...

Er hangt een spook boven Griekenland

27 februari 2012, 09:50 | US Markets Redactie | leestijd: 11 minuten | moeilijkheid: 10 / 12 | (0)


De cri­sis in Grieken­land is, ondanks sub­stan­tiële finan­ciële ste­un van de EU, alles­be­halve onder con­t­role. Hoewel alge­meen wordt aangenomen dat de impact van een eventuele crash van Grieken­land relatief klein zal zijn voor de overige EU-lan­den, zien we boven Grieken­land een spook hangen. 


Er gaat bij­na geen dag voor­bij of we horen over Grieken­land negatief nieuws of we zien beelden van man­i­fes­ta­ties van ontevre­den Grieken, die hun afkeer voor de EU niet onder stoe­len of banken steken. Met die men­tal­iteit voedt zich het spook dat boven de bak­er­mat van de democ­ra­tie hangt. Voor we hierop verder gaan, een
analyse van de situatie.

alt

De ellende begon in 2009 toen een nieuwe regering met als pre­mier Gior­gos Papan­dreou aantrad. Al gauw bleek dat de vorige regering een giftige erfe­nis had nage­lat­en met als meest opval­lende karak­ter­istiek onvoorstel­baar valse cijfers over het begrot­ing­steko­rt. Een voor­beeld: de vorige regering met als pre­mier Kostas Kara­man­lis noemde als teko­rt 3,7%, ter­wi­jl het met 12,7% bij­na het vier­voudi­ge bleek te zijn. Door Euro­stat, het direc­to­ri­aat-gen­er­aal van de EU wer­den de cijfers grondi­ger bekeken en de onthut­sende con­clusie eind 2010 was, dat het teko­rt 15,4% bedroeg. Waarom Euro­stat daar niet eerder op gekomen was? Sim­pel­weg omdat de Griekse regering dit bureau de toe­gang tot het grondge­bied alti­jd had ontzegd.

Het bek­end wor­den van deze cijfers had drie effecten:

a) de rente op lenin­gen die Grieken­land moest aan­gaan om de put begin­nen te vullen, schoot de hoogte in. Dat lei­d­de tot een fatale gli­jbaan, want het vooruitzicht dat het begrot­ing­steko­rt nooit zou kun­nen goedge­maakt wor­den werd reëler van dag tot dag
b) het inter­na­tionale vertrouwen in de euro kreeg een ste­vige knauw, wat zich uitte in de koers tegen­over bij voor­beeld de dol­lar met alle economis­che en finan­ciële gevol­gen van dien
c) het land werd het doel­wit van spec­u­lanten die uit­gin­gen van een spoedig fail­lisse­ment van het land. Er wer­den belan­grijke hoeveel­he­den zg. cred­it default swaps gekocht, die roy­aal zouden uit­be­tal­en als Grieken­land de hand­doek in de ring zou gooien

alt

De Griekse regering zelf leek niet echt onder de indruk van alle com­motie in het buiten­land en op 15 jan­u­ari 2010 stapte pre­mier Papan­dreou blak­end van zelfvertrouwen naar de Europese Com­missie en stelde daar een ambitieus bezuinig­ings­plan voor. In 2012 zou het begrot­ing­steko­rt net­jes tot onder de 3%-norm van Straats­burg zijn teruggebracht. 

Hoe het in zijn werk zou gaan? Wel, door een com­bi­natie van belast­ingsver­hogin­gen en bezuinigin­gen. De mensen moesten langer werken, er zouden duizen­den over­bod­i­ge ambtenaren de bon kri­j­gen en de fis­cus zou jacht mak­en op belastin­gont­duik­ers. Er zou meer geld naar de staatskas vloeien dankz­ij ver­hoogde acci­jnzen op ben­zine, diesel en alco­hol. Vrolijk wer­den de Grieken hier niet van, de vak­bon­den steiger­den en organ­iseer­den een golf van algemene stakin­gen, die het land nog wat dieper in de mod­der duw­den want nu kwam het toerisme, een belan­grijke economis­che fac­tor, op de helling te staan. Immers, wie wil zijn zuurver­di­ende euro’s spenderen voor een reis­je naar een land waar je niet wist of je er ooit op tijd zou aankomen of vertrekken en waar het boven­di­en te betwi­jfe­len was of je in je hotel aankwam en of je er te eten zou krijgen?

De Europese Com­missie (EC) ver­strengde in de tweede helft van dezelfde jan­u­ari maand 2010 het toezicht op de Griekse over­heid, maar ging toch akko­ord met Papandreou’s plan. Maar plan of geen plan, toezicht of geen toezicht, het inter­na­tionale vertrouwen was er niet meer, de rente bleef zodanig sti­j­gen dat het voor Grieken­land zeer, zeer lastig werd om nog tegen redelijke con­di­ties aan geld te geraken.

