...

Greenspan: ruggensteun of stoorzender?

29 oktober 2009, 19:59 | US Markets Redactie | leestijd: 12 minuten | moeilijkheid: 8 / 12 | (0)

Greenspan: ruggen­s­te­un of stoorzender?

Emi­nence grise Alan Greenspan bli­jft zijn mening ten beste geven als het de VS-economie betre­ft. Loopt hij hier­bij par­al­lel met zijn opvol­ger Ben Bernanke of loopt hij hem voor de voeten?


Gedurende 18,5 jaar, van augus­tus 1987 tot jan­u­ari 2006 was de nu 83-jarige Alan Greenspan voorzit­ter van de Fed­er­al Reserve. Offi­cieel is hij met pen­sioen, maar hij laat nog alti­jd van zich horen. Hij ven­tileert in ver­schil­lende krin­gen en bij ver­schil­lende gele­gen­heden zijn mening over de economie en de finan­ciën, en dit op inter­na­tion­aal maar vooral op VS-niveau. De aan­vra­gen om ergens te gaan spreken bli­jven toe­stromen, hoewel een sessie Greenspan niet wat je kunt noe­men goed­koop is: 100.000 dol­lar (som­mi­gen mak­en gewag van 150.000 dol­lar) voor een speech is geen echt democ­ra­tis­che gage. Hij ver­di­ent nu stukken meer dan toen hij de baas van de Fed was. Kwest­ie van een spaar­pot­je bijeen te harken voor zijn oude dag?

Wat opvol­ger Ben Bernanke (in decem­ber 2009 53 jaar) denkt van de optre­dens van zijn illus­tere voor­ganger, daar hebben we het raden naar. Wel kun­nen we ons voorstellen, dat hij soms geïr­ri­teerd moet zijn als er menin­gen wor­den geuit die niet stro­ken met de zijne, maar die wel betrekking hebben op zijn actieterrein.

We vroe­gen ons af, over welke pun­ten Greenspan en Bernanke het­zelfde denken en over welke niet. Hier­bij dacht­en aan de grote thema’s die van­daag niet uit het nieuws weg te bran­den zijn: cri­sis, werk­loosheid, bank­sec­tor, economie, won­ing­sec­tor en de inflatie.

Cri­sis.

Hoewel uit ver­schil­lende hoeken bericht­en komen van licht aan het einde van de tun­nel, stellen we vast de economis­che cri­sis grim­miger allures aan­neemt. Beduidend en beangsti­gend in dit ver­band is de forse toe­name van het aan­tal dak­lozen van ca 1,4 miljoen in decem­ber 2007 naar 2,5 à 3 miljoen begin okto­ber 2009. Net zoals in de beruchte 1930’er jaren zijn vele mensen ged­won­gen te lev­en in geïm­pro­viseerde wonin­gen, een soort ten­ten opge­bouwd uit rom­mel.

Om de cri­sis te helpen bed­win­gen, heeft de admin­is­tratie-Oba­ma voor bij­na 800 mil­jard dol­lar (ca 540 mil­jard euro) kredi­eten vri­jge­maakt. Ongeveer 320 mil­jard dol­lar (40% ) van dit geld is daad­w­erke­lijk gebruikt op dit ogen­blik. De ver­hoopte afname van de werk­loosheid (zie verder) als gevolg van deze onder­s­te­un­ing is er nog niet.

De over­heid in de VS, pres­i­dent Oba­ma op kop, stelt verdere stim­u­ler­ings­maa­trege­len voor, zoals het creëren van meer werkgele­gen­heid door nieuwe infra­struc­tu­ur­pro­jecten, meer finan­ciële ste­un aan de werk­lozen en aantrekke­lijke belast­ingspoli­tiek voor onderne­min­gen die werkne­mers aanwerven.

Hier­mee is Greenspan het niet eens. Hij wil wacht­en tot de oor­spronke­lijke 800 mil­jard dol­lar volledig zijn gespendeerd. Bernanke, die her­haaldelijk zijn apoli­tiek zijn onder­li­jnt, ste­unt de admin­is­tratie-Oba­ma op het vlak van extra maa­trege­len. Hier­mee bli­jft hij in lijn met zijn verk­lar­ing ongeveer een jaar gele­den als voor­stander van stim­u­ler­ingskredi­eten van de overheid.

