...

Een trendanalyse van de Dow Jones

2 februari 2007, 11:50 | US Markets Redactie | leestijd: 8 minuten | moeilijkheid: 11 / 12 | (0)

De zeer lange ter­mi­jn trend voor aan­de­len is omhoog. Sta­tis­tisch genomen komt het ren­de­ment op aan­de­len over een­pe­ri­ode van 100 jaar neer op 9% per jaar. De beleg­ging­shori­zon van de beleg­ger is kor­ter, veel kor­ter bij de meeste beleg­gers. Daar­door ontstaat er een prob­leem, want het ren­de­ment op aan­de­len is niet ieder jaar gelijk. 

Het bepalen van de trend
1e stap. Bepaal de huidi­ge trend door mid­del van trendkanalen.

a) Een opwaarts gerichte trend is herken­baar aan een opeen­vol­gende reeks van hogere pieken en dalen in het koersver­loop waar­langs twee opgaande trendli­j­nen getrokken kun­nen wor­den. We spreken van een sti­j­gend trend­kanaal. De onder­ste lijn is de ste­un­li­jn, deze verbindt de bodems en wordt als eerste getrokken. De boven­ste lijn, de weer­stand­sli­jn verbindt de top­pen. De lij­nen van het trend­kanaal lopen par­al­lel aan elkaar.
b) Een dal­ende trend is herken­baar aan een opeen­vol­gende reeks van lagere pieken en dalen in het koersver­loop waar­langs twee neer­gaande trendli­j­nen getrokken kun­nen wor­den. We spreken van een neer­waarts trend­kanaal. In deze sit­u­atie wordt eerst de boven­ste lijn als weer­stand­sli­jn getrokken en daar­na de onder­ste lijn als steunlijn. 
c) Men spreekt van een trad­in­grange als er geen richt­ing is te bepalen; de ste­un­li­jn en de weer­stand­sli­jn die langs de pieken en dalen van het koersver­loop getrokken kun­nen wor­den zijn horizontaal.
2e stap. Bepaal of er opmerke­lijke ontwik­kelin­gen zijn op de grafiek. 

a) Wordt een hor­i­zon­tale ste­un­li­jn voor een tweede of derde keer ger­aakt en veert de koers steeds weer op, dan wordt de ste­un­li­jn sterk­er en lijkt een uit­braak aan de bovenkant waarschijnlijk.
b) Breekt de koers met hoge omzet door een weer­stand­sli­jn van een trad­in­grange dan heeft dat meestal een sti­j­gende trend tot gevolg. Onder hoge omzet wordt ver­staan dat het dagvol­ume min­i­maal 150% moet zijn van het gemid­delde dagvol­ume over de afgelopen periode.
c) Zakt de koers door de ste­un­li­jn van een trad­in­grange dan is dat vaak het begin van een neer­gaande trend.
d) Soms is het koersver­loop zo extreem dat er geen trendli­j­nen getrokken kun­nen wor­den, dus is er sprake van parabolisch koersver­loop. Dat geeft het einde van een trend aan, waar­na meestal bin­nen niet al te lange tijd een omkeer in de trend plaats vindt.
3e stap. Bepaal de trend door mid­del van voortschri­j­dende gemiddelden.

