...

God schiep de wereld maar wie schiep het geld? En vervolgens de crisis!

16 augustus 2012, 07:08 | Paul Nagels | leestijd: 7 minuten | moeilijkheid: 10 / 12 | (0)

De banken­cri­sis in Europa komt niet zomaar uit de lucht vallen, die is vanaf de 80er jaren geschapen. Hoe zit dat eigen­lijk in elkaar?


Na het gebruik van zil­ver­lin­gen en gouden munten waar­bij de waarde duidelijk in de munt zelf zit opges­loten werd de economie ingewikkelder en wer­den de waarde­volle onder­pan­den ergens opge­bor­gen (Fort Knox ) met als tegen­waarde een waarde­pa­pi­er” dat in omloop werd gebracht. Dit in het vertrouwen dat die waarde er ook echt was (voor­beeld: de gouden standaard).

geld­schep­ping

Nu had­den de over­he­den ont­dekt dat het hele­maal geen kwaad kon om wat meer geld in omloop te bren­gen dan dat ze aan goud in bez­it had­den. Geld smeert de economie en als het alle­maal niet te gek werd (als er zoveel geld is dat het opvalt sti­j­gen de pri­jzen= inflatie) dan was dat gun­stig voor de economie. Boven­di­en is de over­heid ook nog een soort stru­ikrover: bij iedere trans­ac­tie in de economie wordt weer een deel van dat geld teruggepakt (BTW, belastin­gen ). In een mod­erne” economie is na een jaar al 50% van het extra geld terug bij de over­heid, van de andere helft na een jaar weer de helft enz zodat je kunt stellen dat na een jaar of vier het extra geld weer terug is bij de over­heid. Aldus, door geld in de economie te pom­pen ste­gen de inkom­sten van de over­heid in de jaren daar­na met het­zelfde bedrag. Niets aan de hand, iedereen blij.

Tot 1980 deed de over­heid dat voor­namelijk zelf. Pop­u­lair gezegd gaat dat zo: Johan Enschedé en Zonen drukt een stapel geld (geld­schep­ping heet dat), de over­heid maakt daar goede sier mee en geeft dat uit. Ver­vol­gens sturen ze de belastingambtenaren op pad die iedere keer dat de bil­jet­ten van hand tot hand gaan een bil­jet­je terug­pakken en in vier jaar tijd zijn alle nieuwe bil­jet­ten weer van de burg­ers afgepakt en dan kun­nen ze in de ver­snip­per­aar. In de prak­tijk werd dat geld natu­urlijk niet gedrukt, dat wordt geregeld bij de Cen­trale Bank

Boekhoud­kundig gaat dat zo: in de boeken van de deftige staats­bank wordt geboekt dat ze van het ene moment op het andere 100 miljoen extra op hun bankreken­ing hebben staan met als schuldeis­er een imag­i­nair figu­ur: noem hem voor het gemak maar God want wie komt er zomaar 100 miljoen bren­gen. Ver­vol­gens wordt het geld overge­boekt voor sub­si­dies, ambtenaren­salaris­sen en overige sociale uitk­erin­gen en daar­na wordt de schuld aan God weer doorgestreept want die komt het geld toch nooit opeisen. En dat laat­ste klopt. Boven­di­en ste­gen door dat extra geld in de economie in de jaren erna ook nog eens de inkom­sten van de overheid.

Stri­jd om de geldschepping

Nu was het één par­tij een doorn in het oog dat de over­heid dit zo deed: de banken. Banken kun­nen ook geld schep­pen, met één ver­schil namelijk dat alle bedra­gen in de boeken bli­jven staan en niks weggestreept kan wor­den. Een­maal aange­gane trans­ac­ties bli­jven in de boeken staan. De over­heid leende al regel­matig geld bij de banken en dat beviel de banken goed. Op in hun ogen risi­coloze wijze kon­den ze geld schep­pen, dat uitle­nen aan de staat en de rente van­gen. Dat er niets afgelost werd was juist leuk want dat maak­te de gemakke­lijke rente-inkom­sten alleen maar meer. Rond 1980 kwam er in Europa namens de banken een actie op gang de stat­en te bewe­gen zelf geen geld meer te schep­pen maar alles bij de banken te lenen. Op zich zou je zeggen dat de staat daar nooit in zou trap­pen maar de actie was goed voor­bereid. Sterk argu­ment was dat de staat onver­ant­wo­ordelijk zou kun­nen wor­den met de vinger aan de drukpers (dat was in het verleden natu­urlijk al vak­er gebeurd) , ter­wi­jl de banken die ver­ant­wo­ordelijkheid juist wel zouden hebben.