Werk­loosheid

Begin okto­ber 2009 bericht­ten de media, dat de werk­loosheid in de VS 15,1 miljoen een­heden bedroeg ofwel 9,8% van de actieve bevolk­ing. In decem­ber 2007, toen een nakende cri­sis zich aankondigde, was het werk­looshei­d­sci­jfer iets meer dan de helft (7,6 miljoen eenheden). 

Greenspan is van mening, dat de werk­loosheid in de VS zich een tijd­je’ (hier hebben we weer de typ­is­che greenspani­aanse vaagheid) zal hand­haven rond 10%. Hij stelt zijn hoop op de zich her­stel­lende groei van de VS-economie, die vol­gens hem min­stens 3% is in het derde kwartaal 2009.

Bernanke ziet het niet zo sim­pel. Ten eerste stelt hij, dat de prille herne­m­ing van de economie op korte ter­mi­jn niet zal ver­helpen aan de werk­loosheid. Daarin geeft zijn entourage hem gelijk: voor de lopende maand okto­ber 2009 verwacht men een sti­jging tot 9,9% en tegen half 2010 een piek bij ca 10,5%. Daar­na zou het moeten verbeteren.

Ten tweede linkt Bernanke de oploss­ing van het werk­looshei­d­sprob­leem aan rentemaa­trege­len. Er moet een rentev­er­hoging komen, maar hij weet dat de tim­ing van cru­ci­aal belang is. Ver­hoogt hij de basis­rente (op dit ogen­blik 0,5%) te vroeg, dan kan het prille economis­che her­s­tel gefnuikt wor­den en schi­et de werk­loosheid door tot een eind boven 10%. Wacht hij te lang met een rentev­er­hoging, dan kan de inflatie de pan uit rijzen.

Hier is Greenspan blijk­baar mil­i­tant van laiss­er faire laiss­er aller, een mooie manier om te zeggen t zal wel koe­len zon­der blazen. Bernanke daar­ente­gen wil een snelle aan­pak maar worstelt nog met de timing.

Bank­sec­tor

Enkele weken gele­den meldde The New York Times dat Greenspan een voors­tel had om te ver­hin­deren dat de bank­sec­tor in de toekomst nog de oorza­ak kan zijn van cat­a­stro­fes zoals we hebben meege­maakt. Het prob­leem tot op van­daag zijn’ , zei Greenspan, de banken die too big to fail” zijn. De garantie die groot­banken hebben dat de over­heid hen alti­jd zal ste­unen, stelt hen in staat te goed­koop te lenen. Dat creëert oneer­lijke con­cur­ren­tie. Boven­di­en werkt die over­hei­ds­garantie onver­ant­wo­ord beleid in de hand.’ Daarom is Greenspan voor­stander van kleinere banken zon­der extra voordelen.

Natu­urlijk houdt Bernanke zich ook bezig met de bank­sec­tor. Zijn oploss­ing is o.i. prag­ma­tis­ch­er dan deze van Greenspan. Hij wil de hele struc­tu­ur niet over­hoop gooien, maar wel de groot­banken extra belas­ten. Boven­di­en wil hij de grote banken een reeks maa­trege­len opleggen om ontsporin­gen zoals degene die (hopelijk) achter ons ligt te ver­mi­j­den. Hij denkt o.m. aan bil­lijke’ salaris­sen, waarmee hij zek­er doelt op de exor­bi­tante bonussen die nog alti­jd wor­den toegek­end. Verder wil hij een transparant beheer van de acti­va, waarin begrepen is het ver­plichte aan­leggen van een ruime reserve.

Op bankbeleid heeft het twee­t­al duidelijk een grondig ver­schil van visie. 


Economie

Zoals we al aan­haalden, verwachtte Greenspan een groei van de VS-economie in het derde kwartaal 2009 van ca 3% Wel­nu, de offi­ciële waarne­mers geven hem gelijk: zij verwacht­en +3,3% . Als dat zou klop­pen, dan komt er en einde aan 4 achtereen­vol­gende kwartal­en van negatieve groei.