a) Naast de trendli­jn is het voortschri­j­dende gemid­delde van de koersen ook een hulp­mid­del om de trend te bepalen. Het voortschri­j­dende gemid­delde wordt berek­end door iedere keer opnieuw de slotko­ers of de gemid­delde koers van een bepaalde peri­ode op te tellen bij een reeks van bijvoor­beeld 10, 14, 50, 150 of 200 peri­odes en de koers van de oud­ste peri­ode uit een reeks te ver­wi­jderen. Een peri­ode kan betrekking hebben op een jaar, maand, week, dag, uur of aan­tal minuten. 
b) De som van een dergelijke reeks wordt gedeeld door het aan­tal. Het voortschri­j­dende gemid­delde haalt de ruis uit het koersver­loop en heeft een tijdsver­trag­ing die bij een kort­lopend voortschri­j­dend gemid­delde min­der is dan bij een lan­glopend voortschri­j­dend gemid­delde. Een kort­lopend voortschri­j­dend gemid­delde van bijvoor­beeld 10 dagen vol­gt het koersver­loop van de onderliggende waarde nauwkeuriger dan een voortschri­j­dend gemid­delde van 50 dagen. 
c) Als een aan­deel een duidelijk opgaande trend heeft, dan zullen de lij­nen van het 20-daags, het 50-daags en het 150-daags voortschri­j­dend gemid­delde een par­al­lel opwaarts ver­loop op een grafiek weergeven. 
d) Zolang de actuele koers boven het voortschri­j­dende gemid­delde bli­jft, vol­gt het aan­deel de sti­j­gende trend. Zakt de actuele koers van het aan­deel lang­durig onder het voortschri­j­dende gemid­delde, zodat de lijn van bijvoor­beeld een 50-daags voortschri­j­dend gemid­delde de lijn van een 200-daags voortschri­j­dend gemid­delde kruist, dan is er sprake van een tren­dom­keer. Vooral de kruis­ing van een kort voortschri­j­dend gemid­delde met een lang voortschri­j­dend gemid­delde, zoals het 200-daags voortschri­j­dende gemid­delde, is van groot belang. Bij een Dead Cross” kruist het kort voortschri­j­dende gemid­delde het 200-daags voortschri­j­dende gemid­delde neerwaarts.
e) Als een aan­deel een duidelijk dal­ende trend heeft, dan bli­jft de koers van het aan­deel onder het voortschri­j­dende gemid­delde en lopen de lij­nen van het korte en het lange voortschri­j­dende gemid­delde par­al­lel naar bene­den. Ook hier geeft een kruis­ing van een kort voortschri­j­dend gemid­delde met een lang voortschri­j­dend gemid­delde een tren­dom­keer aan. Bij een Gold­en Cross” kruist het kort voortschri­j­dende gemid­delde het 200-daags voortschri­j­dende gemid­delde opwaarts.
f) Tij­dens een hor­i­zon­tale trad­in­grange werkt het voortschri­j­dende gemid­delde als indi­ca­tor niet goed.
De zeer lange ter­mi­jn trend van de Dow Jones index

De zeer lange ter­mi­jn trend voor aan­de­len is omhoog. Sta­tis­tisch genomen komt het ren­de­ment op aan­de­len over een­pe­ri­ode van 100 jaar neer op 9% per jaar. De beleg­ging­shori­zon van de beleg­ger is kor­ter, veel kor­ter bij de meeste beleg­gers. Daar­door ontstaat er een prob­leem, want het ren­de­ment op aan­de­len is niet ieder jaar gelijk. 

Peri­odes waarin bovengemid­delde ren­de­menten wor­den behaald wor­den afgewis­seld door peri­odes waarin lager dan gemid­delde ren­de­menten wor­den behaald. Deze peri­odes zijn ver­schil­lend en kun­nen lopen van maan­den tot vele opeen­vol­gende jaren. Door mid­del van tren­d­analy­ses proberen beleg­gers te bepalen of de markt zal achterbli­jven of juist toe is aan een peri­ode waarin de koersen relatief sterk sti­j­gen. Natu­urlijk streven deze beleg­gers naar extra ren­de­ment door hun beleg­gin­gen steeds aan te passen aan de trend die zij verwachten. 

Boven­staande maand grafiek van de DJ-30 beslaat een peri­ode van 36 jaar. 

Van 1970 tot 1982 fluctueerde de koers van jaar tot jaar maar er werd per sal­do geen ren­de­ment behaald, dus bleef de index sterk achter bij het zeer lange ter­mi­jn gemid­delde van 9% per jaar. In de peri­ode van 1983 tot 2000 steeg de koers van de index elfvoudig om ver­vol­gens in de daaropvol­gende jaren weer slecht te presteren. 