Nog min­der dan een maand na Papandreou’s optre­den voor de EC, nl. op 11 feb­ru­ari 2010, was er een bijeenkomst van de regeringslei­ders van de 27 lid­stat­en. Ze kwa­men overeen gecoördi­neerd te zullen han­de­len als daad­w­erke­lijk hulp aan Grieken­land zou gebo­den wor­den, meer niet. Daarmee kan je geen brood kopen, moeten de Grieken gedacht hebben.

Ter­wi­jl druk gelob­byd werd, waar­bij de nauwe samen­werk­ing en ver­stand­houd­ing tussen de Franse pres­i­dent Sarkozy en de Duitse bond­skanse­li­er Merkel lei­d­de tot het begrip Merkozy’, bleef Grieken­land aan­vanke­lijk weigeren toe te geven dat hulp drin­gend nodig was. Uitein­delijk gooide Papan­dreou het over een andere boeg en op 23 april ging hij door de knieën en vroeg de EU om finan­ciële ste­un. Nog geen 10 dagen lat­er, op 2 mei 2010, kwam een con­creet bedrag uit de bus: 110 mil­jard euro, te ver­sprei­den over 3 jaar. Hier­van kwam 80 mil­jard (73%) van de EU-lan­den en de overige 30 mil­jard van het IMF, toen nog onder de lei­d­ing van de illus­tere figu­ur Domique Strauss-Kahn. Eén dis­so­nant: EU-lid­staat Slowak­i­je hield zijn porte­mon­nee sti­jf dicht.

De ECB en samen met deze cen­trale Europese bank ver­schil­lende regerin­gen zeg­den het vol­ste vertrouwen te hebben dat Grieken­land zich dankz­ij deze hulp uit het moeras zou kun­nen werken. Daar­bij werd wel bek­lem­toond, dat voldaan moest wor­den aan een reeks eisen met als voor­naam­ste de reeks d belast­ingsver­hogin­gen en bezuinigin­gen die Papan­dreou zelf op 15 jan­u­ari 2010 had voorgesteld, aange­vuld met voorstellen om economisch effi­ciën­ter te werken.

Toen op het einde van 2010 de bal­ans werd opge­maakt, bleken er weliswaar ver­schil­lende her­vormin­gen te zijn doorgevo­erd, maar na grondig nazicht van de cijfers bleek het begrot­ing­steko­rt nog te zijn toegenomen. Kwest­ie van nog meer lijken die uit de kast vielen…

In de eerste helft van 2011 werd in Athene druk ver­gaderd en uitein­delijk kwam er in juni 2011 een nieuw plan met als krachtli­j­nen de al eerder genomen maa­trege­len aange­vuld met het ver­hogen van de ver­mo­gens­be­last­ing, het dwin­gen van de fis­cale inspecteurs jacht te mak­en op ont­duik­ers, pub­lieke voorzienin­gen inkrimpen, pri­va­tis­eren van Griekse staat­seigen­dom­men en het open­stellen van de energie- en transportmarkten.

Alle afsprak­en ten spi­jt kwa­men er lat­er in 2011 nage­noeg geen teke­nen dat de toe­s­tand min­der slecht werd. Inte­gen­deel, de kri­tiek op het Griekse beleid klonk luider en luider en werd nog een extra ges­te­und door de inmid­dels beruchte cred­it rat­ing bureaus à la Stan­dard & Poor’s en Moody’s, die Het land de laag­ste beo­ordel­ing gaven en het zo degradeer­den tot het junk’-niveau.

In juli 2011 kwa­men de lei­ders van de 27 EU-lan­den bijeen en stelden een nieuw hulp­plan voor , dit­maal ten belope van 109 mil­jard euro tegen 3,5% rente. Achter­af bleek dit plan een losse flod­der en het belandde in de koelka­st. Immers, het fail­lisse­ment van Grieken­land tegen het einde van 2011 leek onafwend­baar, ook die 109 mil­jard ten spijt.

Inmid­dels verziek­te de Europese sit­u­atie, inter­na­tion­aal wankelde het vertrouwen in de euro en hak­ten de kredi­et­beo­orde­laars erop los. Het kwam tot een nieuw topover­leg op 26 en 27 okto­ber 2011, wat lei­d­de tot een grotere finan­ciële injec­tie dan die van het ter ziele gegane plan van 109 mil­jard, nl. niet min­der dan 130 mil­jard euro. Hier­aan waren nog stren­gere con­di­ties gekop­peld, die zouden lei­den tot con­creet afbouwen van de staatsschuld.

Even werd het wat kalmer, maar dat duurde niet lang. Want pre­mier Papan­dreou kwam op het idee, zijn landgenoten te con­sul­teren over het bezuinig­ings­plan d.m.v. een ref­er­en­dum. In plaats van olie op de gol­ven was dit idee olie op het vuur. Protest alom, ook buiten Griekenland.

alt

Papandreou’s ref­er­en­dum belandde op de klip­pen, samen met de bedenker ervan. Hij trad op 4 novem­ber 2011 af en werd ver­van­gen door pre­mier Loukas Papadi­mos, die tot dan vicepres­i­dent was bij de ECB. Het kan zijn dat hij een over­gangs­figu­ur wordt, want in april 2012 zijn er nationale verkiezin­gen in Grieken­land. In alle geval lijkt hij nu wel de juiste man op de juiste plaats met zijn back­ground bij de ECB.

