Heeft de (her)verkiezing van de president van de VS al dan niet invloed op het verloop van de beurs en vooral dan Wall Street? Met andere woorden: hoe moeten we ons voorbereiden op januari 2013?
Laten we beginnen met de grafiek van de Dow Jones Industrial Average (DJIA) sinds begin 2000:
Wetende dat George Walker Bush voor zijn eerste en tweede ambtstermijnen aantrad resp. op 20 januari 2000 en op 20 januari 2005 en dat Barack Obama het van hem overnam op 20 januari 2009 kunnen we op zoek gaan naar fluctuaties in bovenstaande grafiek die zouden duiden op een merkelijk effect van de machtswissel.
Wel, veel is daar niet van te merken, althans niet op bovenstaande schaal.
Zou het op kleinere schaal anders zijn?
Dit is het verloop van de DJIA de eerste 1,5 maand in 2009 na Obama’s aantreden als 44ste president:
20 januari: 8.077,56
26 januari: 8.000,86 (-1%)
2 februari: 8.280,59 (+3,5%)
2 maart: 6.626,94 (-20%)
Uit deze cijfers valt o.i. op te maken dat de beleggers geen gat in de lucht sprongen op 20 januari 2009. Eigenlijk is uit de DJIA niets op te maken qua effect van de Obama’s verkiezing.
Zal ook dit jaar Wall Street flauw reageren op wie de 45ste president wordt? Wel, er is de laatste maanden en jaren heel wat veranderd wat de visie van het publiek op Wall Street, grootbanken en investeerders betreft.
Enkele maanden (oktober 2011) geleden deed de internationale marktonderzoeker IBOPE Zogby een grootschalige enquête waaruit bleek, dat liefst 72% van de volwassen Amerikanen een ongunstig beeld hebben van Wall Street en per uitbreiding van de ganse financiële wereld. De helft van die 72% waren Republikeinen, wat ook niet te verwaarlozen is.
De teloorgang van instellingen zoals Lehman Brothers, het (nog altijd) uitkeren van megabonussen, extra in de verf gezet door o.m. de Occupy Wall Street demonstraties hebben de kiezers ervan overtuigd, dat de rijken rijker worden, terwijl de midden- en lagere klassen het water naar hun lippen zien stijgen.
Het kan niet anders dan dat zowel Obama als zijn Republikeinse tegenstrevers de bui zien hangen en dat ze een strategie zullen uitwerken om de aversie tegen Wall Street te counteren.
De Occupy Wall Street (OWS) beweging is nog altijd alert en kan ieder ogenblik actief worden. Van de Democraten is de overgrote meerderheid sympathisant van OWS, bij de Republikeinen en de Independents zijn resp. 90 en 50% tegen OWS.
Het valt dus niet uit te sluiten dat de Democraten met OWS tot een vorm van samenwerking willen komen, zonder er een Democratische versie van de populistische Tea Party van te willen maken. Trouwens, in de rangen van Occupy Wall Street roert er ook wat, zoals blijkt uit geciteerde enquête die aantoonde dat ook in deze beweging er tegenstellingen zijn qua politieke visie.
De Democraten moeten er zich voor hoeden, zicht te sterk te identificeren met OWS om niet in een doodlopend straatje te belanden zoals de Republikeinen die nu te lijden hebben onder de tanende belangstelling voor de Tea Party, waardoor teleurgestelde Republikeinen en twijfelende Democraten hen de rug toekeren.
Maar de vraag blijft of en welk deel van de aanhangers van OWS zich zonder meer willen aansluiten bij de Democratische politiek? Immers, moesten ze tevreden zijn met Obama’s beleid, dan waren ze niet gaan demonstreren in de straten van New York en andere grote steden.
Obama weet dit zeker, anders had hij zijn retoriek niet aangepast aan de strijd tegen de werkloosheid en daarbij een meer populistische toon aangeslagen. Dit met de bedoeling de negatieve publiciteit van hem af te wenden richting door een ‘publieke vijand’ te creëren, gelinkt aan Wall Street. Nu de kansen van Mitt Rowney om nominee te worden dag na dag toenemen, is dat een mooie gelegenheid voor Obama om de Republikeinen te linken aan Wall Street.
Obama kan echter niet ontkennen, dat eerder hij dan de Republikeinen getroffen wordt door het negatieve imago van de banken. Veel kiezers vinden ook dat hij te vriendelijk is tegenover Wall Street. Aan de andere kant zijn er vele belangrijke bankiers die vinden dat Obama hen onfair behandelt. Maar ze blijven hem campagnegeld toestoppen en dat wil toch wat zeggen vinden we.
Obama en Wall Street hangen van elkaar af. Enerzijds moet Obama de financiers ervan overtuigen dat ze op hem kunnen steunen en anderzijds moet hij zijn kiezers duidelijk maken dat ze voor hem op de eerste plaats staan. Van dansen op het slappe koord gesproken…
Wall Street moet erkennen, dat er een vertrouwensbreuk is met het grote publiek. Het lanceren van reclamespotjes op tv en radio blijkt daar niet veel aan te verhelpen. Alleen wanneer het grootkapitaal en de industriëlen erin slagen de economie weer echt op de been te helpen, dan zwaait het spotlicht weg van Wall Street en keert de rust en wellicht het vertrouwen terug.
Behalve een onverwachte gebeurtenis, zal Wall Street de spil worden waarrond de verkiezingen in november 2012 draaien. ‘Verkiezingen’, want buiten een president worden op 3 november 2012 435 zg. Representatives (volksvertegenwoordigers), 33 senatoren gekozen.
Hoe zal Wall Street, met andere woorden beleggend Amerika reageren na
3 november? Zoals de twee grafieken aan het begin van dit artikel al aantoonden werden in het verleden geen sterke beursbewegingen vastgesteld. Op jaarbasis gaf de DJIA na de aanstelling van een nieuwe president een return van gemiddeld 7,8%. Echter, wanneer een zittende president herkozen werd, was de gemiddelde return een povere 1,1%.
Nu we toch in de cijfers gedoken zijn: de gemiddelde return van de DJIA was onder een democratische president 8,8% op jaarbasis en onder een republikein 6,3%.
Er is nog heel wat weg af te leggen voor Obama en zijn uitdager, waarvan we nu de naam nog altijd niet weten, behalve dat hij Rowney, Santorum of Gingrich zal heten.
Het zal voor Obama niet alleen dansen op een slap koord worden maar ook het consequent aantonen dat hij de man van de ‘change’ is en blijft. Maar nu moet hij zijn belofte waarmaken en dat kan enkel als hij de kapitaalkrachtige klasse met de rest van zijn volk kan verbinden. Via Wall Street.
Jan Van Besauw
Publicist voor USMarkets.nl