Het voortschri­j­dende gemid­delde van 100 maan­den (dunne blauwe lijn), van 50 maan­den (dikke blauwe lijn) en van 14 maan­den (dunne groene lijn) bewe­gen nu alle­maal weer omhoog. Boven­di­en is de weer­stand die door de top van het jaar 2000 is gevor­md opwaarts door­bro­ken. De lange ter­mi­jn trend ziet er dus weer posi­tief uit.
De mid­del­lange ter­mi­jn trend

Bij de mid­del­lange trend kun­nen we ons richt­en op de week­grafiek die een peri­ode van 5 jaar weergeeft. 

Het voortschri­j­dende gemid­delde heeft betrekking op peri­odes van 100, 50 en 15 weken. In boven­staande grafiek valt direct op dat de Dow Jones index zich vanaf 2003 in een opgaande trend bevin­dt. Het voorschri­j­dende gemid­delde van alle drie de peri­odes bewe­gen omhoog.

Door de sterke sti­jging vanaf juli 2006 bevin­dt de koers zich nu ruim boven het 50 en 100 weeks voortschri­j­dende gemid­delde. Dat zorgt ervoor dat we bedacht moeten zijn op een cor­rec­tie, waar­bij gedacht moet wor­den aan een dal­ing naar een niveau ron­dom het voortschri­j­dende gemid­delde van 50 maanden.

De korte ter­mi­jn trend

Veel beleg­gers proberen gebruik te mak­en van de korte ter­mi­jn trend die zich richt op een peri­ode van 1 tot 2 jaar. Door het uit­brei­den van de aan­de­len­porte­feuille als er zich cor­rec­ties voor­doen en winst te nemen in peri­odes waarin de koers sterk sti­jgt, proberen zij een beter ren­de­ment te behalen dan de index zelf. 

Boven­staande dag­grafiek geeft een peri­ode van 2 jaar weer. Het voortschri­j­dende gemid­delde heeft betrekking op peri­odes van 100, 50 en 14 dagen. Ook op deze grafiek zijn alle voortschri­j­dende gemid­delden omhoog gericht.

Op deze grafiek wordt de sterke koerssti­jging vanaf juli 2006 duidelijk in beeld gebracht. 

De zeer korte ter­mi­jn trend

De zeer korte ter­mi­jn trend wordt door beleg­gers gebruikt om omslag­pun­ten in een trend in een vroeg sta­di­um waar te nemen. 

Boven­staande grafiek geeft een peri­ode van 3 maan­den weer, waar­bij het voorschri­j­dende gemid­delde op uur­ba­sis wordt berek­end. Het beo­orde­len van het 100, 50 en 14 uur voortschri­j­dende gemid­delde alleen biedt de beleg­ger niet vol­doende hou­vast, maar samen met het teke­nen van een trend­kanaal kan goed wor­den beo­ordeeld of een bepaalde trend zich voortzet of niet. 

Momenteel bevin­dt de DJ-30 zich voor de zeer korte ter­mi­jn eve­neens in een prachtig opgaand trend­kanaal. Pas als de ste­un­li­jn wordt door­bro­ken en de koers daar gedurende meerdere dagen onder bli­jft moet reken­ing wor­den gehouden met een omslag in de trend.

Minuten­grafieken die de ultra korte ter­mi­jn trend weergeven wor­den vri­jwel uit­slui­tend door traders gebruikt. 
Wij van www​.euro​top25​.com gebruiken tren­d­analy­ses voor het vast­stellen van rat­ings voor de track­ers die wij in ons sys­teem hebben opgenomen.
Frans Belt voor US Markets

Reageren

Anonieme comments achterlaten is niet toegestaan. Hiervoor moet u ingelogd zijn. Login »
Turbo’s zijn complexe instrumenten en brengen vanwege het hefboomeffect een hoog risico mee van snel oplopende verliezen. 7 op de 10 retailbeleggers verliest geld met de handel in turbo’s. Het is belangrijk dat u goed begrijpt hoe turbo’s werken en dat u nagaat of u zich het hoge risico op verlies kunt permitteren.