Net zoals hij denkt dat het oplossen van het prob­leem van de werk­loosheid een kwest­ie van tijd is, gaat Greenspan ervan uit dat de con­sump­tie vanzelf zal gaan aantrekken. Hij meent dat de con­sument fun­da­menteel niet is veran­derd door de cri­sis en dat het koopge­drag als van oud­sh­er zal worden. 

Bernanke heeft er niet zo’n goed oog in. Hij weet wel dat som­mige maa­trege­len op korte ter­mi­jn een schi­jn van ver­be­ter­ing inlu­iden, maar iets van bli­jvende aard is er nog niet bij. Als voor­beeld geeft hij aan het Cash for Clunk­ers’ pro­gram­ma: wie zijn oude, ben­zine slikkende wagen omruilde voor een nieuw en zuiniger exem­plaar, kreeg tot 4.550 dol­lar kort­ing. Het pro­gram­ma kende suc­ces, tot het zoals voorzien eindigde in augus­tus 2009. Vanaf dan begon de autoverkoop weer te slabakken.

Ook hier zien we twee uiteen­lopende ideeën.


Won­ing­sec­tor

Vol­gens veel waarne­mers ligt Greenspan aan de basis van de bubbel in de won­ing­sec­tor.
Even een bloem­lez­ing van state­ments die hij over deze sec­tor ten beste gaf.
In augus­tus 2005 zegde hij, niet ongerust te zijn over de sit­u­atie van de immo­bil­iën­markt in de VS en dat hij dus geen afkoel­ings­maa­trege­len in de vorm van rentev­er­hoging over­woog.
Het liep toch niet zo lekker als hij dacht en dat lei­d­de een jaar en twee maan­den, dat was in okto­ber 2006, tot zijn con­clusie dat voor de Amerikaanse won­ing­markt het erg­ste voor­bij’ was. Toen was hij al ex-voorzit­ter van de Fed. In 2007 hield hij zich wat de won­ing­markt betre­ft iets of wat gedeisd, maar in 2008 zak­te deze markt écht in elka­ar. In juli 2008 beweerde hij dat de bodem alles­be­halve bereikt was. Dat was een draai van 180° ten opzichte van zijn state­ment twee jaar eerder. Als natrap voegde hij eraan toe, dat de VS-economie zich echt op de rand van een recessie’ bevond. 

Wat de won­ing­sec­tor betre­ft, hebben we de indruk dat Bernanke er bij staat en er naar kijkt zon­der echt veel te doen. Nochtans moeten de meest recente cijfers hem ongerust mak­en: in sep­tem­ber zijn de verkoop­sci­jfers van nieuwe wonin­gen met 3,6% gedaald. Van her­s­tel is er dus geen sprake op dit moment.

Wat deze sec­tor betre­ft, kun­nen we moeil­ijk vergelijkin­gen mak­en, maar Greenspan maak­te geen goede beurt met zijn 180 graden richt­ingveran­der­ing. Bernanke waagt zich niet aan boude uit­sprak­en en dat lijkt ons beter.


Inflatie


alt

Als we Alan Greenspans boek The Age of Tur­bu­lence’ erop naslaan, dan komt onom­stoot­baar naar voren, dat inflatie zijn groot­ste vijand was, die hij bestreed met het wapen van de basis­rente (zie verder). We mogen stellen dat hij tij­dens zijn car­rière als Fed-voorzit­ter de inflatie beheerst heeft. Hoewel zijn tegen­standers het voor­spelden, hebben toe­s­tanden zoals in het Duit­s­land van de 1920’er jaren zich niet voorgedaan in de VS van de laat­ste decennia.

