De hypotheekbanken Fannie Mae en Freddie Mac verliezen hun notering op de beurs en daarmee komt voor hen de roemloze finale in zicht. Finale, die de overheid nog een gigantisch bedrag zal kosten.
Op 24 april 2009 vroegen we ons af, of het met Fannie & Freddie nog slechter kon. Nu zijn we meer dan een jaar later en het antwoord op deze vraag is, dat het inderdaad nog slechter kan.
Als we de beurskoersen bekijken, wordt vlug duidelijk wat er aan de hand is.
Inderdaad, de beleggers hebben zich massaal afgekeerd van de aandelen. Vooral Fannie Mae, de grootste van de twee, bevindt zich al geruime tijd onder het 1 dollarniveau maar Freddie Mac doet het niet veel beter.
Op advies van Edward De M arco, chef van het toezichtsorgaan Federal Housing Finance Agency (FHFA) hebben beide firma’s besloten tot een ‘vrijwillige’ delisting uit de NYSE vanaf 28 juni 2010. De heer De Marco gaf zijn advies op 15 juni 2010 en vanaf dan doken de koersen dog dieper weg dan ooit. De Marco’s bewering dat de door hem geadviseerde delisting niets te maken had met de toekomstperspectieven van beide banken, waren blijkbaar niet doorgedrongen tot bij de investeerders of, beter gezegd, werden straal genegeerd.
Wat gaat er gebeuren na 28 juni? De effectenhandel van Fannie en Freddie zal een periode van windstilte kennen tot 7 juli. Vanaf 8 juli 2010 gebeurt deze handel buitenbeurs, anders gezegd ‘over the counter’ (OTC).
Maar daarmee is de kwestie van de redding van het tweetal nog niet van de baan. Om een financiële catastrofe met verreikende gevolgen te vermijden is volgens experten minstens 160 miljard dollar nodig. Maar, voegen diezelfde experten eraan toe, de operatie zou nog veel en veel duurder kunnen zijn, tot 1.000 miljard dollar. Tegen zulke cijfers vallen de verliezen van Fannie en Freddie, die in 2009 resp. 74 en 22 miljard dollar beliepen, in het niet. De kosten van vermelde operatie zouden alle reddingsacties in de VS, inbegrepen deze van de banken en de autoconcerns, veruit in de schaduw stellen.
Fannie en Freddie hebben het afgelopen jaar ¾ van alle hypotheken voor privé-woningen in de VS gefinancierd of er borg voor gestaan. Deze instituten zijn voor 80% eigendom van de Amerikaanse belastingbetaler en ze hebben tot op heden 145 miljard dollar van hun opwaarts onbegrensde kredieten opgenomen. Terwijl de privé-markt voor immobiliënfinanciering op apegapen ligt, blijven Fannie en Freddie kredieten garanderen aan de consumenten.
Typisch is, dat verschillende ondernemingen die door de Amerikaanse overheid financieel gesteund zijn, nu al bezig zijn hun schuld in te lossen. Daarvan is bij Fannie en Freddie niets te merken.
Eigenlijk zouden Fannie en Freddie allang failliet moeten zijn, maar de voogdij van de overheid maakt dit (vooralsnog) onmogelijk. Maar als de reddingsoperatie zoals hoger gezegd tot duizend miljard dollar zou oplopen, dan trekt ook de overheid de stekker uit het stopcontact en dan tuimelen Fannie en Freddie in een schier bodemloze put. Het is te hopen dat tegen dan de economie in de VS het door Ben Bernanke vooropgestelde herstel daadwerkelijk heeft doorgevoerd.
Voor Fannie Mae en Freddie Mac nadert het einde, zoveel is zeker.
Jan Van Besauw
Publicist voor US Markets
________________________________________
Ondergetekende is een gepensioneerde marketing manager. Hij schrijft voor US Markets o.m. columns, nieuwsberichten en artikelen over diverse onderwerpen. Hij heeft op het moment van schrijven geen materieel belang of bezit in de besproken bedrijven of beleggingsinstrumenten.