![](/images/legacy-images/images/080410--jvb-+-Wal-Mart.gif)
De wereldtop-10 ondernemingen
Fortune publiceert jaarlijks een overzicht ‘Global 500’ van de 500 belangrijkste bedrijven ter wereld. Nu, 500 bedrijven bespreken lijkt ons wat te veel van het goede. Daarom beperken we ons tot de top-10. Maar we zouden US Markets niet zijn, als we aan ons overzicht niet iets zouden proberen te knopen, waarmee beleggers iets kunnen doen.
We beginnen gewoontegetrouw met tabellen. In de eerste zijn de top-10 ondernemingen qua omzet in 2007 gerangschikt. In de de tweede tabel hebben we dezelfde ondernemingen gerangschikt volgens hun winst in 2007.
De omzetkampioen voor 2007 is kleinhandelsdistributeur Wal-Mart Stores (ticker: WMT), die in 2006 nog met zilver tevreden moest zijn. Dit bedrijf is gevestigd in de VS in de staat Arkansas. Wereldwijd zijn er meer dan 1,9 miljoen mensen die door WMT zijn tewerkgesteld, dat is bijna 18% van de Belgische bevolking of 12% van deze van Nederland.
De omzet van 2007 versus deze van 2006 groeide meer dan 11%. Qua winst moet Wal-Mart net als vorig jaar tevreden zijn met de 8ste plaats. De winst groeide net geen 0,5%, hoewel 11,284 miljard USD nog altijd een vrolijk cijfer is om tegenaan te kijken.
Het aandeel WMT lijkt van plan records te breken, voortgaande op de evolutie van de laatste 3 jaar.
Exxon Mobil (XOM) moest zijn eerste plaats van vorig jaar qua omzet afstaan aan Wal-Mart.
Deze Texaanse olie- en gasreus stelt meer dan 107.000 personen tewerk en kon blijven profiteren van de immer stijgende energieprijzen.
Hoewel de omzet van Exxon Mobil met slechts 2% is gestegen in 2007 versus 2006, blijft deze onderneming de meest winstgevende ter wereld met een winst in 2007 van 39,5 miljard USD, meer dan 9,3% hoger dan in 2006.
Het aandeel is sinds de herfst van 2007 begonnen aan een zijwaartse trip in een koerskanaal tussen 80 en 95 USD.
Het eerste Europese bedrijf dat bij de top-10 verschijnt, en dan nog wel op de derde plaats, is het Nederlandse Royal Dutch Shell (NYSE: RDS‑A) met hoofdzetel in Den Haag en met 108.000 personeelsleden wereldwijd. Het bedrijf behield wat de omzet betreft zijn derde plaats van 2006 en zag zijn omzet in 2007 met bijna 4% stijgen. RDS‑A was in 2007 de nummer twee van de wereld als het op de winst aankomt: 25,44 miljard USD ofwel een bescheiden 0,5% meer dan in 2006.
Ondanks de riante resultaten heeft het aandeel wellicht een opkikkertje nodig. Maar we moeten er rekening mee houden, dat het bedrijf productieproblemen kende (en nog kent) in Nigeria en in zijn raffinaderijen in de VS.
Op de vierde plaats qua omzet en op de derde plaats qua winst bevindt zich alweer een Europees bedrijf: het Britse BP (ticker: BP) met hoofdzetel in Londen en 97.000 medewerkers.
BP behoudt zijn posities die het in 2006 al had en ziet zijn omzet in 2007 met 2,5% stijgen, terwijl de winst met een toch wel gevoelige 2,8% daalt. De reden hiervoor is te zoeken in een gigantische olielek in BP-installaties in Alaska begin 2006. Als gevolg hiervan werd BP door de Amerikaanse overheid gedwongen twee pijplijnen te sluiten tot de problemen zijn opgelost.
U ziet aan de grafiek dat een en ander zijn effect niet heeft gemist op het aandeel.
De tot narder order nog altijd grootste autoproducent ter wereld, General Motors (ticker: GM) handhaaft zich op de 5de plaats qua omzet en op de 10de plaats qua winst (in dit geval verlies). De autobouwer uit Detroit (Michigan) heeft nog altijd een respectabel personeelsbestand van 280.000 personen.
Desondanks alle financiële en sociale moeilijkheden en de concurrentie kon GM zijn omzet in 2007 met bijna 7,7% doen stijgen. Het verlies werd in 2007 met bijna 82% verminderd tegenover 2006. Maar echte reden om te juichen is er niet, want een verlies van ca 2 miljard USD is een smak geld en de afvloeiingen van duizenden medewerkers kosten nog altijd handenvol geld. Er is dus nog geen reden op op de lauweren te gaan rusten voor CEO Rick Wagoner en zijn management.
Het aandeel GM was in vorige herfst euforisch, maar nu is de stemming weer in mineur.
