![](/images/legacy-images/images/081017--jvb-+-dwarsliggers.gif)
Eugene Fama, fameuze dwarsligger
Ga er maar van uit dat hij het enfant terrible van de beurswereld is en de boeman van al wie zich bezighoudt met vermogensbeheer, technische of fundamentele analyse of gelijk welke vorm van beleggingsadvies geven. Een Nobelprijs kreeg Eugene Fama (nog) niet, maar hij is al enkele malen getipt als genomineerde. Een biografie.
Deze Amerikaanse economist is geboren in 1939 en hij doceert zijn ganse carrière al aan de Universiteit van Chicago. Met zijn doctoraatsthesis, getiteld “The Behaviour of Stock Market Prices”, volgde hij nog de betreden paden, geëffend door o.a. de in zijn tijd miskende Louis Bachelier. Net als Bachelier stelde Fama, dat de aandelenprijzen op onvoorspelbare manier zigzaggen. Maar hij voegde er wel iets aan toe, nl. dat de prijzen van verschillende aandelen niet elk individueel hun grillig verloop laten zien, maar wel in groep. Net alsof de beleggers in deze aandelen reageren op signalen. Deze ideeën haalde Fama bij de Poolse Jood Benoît Mandelbrot (geb. 1924), medegrondlegger van de chaostheorie. U weet wel, die theorie die uitlegt dat, mits de nodige parameters samenspelen, het gefladder van een vlinder in het Amazonewoud kan leiden tot een tropische storm in Azië.
In 1970, hij was toen 31 jaar, publiceerde hij een opzienbarend artikel, getiteld “Efficient Capital Markets: A Review of Theory and Empirical Work”. In dit artikel begon hij met te verwijzen naar hogervermelde Louis Bachelier, die het rond de eeuwwisseling van 19de naar 20ste eeuw ook al had over efficiënte markten. Maar Fama ging verder en formuleerde een voor de beurswereld huiveringwekkende conclusie, die we schematisch samenvatten als volgt:
Waarom huiveringwekkend? Wel, wat Fama concludeert is niet meer of niet minder dat het absoluut geen zin heeft, informatie te verzamelen met het doel te gaan beleggen. Ergo: koop gewoon een ganse index zoals de AEX, de Bel20 of de Dow Jones Industrial en he wacht maar rustig af. De markt is efficiënt genoeg.
Wanneer Bachelier het in 1970 en de jarene erna had over de efficiëntie van de markt, bedoelde hij dat de aandelenkoersen alle bestaande informatie weerspiegelen en dat het dus als individu niet mogelijk is ‘de markt te kloppen’. Hij schreef het ongeveer zo neer: ‘de beurswaarde van een effect is op elk willekeurig moment de resultante van de waarde die kopers en verkopers ervan eraan toekennen. De richting die de koers een moment later zal kiezen, hangt af van de verschuiving in appreciatie tussen kopers en verkopers.’
Fama onderzoekt de ‘resultante van de waarde’ en ziet, dat de informatie de grondslag vormt van de keuzes van de beleggers. Logisch. Maar dan gaat hij aan het werk met een voor die tijd (1970) supercomputer en gaat na, op welke manier informatie zou hebben kunnen inwerken op de vorming van aandelenkoersen. Om het eenvoudig voor te stellen: voor een aandeel X, waarvan hij de volledige levensloop tot op een bepaald ogenblik kent, werkt hij 3 beleggingsscenario’s uit. Eén waarbij de gesimuleerde belegger enkel maar beschikt over de koersen tot onmiddellijk voor dit ogenblik, een tweede dat de belegger alle officiële informatie ter beschikking stelt en een derde, dat erbovenop ook nog inside info bezorgt aan de belegger. Zijn conclusies, gebaseerd op reële feiten, zijn verbazingwekkend: het is in geen geval mogelijk, de markt te kloppen. De ‘markt’ weet zoniet alles, ze houdt er blijkbaar rekening mee.
Het artikel heeft toen velen de gordijnen ingejaagd. Technische analisten zagen hun wereld van patronen, trendkanalen, steunlijnen enzovoort in elkaar zakken. Statistici die de fundamenten van bedrijven analyseerden om zo te komen tot een koersdoel van het aandeel, stonden opeens in de kou. Adviseurs van personen met grote vermogens stonden voor het volhgens Fama voldongen feit, dat wat ze ook deden om de hen toevertrouwde portefeuilles beter dan gemiddeld te doen presteren, boter aan de galg waren.
In de loop van de jaren heeft Fama zijn standpunt moeten herzien en nuanceren. Hij moest toegeven, dat de efficiëntie van de markten in sterke mate, zoniet volledig, staat of valt met het aantal experts die dag in dag uit niet alleen aandelenkoersen analyseren, maar ook alle mogelijke gegevens van bedrijven bestuderen en linken aan de aandelen in kwestie, op zoek naar een tijdelijke inefficiëntie. Want dan is er een gelegenheid om het beter te doen dan de markt.
Uiteindelijk heeft Fama zich beziggehouden met de financiële theorie, waarover hij het boek The Theory of Finance publiceerde met als coauteur de Nobelprijswinnaar Economie (1990) Merton Miller. Ook is hij directeur van de researchafdeling van Dimensional Fund Advisors, een onderneming die doet aan beleggingsadvies. Of hoe de stroper een boswachter werd…
Maar Fama kan het niet laten en de laatste jaren ziet het ernaar uit, dat hij een coup voorbereidt tegen het Capital Pricing Asset Model, in het leven geroepen door vier eminente economen, waaronder Nobelprijswinnaar William Sharpe. Ofwel wordt dit Fama’s final triomf of zijn academische zwanenzang, we zijn benieuwd.
Jan Van Besauw
Publicist voor US Markets
Ondergetekende is een gepensioneerde marketing manager. Hij schrijft voor US Markets o.m. columns, nieuwsberichten en artikels over uiteenlopende onderwerpen.