alt

Ben Bernanke (zie foto hier­boven) heeft het anders aangepakt. Zijn uit­spraak om zonodig geld bij te drukken en over de ver­bruik­ers uit te strooien heeft hem de bij­naam heli­copter Ben’ bezorgd. Sinds de cri­sis los­brak heeft hij daad­w­erke­lijk meer dol­lars in cir­cu­latie gebracht, zij het niet com­pleet in de vorm van tast­bare bil­jet­ten, maar eerder als bijkomende kredi­eten die de banken kon­den opne­men. Feit is dat sinds het uit­breken van de cri­sis in de loop van 2008 de zg. mon­e­tary base’ met 1.100 mil­jard dol­lar (741 mil­jard euro, u leest het goed) is toegenomen. Dit zijn natu­urlijk niet alleen tast­bare green­backs, ook kredi­eten die de banken ontvin­gen na goed­keur­ing van de Fed horen daar­bij.
Als je nu gaat kijken naar het echte effect van de uit­brei­d­ing van de mon­e­tary base’, dan stel je vast dat 1 dol­lar extra toegek­end door de Fed resul­teert in 10 dol­lar meer in omloop in de dagdagelijkse economie. Dat wil zeggen, dat de eerder aange­haalde 1.100 mil­jard dol­lar in de realiteit het vol­ume geld in omloop ver­hogen met 11.000 mil­jard dol­lar oftewel een indruk­wekkende 7.410 mil­jard euro. Nu moet je weten, dat de VS-economie een jaaromzet kent van ca 14.000 mil­jard dol­lar. Voeg daar 11.000 mil­jard extra dol­lars aan toe en je moet er geen tekeninget­je bij mak­en: zo kri­jg je (serieuze) inflatie.
Dat weet Bernanke natu­urlijk ook, anders was hij nooit in de func­tie ger­aakt die hij nu bek­leedt. Maar hij heeft zo zijn plan­net­je.
Als zoals hij het hoopt door het extra vol­ume (zeg maar de mas­sa) geld het ver­bruik­ers­ge­drag ver­betert en de economie hero­pleeft, dan wil hij dit extra vol­ume breed glim­lachend weer uit het sys­teem terugtrekken. Hoe doe je dat? Dor bepaalde acti­va, tot nad­er order eigen­dom van de over­heid, te verkopen. In con­cre­to gaat het over staat­soblig­aties en oblig­aties gedekt door hypothe­caire lenin­gen. De vraag is maar: zal het lukken? Met andere woor­den: wie wil zulke effecten kopen van de over­heid? Als deze, door Bernanke vooropgestelde, oper­atie mis­lukt, dan zal hij ged­won­gen zijn de basis­rente ver­hogen om vol­doende geld te recu­per­eren. Doet hij dat, dan betekent dit een zeer pijn­lijke knauw voor het nog heel prille economis­che herstel. 

Het opval­lende ver­schil tussen Greenspan en Bernanke op het vlak van inflatie is dat eerstge­noemde alti­jd con­se­quent dit gevrees­de fenomeen op afs­tand heeft gehouden en dat zijn opvol­ger met vuur speelt.

***

De ver­schillen tussen de aan­pak van Alan Greenspan en deze van Ben Bernanke zijn hier­bij vol­doende aange­toond. Bernanke heeft de pech het roer te moeten overne­men op het moment dat een cri­sis is los­ge­barsten. Greenspan had de pech met zijn ambt te moeten starten enkele maan­den voor de crash van 1987. Greenspan heeft zich er doorheen gew­erkt en heeft meer dan 18 jaar s werelds belan­grijk­ste economie geleid. Bernanke moet zich nog bewi­jzen. Ook dat is een niet te onder­schat­ten ver­schil.
Maar heel dik­wi­jls zal o.i. Greenspan optre­den als een stoorzen­der ten opzichte van Bernanke en dat zou eigen­lijk niet mogen gebeuren. 


Jan Van Besauw
Pub­li­cist voor US Mar­kets
________________________________________
Onder­getek­ende is een gepen­sioneerde mar­ket­ing man­ag­er. Hij schri­jft voor US Mar­kets o.m. columns, nieuws­bericht­en en artikels over uiteen­lopende onderwerpen.


Reageren

Anonieme comments achterlaten is niet toegestaan. Hiervoor moet u ingelogd zijn. Login »
Turbo’s zijn complexe instrumenten en brengen vanwege het hefboomeffect een hoog risico mee van snel oplopende verliezen. 7 op de 10 retailbeleggers verliest geld met de handel in turbo’s. Het is belangrijk dat u goed begrijpt hoe turbo’s werken en dat u nagaat of u zich het hoge risico op verlies kunt permitteren.