mate de index­en verder sti­j­gen beleg­gers hun aan­de­len­bezit­tin­gen moeten afbouwen, niet in de euforie die we bij het bereiken van­deze niveaus mogen verwacht­en aan het kopen slaan want dan loop je echt wel de kans te kopen op een sig­nif­i­cante top. Gaat de huidi­ge sti­jging verder zon­der een cor­rec­tie rond de huidi­ge niveaus dan zou ik er reken­ing mee houden dat we lat­er op het jaar fors zullen terugvallen.

In de week­grafiek laat ik de dal­ende weer­stand­sli­jn staan die ik in de maand­grafiek als belan­grijk bestem­pelde. Een tweede belan­grijke lijn is de hor­i­zon­tale lijn waarmee ik de low wens aan te geven van de okto­ber­can­dle en die low ligt op 310. 310 wordt eve­neens een belan­grijk niveau bij een verdere sti­jging van de aex. Wat posi­tief is in deze week­grafiek is dat we de weer­stand­sli­jn over de top­pen van novem­ber en feb­ru­ari duidelijk naar boven toe door­bro­ken hebben en deze lijn geeft nu ste­un op 228. In de buurt van dit niveau liggen ook het 9- en het 20-weeks gemid­delde op 251. Dus we mogen aan­nemen dat het niveau 228 en 251 ste­un zullen geven bij een cor­rec­tie. Bij een sti­jging is de grafiek zo klaar als een klon­t­je: op 270 ligt een duidelijk definieer­baar weer­stand­sniveau. Kijken we naar de aroon-oscil­la­tor dan zien we dat we hier een koopsig­naal hebben gekre­gen en ook het his­togram ligt boven de 0‑lijn. De macd gaf eve­neens een koopsig­naal mid­dels de door­braak van een weer­stand­sli­jn maar het macd-his­togram geeft een negatieve diver­gen­tie. Er is dus niet langer een beves­tig­ing van het stijgingsmomentum.

In een tweede week­grafiek neem ik de schaalverdel­ing niet log­a­r­it­misch maar lin­eair en dan zien we dat we de weer­stand­sli­jn van dit kanaal hebben bereikt. Het is weer­al een aan­wi­jz­ing die aangeeft dat we wel degelijk voor een cor­rec­tie staan. 

We zien ook nog een ontwik­kel­ing die we best in het achter­hoofd houden. Verbinden we de bodem van 23 jan­u­ari met de top van 08 mei dan geeft die sti­j­gende lijn samen met de ste­un­li­jn onder de bodems van de afgelopen weken een breed wig­pa­troon weer. Kri­jgt dit patroon uitwerk­ing dan moeten we hele­maal terug naar de bodem van maart.

In een eerste dag­grafiek zien we dat de lijn die loopt vanaf de maart­bo­dem zijwaarts werd ver­lat­en. Reken­ing houdende met de verkoopsig­nalen in de macd en in het macd-his­togram mogen we spreken van een verzwakking van de trend. Een dal­ing van de aex zou meest logisch zijn.

De meest scherpe ste­un­li­jn van het wig­pa­troon geeft aan dat we neer­waarts zijn uit­ge­bro­ken. Die uit­braak moet dan wel de vol­gende dagen een neer­waartse ver­snelling te zien geven. Zoni­et is er gerecht­vaardigde twi­jfel over de geldigheid van het patroon. In dat geval zou het best kun­nen dat de grensli­jn van het patroon moet wor­den ver­plaatst (dikke zwarte lijn is dan de nieuwe ste­un­li­jn van de wig). Dit is iets wat weinig voorkomt maar ik heb het voor alle zek­er­heid nog eens nagezien en Bulkows­ki heeft het in zijn ​“Ency­clo­pe­dia of tech­ni­cal pat­terns” wel degelijk over die mogelijkheid. De fail­ure rate bij een ris­ing wedge bedraagt slechts iets van 25% en mogelijks hebben we dus met dergelijke fail­ure rate te mak­en. Het gevolg zou zijn dat de wig van kracht bli­jft maar dat we mogelijks nog weken lang kun­nen door­gaan met het gefriemel in de koers­be­weg­ing vooraleer de punt van de wig wordt bereikt. Uit vei­ligheid zou ik, wan­neer ik naar mijn lijn­t­jes kijk, reken­ing houden met een mogelijke hoog­ste stand van 276 want daar ligt de weer­stand­sli­jn van de wig.

Er is dus de twi­jfel over de geldigheid van de ste­un­li­jn van de wig maar wan­neer ik naar de ishares kijk en daar­bij gebruik maak van de heikin-ashi dan is er van duidelijkheid even­min sprake want hier zien we dat we een sti­j­gende rechthoekige driehoek hebben gevor­md. Nu zal die driehoek vanu­it de the­o­rie althans niet lei­den tot een opwaartse uit­braak gewoon omdat de koersen te ver tot in de punt van het patroon zijn opgeschoven. Bij dergelijke koer­son­twik­kel­ing mogen we voor wat betre­ft een driehoek uit­gaan van een te verwacht­en zijwaartse beweg­ing. Een trad­in­grange dus.

Onder de koers­grafiek staat de bollinger band with die de afs­tand weergeeft tussen de bollinger­ban­den en die staat wel heel laag. Verwacht U dus maar aan een forse beweg­ing. Ook de vol­umes die dalen geven de onzek­er­heid aan. Beleg­gers zijn duidelijk op hun hoede. Het gros van de indi­ca­toren geeft een indi­catie voor een nakende dal­ing. Puur tech­nisch bekeken geef ik per­soon­lijk eve­neens meest kans aan een nakende dal­ing die zelfs heel fors zou kun­nen verlopen.

In een derde dag­grafiek wijs ik even­t­jes op het ver­loop van de dmi-lij­nen. Die con­verg­eren (negatieve diver­gen­tie) steeds meer en geven daarmee aan dat we met afname aan kracht te mak­en hebben.

Als slot­grafiek voor deze analyse laat ik nog even de point-and-fig­ure zien. Een ste­un­niveau wat niet zo opvalt bij de grafieken die we nor­maler­wi­jze gebruiken ligt op 265. Op uur en kwartier­grafieken is dat niveau duidelijk zicht­baar. Vallen we door die 265 dan zijn lagere niveaus voorhan­den en in deze grafiek zien we 246 liggen als duidelijke ste­un. De opgaande lijn onder de bodems hebben we zoals we in een vorige grafiek kon­den merken ook hier zijwaarts verlaten.

Con­clusie: Het zou me ver­bazen moest de aex boven de 271 uitkomen. Gebeurt dit wel dan voozie ik max­i­maal een stand van 276. Naar bene­den toe verwacht ik bij een door­braak van 265 een doel van ²⁶⁰⁄₂₆₁; 258; 255 en mogelijks ²⁴⁶⁄₂₄₈.

Edwin Van­damme

US Mar­kets

Anal­ist heeft posi­ties op de aex.