Aartsconcurrent van GM is het Japanse Toyota Motor Corp. (ticker: TM) met hoofdzetel in de stad Toyota-cho, Japan en met meer dan 299.000 personeelsleden.
Toyota heeft ambities om GM van zijn troon te stoten. Het is in 2007 twee plaatsen geklommen qua omzet, die van 2007 versus 2006 10% is gestegen. Op het gebied van winst is Toyota de nummer 7 met een winst van ca 14 miljard USD ofwel 16% meer dan in 2006.
Toyota laat Daimler achter zich en ook Ford, in 2006 nog de nummer 9 qua omzet, maar die voor 2007 vrede moet nemen met de 12de plaats.
Ook het aandeel TM heeft wat pluimen gelaten het afgelopen jaar, maar in heel wat mindere mate dan concurrent GM.
Oliereus Chevron (ticker: CVX) zakte in 2007 van de 6de naar de 7de positie qua omzet maar steeg van 5 naar 4 wat winst betreft. Chevron is gevestigd in Californië en heeft 62.500 medewerkers.
De omzetstijging 2007⁄2006 van bijna 5,9% is te danken aan pas opgestarte productie-eenheden in Angola, Australië, de Golf van Mexico, Kazachstan en Nigeria. De winst steeg met zo maar eventjes 21,6% dankzij de fusie met Unocal, waardoor Chevron de tweede grootste oliefirma in de VS is.
Het aandeel houdt sinds vorige zomer stand in een zijwaarts kanaal tussen 80 en 95 USD.
De Duitse autobouwer Daimler (ticker: DAI) met hoofdkwartier in het Duitse Stuttgart heeft 272.380 medewerkers en moest qua omzet een plaats zakken, van 7 in 2006 naar 8 in 2007, hoewel deze in 2007 versus 2006 steeg met 2,2%.
De forse winstgroei met 14,5% is vooral te danken aan het afstoten van de Chrysler-afdeling, die in mei 2007 voor 7,4 miljard USD overgenomen werd door de investeringsfirma Cerberus.
Na de afstoting van Chrysler vorig jaar in mei kreeg het aandeel wind in de zeilen en begon aan een kort onderbroken klim naar een top eind oktober, maar moestr dan alle winst weer laten wegvloeien tot op het koerspeil van de lente 2007.
ConocoPhillips (ticker: COP) klom qua omzet en winst in 2007 vergeleken met 2006 een plaats, resp. van 10 naar 9 en van 6 naar 5. Deze Texaanse oliefirma heeft 38.600 personeelsleden en is mee daardoor de ‘kleinste’ van de 5 grootste olie- en gasbedrijven.
Maar als we kijken naar de activiteiten, merken we dat ConocoPhillips de belangrijkste producednt is van aardgas in Noord-Amerika en dat het in de VS de tweede grootste raffineerder van ruwe olie is, net achter BP.
De omzet 2007⁄2006 groeide met 3,46%, minder dan gepland. Net als BP had ConocoPhillips in 2007 problemen met lekkende pijplijnen in Alaska, toe te schrijven aan slijtage. De stijgende olieprijzen hebben bijgedragen tot een sterke winstprestatie 2007⁄2006: +14,9%.
Het aandeel COP beweegt zich al sinds de zomer van 2006 zijwaarts in een gebied tussen 70à75 en 85 USD.
Last but not least treffen we op de 10de plaats het Franse Total (ticker: TOT) aan. Vorig jaar stond Total op de 12de plaats qua omzet, die in 2007 10,5% hoger was dan in 2006. Stijgende kosten en dalende capaciteit hebben de winst 2007⁄2006 met bijna 4,9% doen dalen. Om deze trend te keren, is Total bezig met het opstarten van 10 à 12 nieuwe productie-eenheden in Afrika (Nigeria) en in de Golfregio (Saoedi-Arabië).
Het aandeel Total volgt als sinds mei 2005 een opwaarts koerskanaal met steeds stijgende steunen. Een goed teken?
Tot daar ons overzicht van de 10 grootste bedrijven ter wereld. Van de top-10 grootste ondernemingen qua omzet zijn er 6 die behoren tot de sector olie & gas, 3 zijn autobouwers en 1 (de grootste) is een distributieketen.
Onze analist Edwin Vandamme zal eerstdaags een analyse maken van de nummer 1 qua omzet (Wal-Mart) en van de 4 Europese ondernemingen (Royal Dutch Shell, BP, Daimler en Total) uit deze lijst.
Jan Van Besauw
Publicist voor US Markets
Ondergetekende is een gepensioneerde marketing manager. Hij schrijft voor US Markets o.m. columns, nieuwsberichten en artikelen over diverse onderwerpen. Hij heeft op het moment van schrijven geen materieel belang of bezit in de besproken bedrijven of beleggingsinstrumenten.