...

OLIEPRIJS GRAADMETER VOOR HERSTEL

29 januari 2009, 09:03 | US Markets Redactie | leestijd: 5 minuten | moeilijkheid: 11 / 12 | (0)

De cen­trale bank van de VS maak­te gis­teren bek­end bereid te zijn om staat­soblig­aties op te gaan kopen teneinde de kredi­etver­len­ing weer op gang te bren­gen. Hoewel er nog enige sla­gen om de arm wer­den gehouden verk­laarde de Fed­e­re­al Reserve tevens een economisch her­s­tel te verwacht­en in de tweede helft van dit jaar.

OLIEPRI­JS GRAAD­ME­TER VOOR HERSTEL

De cen­trale bank van de VS maak­te gis­teren bek­end bereid te zijn om staat­soblig­aties op te gaan kopen teneinde de kredi­etver­len­ing weer op gang te bren­gen. Hoewel er nog enige sla­gen om de arm wer­den gehouden verk­laarde de Fed­e­re­al Reserve tevens een economisch her­s­tel te verwacht­en in de tweede helft van dit jaar. Onder­tussen ste­gen de verwachtin­gen dat het Huis van Afgevaardig­den zal gaan instem­men met het nieuwe stim­u­ler­ings­plan van de regering-Oba­ma . De beurzen in de VS reageer­den posi­tief op dit nieuws. De toch al goedgeluimde Dow Jones-index liep nog verder op. De oli­eter­mi­jn­markt noteerde een winst van 4 % voor een vat West Texas Inter­me­di­ate. De pri­js van een vat olie geeft momenteel haarfi­jn de verwachtin­gen omtrent de economie weer.

De enorme dal­ing van de oliepri­js van $ 147 per vat Brent afgelopen zomer naar $ 37 in decem­ber liep volledig par­al­lel met de razend­snel inza­kkende werelde­conomie. Waar de vraag naar olie tot de zomer door de pro­du­cen­ten nauwelijks was bij te benen viel deze in de herf­st volledig weg. Zo sloeg een wereld­wi­jde angst voor het inflatiespook in korte tijd om in de vrees voor het tegen­overgestelde, een verni­eti­gende deflatie. De vraag naar olie zal pas weer gaan toen­e­men wan­neer de economie enige teke­nen van her­s­tel gaat ver­to­nen. Daarom zien we de afgelopen maan­den dat de pri­js mee­be­weegt op het ritme van de economis­che bericht­gev­ing. Voor beleg­gers op zoek naar enig licht aan het einde van de tun­nel is de oliepri­js een bak­en om op te varen.

Als gevolg van de ingestorte oliepri­js wor­den veel investerin­gen in nieuwe – vaak moeil­ijk win­bare – olievelden tot nad­er order uit­gesteld of zelfs afge­blazen. De OPEC heeft reeds meerdere keren zijn pro­duc­tie ver­laagd. En dat ter­wi­jl er nog maar een half jaar gele­den gespro­ken werd over peak oil en struc­turele krapte aan de aan­bodz­i­jde. Olie-deskundi­gen gaan er dan ook van uit dat de vraag naar olie onmid­del­lijk weer zal gaan toen­e­men bij de eerste teke­nen van een economis­che oplev­ing. De sit­u­atie van krapte op de oliemarkt zal weer terugk­eren. Het Inter­na­tion­aal Energie Agentschap spreekt reeds van een oliepri­js van $ 100 over enkele jaren. Dit is voor geduldige beleg­gers een aan­lokke­lijk perspectief. 

Er is de afgelopen peri­ode echter een kar­revracht aan slecht nieuws over ons uit­gestort en daarom bli­jven er veel onzek­er­he­den hangen rond de verwachtin­gen op een economisch her­s­tel. Om die reden kun­nen beleg­gers die van mening zijn dat deze lage oliepri­js slechts van korte duur zal zijn het beste kiezen voor een enigszins voorzichtige strate­gie. Het selecteren van beleg­gin­gen in grote gerenom­meerde en vooral finan­cieel solv­abele oliecon­cerns. De aan­de­len uit de oliesec­tor ver­loren in het ram­pza­lige jaar 2008 ruim 40 % aan waarde. Tussen de ver­schil­lende olie­fond­sen traden er overi­gens wel zeer grote ver­schillen op. Zo leed s werelds groot­ste – voor­zover niet in staat­shan­den — oliemaatschap­pij Exxon een koersver­lies van maar 6 % over het afgelopen jaar, ter­wi­jl bijvoor­beeld het Rus­sis­che Gazprom maar lief­st 72 % aan waarde moest inlev­eren. Roy­al Dutch Shell ver­loor 31 %. De koers/​winstverhouding van de sec­tor (over de winst van 2008) bedraagt slechts 6. Het div­i­den­dren­de­ment 5 %. De meeste grote oil majors bevin­den zich na jaren van vette win­sten in een pri­ma finan­ciële conditie. 

Natu­urlijk, de grote uitdag­ing voor de grote inter­na­tionale con­cerns betre­ft het ver­van­gen van hun snel uit­geput rak­ende olievelden. De staat­soliebedri­jven uit vooral de opkomende mark­ten con­trol­eren inmid­dels zo’n 80 % van s werelds oliebron­nen. Het dwingt de inter­na­tion­als steeds meer naar olie te gaan boren in verre en niet alti­jd even rustige gebieden. Poli­tieke onrust­ge­bieden als Venezuela, Nige­ria en Rus­land. Het goede nieuws is echter dat de oliepro­duc­erende lan­den als gevolg van de sterk gedaalde oliepri­js gat­en in hun over­hei­ds­bud­get­ten zien vallen. Zo zullen bovenge­noemde lan­den met betere voor­waar­den voor de oil majors over de brug moeten gaan komen. Ze hebben de inter­na­tion­als immers nodig van­wege hun kap­i­taalkracht, logistiek en tech­nolo­gie. De investerin­gen bli­jven tenslotte duur en moeil­ijk op te bren­gen voor een enkele par­tij. Door hun opbreng­sten uit raf­fi­nage en chemie zijn de inter­na­tion­als ook min­der afhanke­lijk van de hoogte van de oliepri­js dan de staat­soliebedri­jven. Uit­gaande van de visie dat de oliepri­js op ter­mi­jn weer zal gaan sti­j­gen zijn de grote majors een goede beleg­ging. Enige zek­er­heid kan geen kwaad en daarom zijn Exxon, Shell en BP voor de hand liggende kan­di­dat­en. Spec­u­latiev­er is het Brazil­i­aanse Petrobras. 

NB Onder­getek­ende heeft zelf een posi­tie in Roy­al Dutch Shell.

Jan-willem Nijkamp
voor US Markets


Reageren

Anonieme comments achterlaten is niet toegestaan. Hiervoor moet u ingelogd zijn. Login »
Turbo’s zijn complexe instrumenten en brengen vanwege het hefboomeffect een hoog risico mee van snel oplopende verliezen. 7 op de 10 retailbeleggers verliest geld met de handel in turbo’s. Het is belangrijk dat u goed begrijpt hoe turbo’s werken en dat u nagaat of u zich het hoge risico op verlies kunt permitteren.