Papadi­mos wacht in alle geval een lood­zware taak. Hij is gecon­fron­teerd met een schulden­berg van meer dan 360 mil­jard euro, zowat 165% van het bnp. Voor de lopende lenin­gen moet een lood­zware rente van bij­na 26% wor­den betaald. Van de ver­melde staatss­chuld moet in sep­tem­ber 2012 al ca 14% (52 mil­jard euro) zijn terug­be­taald. Alle­maal geld dat duur heeft gekost om te lenen en dat niet in de economie gepompt kan wor­den. Die 130 mil­jard houdt het fail­lisse­ment van Grieken­land op afs­tand, maar hele­maal voor­bij is dit gevaar niet. En in de wan­del­gan­gen klinkt al gefluis­ter van een vol­gende miljardenschijf… 

Hoe moet het nu verder? Deze over­weg­ing brengt ons bij het spook waarover we het zonet had­den. Dit spook kan ontstaan uit twee ele­menten: de tanende economie en de gek­wet­ste bevolking.

De economie (ca ¾ dien­sten, de rest vooral pro­duc­tie en wat land­bouw) heeft af te reke­nen met heel veel wantrouwen op zijn zachtst uitge­drukt. Dit heeft een weer­slag op de cash­flow en op de werkzekerheid. 

Hier­mee komen automa­tisch terecht bij het lot van de Griekse bevolk­ing. De lonen in de pub­lieke sec­tor daalden de afgelopen jaren met 15% en in staats­bedri­jven was dit loon­ver­lies nog pijn­lijk­er, nl. minus 30%. De gepen­sioneer­den moeten het met 10% min­der stellen. Tien­duizen­den ver­liezen hun werk, het werk­looshei­d­sci­jfer was in de zomer van 2011 geste­gen tot 18%.

Velen ontvlucht­en de ste­den om terug te keren naar het plat­te­land om daar te proberen te over­leven met wat land- en tuinbouw.

Een alge­meen beeld van de Griek van van­daag is dat van iemand die wan­hopig en woe­dend is. Er wordt gezocht naar een zon­de­bok en die was tot het aftre­den van Papan­dreou de over­heid. Nu er een andere pre­mier is, wordt met de vinger gewezen naar de euro en bij uit­brei­d­ing naar de EU. Tegelijk­er­ti­jd ontstaat een nation­al­is­tis­che reflex. Jul­lie hebben hier niks meer te zoeken, onze zon en onze zee zijn er niet meer voor jul­lie, Euro­pea­nen!’, zo riep een man uit ergens in een Atheense straat. Nochtans draait 15% van de Griekse economie op inkom­sten van toeris­ten, op zoek naar zee en zon. Niet logisch dus, wat die Griek de jour­nal­ist toeschreeuwde.

Dat is nu net het spook dat boven Grieken­land hangt. Wan­hopige mensen zoeken dik­wi­jls hun toevlucht in een vals gevoel van samen­horigheid en het afs­toten van wat buiten de staats­gren­zen gebeurt. Als in zulke sit­u­atie iemand opstaat en inspeelt op nation­al­is­tis­che gevoe­lens ligt de weg open voor een poli­tiek waar we liev­er niet aan denken.

En daar­bij is te over­we­gen, dat het niet alleen de modale Griek is, die getrof­fen wordt door de ver­scherpte maa­trege­len. De Griekse fis­cus heeft uit­gerek­end dat grote onderne­min­gen en rijken ca 50 mil­jard euro aan de staat ver­schuldigd zijn. Dat geld wil de fis­cus nu bin­nen­ri­jven. Daarom wor­den buiten­landse rekenin­gen door de Griekse staat geblok­keerd. Het gaat hier om bedra­gen van meerdere hon­der­den miljoe­nen euro. Dat zal door de betrokke­nen niet op gejuich onthaald wor­den en ze zullen wellicht par­tij kiezen voor diege­nen die kri­tiek hebben op het huidi­ge beleid. Het kamp van de oppo­nen­ten groeit. 

Wie wil nagaan wat er gebeurde in Europa na de Eerste Werel­door­log zal vast­stellen waar­toe een wan­hopig, ver­ar­md en zich geï­soleerd voe­lend volk in staat is. Vooral als veron­gelijk­te rijken hun rangen vervoegen.

Dit spook moeten we kracht­dadig weghalen van boven Griekenland.

Jan Van Besauw
Pub­li­cist voor USMar­kets


Reageren

Anonieme comments achterlaten is niet toegestaan. Hiervoor moet u ingelogd zijn. Login »
Turbo’s zijn complexe instrumenten en brengen vanwege het hefboomeffect een hoog risico mee van snel oplopende verliezen. 7 op de 10 retailbeleggers verliest geld met de handel in turbo’s. Het is belangrijk dat u goed begrijpt hoe turbo’s werken en dat u nagaat of u zich het hoge risico op verlies kunt permitteren.