Over­win­ning voor de banken

De actie van de banken slaagde won­der­wel. In Ned­er­land was het de toen­ma­lige min­is­ter van finan­ciën Onno Rud­ing die het beleid zodanig wist te wijzi­gen dat het meeste geld voor­taan van de banken geleend werd. Het wekt geen ver­baz­ing dat hij meteen na zijn min­is­ter­schap gelou­terd werd met een onduidelijke top­func­tie bij de AMRO bank. Ook toen was al bek­end dat de staat als rup­sje- nooit-genoeg geen enkele ambitie had om zijn schulden­last te ver­min­deren, laat staan af te lossen. Je kunt met rede stellen dat op dat moment de kredi­et­cri­sis geboren werd. Immers, door­dat de staat zelf geen geld meer druk­te (wat ver­vol­gens in het niet verd­ween), bleef de schulden­last nu voor eeuwig in de boeken staan waar­door de schulden­last alleen maar (enorm, met rente over rente) zou toen­e­men. In het buiten­land speelden zich soort­gelijke ontwik­kelin­gen af.

Komst van de euro opende een risi­coloze” kapitaalmarkt

Wat ook vanzelf spreekt is dat de banken een gigan­tisch belang had­den bij de komst van de euro. In de zuidelijke lan­den was door de relatief zwakke munten de rente erg hoog. Je kon als bank je geld wel aan Ital­ië lenen tegen 10% maar als ver­vol­gens de lire 8% in waarde daalde had je nog maar 2%, afgezien van andere risico’s. Daar kwam nog bij dat de banken het voor elka­ar kre­gen dat duidelijk afge­spro­ken werd dat de nieuwe Europese Cen­trale Bank in principe geen geld mocht schep­pen. Alles moest dus geleend wor­den, wat wilden ze nog meer. En ze ston­den klaar om te lenen aan welke politi­cus dan ook want Europa stond garant, wat kon je nog gebeuren? Zelfs de rente hoefde niet betaald te wor­den want die werd er ieder jaar gewoon bijgeleend. Hoe grot­er de risi­coloze staatss­chulden, hoe hoger de rente-inkom­sten en de bonussen.

Zodra de munten dus aan elka­ar gekop­peld wer­den en de sterke lan­den min of meer garant kwa­men te staan voor de waardev­as­theid van de val­u­ta was luilekker­land geopend en kwam een gigan­tis­che kap­i­taal­ex­port op gang van noord naar zuid. In no time zak­te de rente in de Zuidelijke lan­den naar het niveau van Noord-Europa en toen was de beer pas goed los. Mega­lo­mane kwaliteits­bestu­ur­ders zoals in Andalusië en Valen­cia die alti­jd geld moesten lenen tegen 10% kon­den nu ineens lenen tegen bij­na niks en ook nog eens onbeperkt omdat de banken alle rem­men los gegooid had­den en dat was goed te merken. Vliegvelden wer­den aan­gelegd die nooit gebruikt wer­den, mil­jar­den ver­slin­dende cul­tu­urtem­pels gebouwd en er was in Europa geld genoeg om massa’s cul­tu­urver­rijk­ers met eeuwige uitk­erin­gen naar dit paradi­js te lokken. Zo werd door de onver­ant­wo­ordelijke hebzucht van bankiers en de domme groothei­dswaanzin van politi­ci een enorme bal­lon opge­blazen. Aan alle sprook­jes komt een eind. De bal­lon is nu aan het lee­glopen en de cri­sis is geboren. Is er nog een weg uit zult u vragen?

Wordt ver­vol­gd .…

Drs Paul Nagels (1951) is mon­e­tair econoom en onderne­mer. Hij was jaren­lang poli­tiek actief en werkza­am in schol­ing en edu­catie. Ingewikkelde prob­le­men kun­nen vol­gens hem vaak op een duidelijke en heldere wijze uiteengezet worden.


Reageren

Anonieme comments achterlaten is niet toegestaan. Hiervoor moet u ingelogd zijn. Login »
Turbo’s zijn complexe instrumenten en brengen vanwege het hefboomeffect een hoog risico mee van snel oplopende verliezen. 7 op de 10 retailbeleggers verliest geld met de handel in turbo’s. Het is belangrijk dat u goed begrijpt hoe turbo’s werken en dat u nagaat of u zich het hoge risico op verlies kunt permitteren.