Als lid van het Huis van Afgevaardigden en voormalig presidentskandidaat geniet Paul in kleinere kring nog steeds een groot aanzien daar hij de enige was met een helder regeringsbeleid voor ogen. Hij was een voorvechter van minder overheidsbemoeienis, lagere belastingen, vrije marktvorming, een gezonde valuta en minder tussenkomst in buitenlandse aangelegenheden.
Na z’n campagne vond hij de rust om nog eens z’n visie te geven op de enorme monetair/economische uitdagingen waarvoor de regering thans staat. Zoals bekend zijn vooral de budgettaire tekorten, de uitgaven en de schuldfinanciering hem een doorn in het oog.
Zijn stellingname: ‘Rejecting Authoritarian Government is Our Greatest Priority’
Hij verwijt de regering een soort religie te creëren om te doen geloven dat geld uitgeven goed is ongeacht de omvang hiervan en dat de schuld in binnenlandse of buitenlandse handen er helemaal niet toe doet. Verder dat de regering de zaak uit de hand laat lopen, terwijl de consument de hand op de knip heeft. Dat heeft veel te maken met wat hij noemt ‘prevailing attitude’ of de overheersende mening van de laatste 50 of 60 jaar waarin geld uitgeven, het creëren van tekorten en het bijdrukken van geld de gewoonste zaak van de wereld waren.
Als de consument de hand op de knip houdt dan dient de overheid juist over de brug te komen.
Na z’n campagne is hij voeling blijven houden met “de man in de straat” die zich zorgen begint te maken over de afloop van deze geldverslindende machinerie. Hij is op grond van zijn bevindingen tot de conclusie gekomen dat velen zich realiseren dat ‘this whole system is deeply flawed’ (ernstig in de problemen zit) en proberen op een of andere wijze hun bezit veilig te stellen. Om die reden staat bij hem de vrije marktvorming, het eigendomsrecht, de Oostenrijkse School als basis voor economisch beleid en de Fed die moet aftreden, centraal. Hij is wel hoopvol gestemd over wat er bij de jongere generaties leeft maar dat laat onverlet dat we ons eerst door een zware wringer moeten persen die niet te omzeilen valt.
Er zal geen sprake zijn van een langzame verbetering van de rampzalige omstandigheden waarin we thans verkeren. Bovendien zullen we niet genoeg capabele mensen kiezen die de koe bij de horens durven pakken. Er is te sprake van te veel demagogie en desinformatie met een sociale revolte en een totale ineenstorting van het monetaire systeem op de deurmat. Pas dan zal de gelegenheid kunnen worden aangegrepen om op de puinhopen van het oude systeem een nieuw te bouwen. Hiervoor zal veel intellect en moed nodig zijn.
Paul gaat vooral tekeer tegen de destructieve rol van de Fed, wier losse en interventionist monetair beleid een foutieve richting aan investeringen en beleggingen geeft. Wat zou er gebeuren als de Fed niet langer de overheidsschuld zou overnemen? Tot dusver is men het er over eens dat dit fnuikend voor de economie zou zijn maar: ‘what if we did have a market rate of interest?And what if that resulted in less bubbles? Áll of a sudden, the world would be a different place’ (wat zou het betekenen als we te maken zouden hebben met een door de markt bepaalde rentevoet en dat zou resulteren in minder bubbels? Plots zou de wereld er anders uitzien).
Maar middels de geldpers wordt er juist meer uitgegeven, omdat dit het enige instrument is dat nog ter beschikking staat. Ron Paul is niet langer verrast door de getallen maar wel over het feit dat dit allemaal nog zo lang aanloopt. Afgezet tegen de uitstaande schuld in binnen- en buitenland wekt het bevreemding dat er nog steeds vertrouwen in de dollar bestaat. (Dit heeft te maken met het gebrek aan een directe adequate opvolger, RB). Wel is de populariteit van de dollar intussen afgenomen maar de oliedollar doet het nog en ook kunnen we met de dollar nog zaken in China kopen.
Het opkopen van schuld en het monetariseren van de tekorten zal blijven toenemen totdat de wereld de dollar voor gezien houdt, de prijzen gigantisch zullen gaan stijgen en bijgevolg de rente uit de startblokken schiet.
Voorafgaand aan de instorting van het systeem dient het edelmetaal (hij bezit een grote portefeuille aan fondsen, RB) als een veilige haven te worden beschouwd. Hij maakt zich evenmin illusies over de euro die geen schijn van kans maakt om de plaats van de dollar in te nemen. Ook voor de yen noch voor SDR’s (Special Drawing Rights – trekkingsrechten op meerdere valuta’s) ziet hij enig perspectief.
Wanneer mensen bevreesd raken, zoeken ze zaken van reële waarde zoals goud en zilver die al meer dan 6.000 jaar als internationaal ruilmiddel golden. Verder moet je je zorgen maken over een opkomend autoritair bewind waartegen je je niet kunt verdedigen. Er is maar één oplossing en dat is juist de afname van de macht van de staat, zodat we voor onszelf kunnen zorgen.
Commentaar: het is een rechttoe, rechtaan verhaal vanuit de gedachtegang dat de Amerikaanse grondwet met voeten wordt getreden zonder dat het mogelijk is het Witte Huis of wie dan ook ter verantwoording te roepen. Tot dusver blijft hij een roepende in de woestijn.
Robert Broncel
Voor US Markets