![](/images/legacy-images/images/schrijvers/jan_willem_02.gif)
Eerst begon de prijs van een vat olie naar niet eerder gedachte niveau´s op te lopen, daarna volgden de metalen zoals koper, nikkel, aluminium en staal en 2007 lijkt het jaar te worden voor de landbouwproducten. De spectaculaire stijging van de voedselprijzen is deels te wijten aan misoogsten als gevolg van droogte en overstromingen. De permanent toenemende vraag van zo´n 3 miljard Aziaten naar meer en vooral kwalitatief beter voedsel en de plots stijgende behoefte vanuit de hoek van producenten van alternatieve energie (ethanol) lijken echter ook een zeer voorname bijdrage te leveren aan deze hausse. Volgens de Food and Agriculture Organisation (FAO) van de Verenigde Naties moeten we de komende jaren rekening houden met blijvende prijsstijgingen.
De aanvankelijke bezorgdheid over de hoge prijzen van olie en basismetalen is inmiddels verschoven naar landbouwproducten en heeft zowel politici als de financiële markten volkomen verrast. De stijging van de prijs van Tarwe naar een all-time-high van ruim $ 9 per bushel is illustratief. Ook de prijzen van sojabonen, graan, rijst en zuivelproducten liggen aanmerkelijk hoger dan het gemiddelde van de afgelopen 20 jaar. Een combinatie van een voortgaande sterke vraag vanuit de opkomende economieën, een stijging van de wereldbevolking, overstromingen en droogte als gevolg van de klimaatverandering en een toenemende vraag van producenten van alternatieve brandstoffen jagen de prijzen van zogenaamde soft commodities de hoogte in.
Het verschuivende voedingspatroon in Azië naar meer vleesconsumptie alleen al heeft enorme gevolgen. Voor de productie van 1 kg vlees zijn 7 kg aan graanproducten nodig. Daarnaast schiet de hoeveelheid geschikte landbouwgrond wereldwijd tekort. Het gebrek aan landbouwgrond is juist het meest acuut in die landen waar de consumptie het snelst toeneemt zoals in China. In China en India bevindt de hoeveelheid geschikte landbouwgrond zich op respectievelijk slechts 18 % en 26 % van het niveau in de VS. Daar kan het probleem van de bodemerosie aan worden toegevoegd. Niet minder dan 2⁄3 van de totale landbouwgrond in China heeft te lijden onder bodemerosie als resultaat van de gebruikte kunstmest.
Dan is er nog de waterschaarste. De hoeveelheid voor consumptie bruikbaar water is in China per hoofd van de bevolking slechts 25 % van het gemiddelde wereldwijd. Bovendien is 44 % van de Chinese rivieren verontreinigd. Als gevolg van bijvoorbeeld de fors gestegen vleesconsumptie zal de vraag naar water echter blijven toenemen.
Kortom, er wordt wereldwijd niet voldoende geproduceerd, de productie stijgt te weinig en er is veel vraag. De prijzen van landbouwproducten vliegen omhoog en als gevolg daarvan ook de prijs van landbouwgrond. De in 2007 op gang gekomen haussemarkt in soft commodities lijkt pas het begin van een jarenlange trend. Een interessante trend omdat het verleden heeft uitgewezen dat deze markt weinig tot geen verband houdt met bijvoorbeeld de aandelen- en obligatiemarkten. In de jaren ´70 waren aandelen totaal oninteressant als belegging maar boomden de commodities.
Beleggers kunnen hier op inspelen door aandelen van beursgenoteerde voedselproducenten aan te schaffen zoals bijvoorbeeld het Amerikaanse Archer Daniels Midland (ADM). Een rechtstreekse belegging in grondstoffen lijkt echter lucratiever. Beleggers hoeven zich daarvoor tegenwoordig niet meer te wenden tot de termijnmarkten maar kunnen in allerlei nieuwe producten investeren. Een voorbeeld hiervan is het door de Deutsche Bank en Scudder uitgegeven DWS Global Agribusiness dat belegt in landbouwproducten. De prijzen van landbouwproducten stijgen en als gevolg daarvan ook die van landbouwgrond. Wanneer u het buitenleven niet schuwt kunt u natuurlijk ook “gewoon” boer worden. Want na de gouden tijden in de effectenhandel, het internet, het vastgoed en het durfkapitaal lijken er nu betere tijden voor de agrariërs aan te gaan breken.
Jan-willem Nijkamp
US Markets
Ondergetekende heeft zelf geen positie in deze belegging. Zijn cliënten wel.