DE GROTE STAP VOORWAARTS
Ooit sprak de grondlegger van Communistisch China Mao van “De Grote Stap Voorwaarts”. Hij kon toen nog niet bevroeden dat zijn land inderdaad een enorme sprong zou maken in de richting van een economische wereldmacht. Dit jaar heeft de Chinese aandelenmarkt het ene record na het andere verpulverd. De beurs van Shanghai steeg in twee jaar tijd met bijna 600 % tot een ongekende piek van 6092 punten. Het op deze beurs verhandelde volume overtreft inmiddels het gecombineerde handelsvolume van de rest van Azië. De totale beurswaarde van alle genoteerde Chinese bedrijven is groter dan de gehele Japanse aandelenmarkt. De grootste bank van China, de Industrial and Commercial Bank of China is Citigroup inmiddels voorbijgestreefd als ’s werelds grootste financiële instelling. Het internetbedrijf Alibaba ging deze week naar de beurs om op zijn eerste dag reeds te verdrievoudigen in waarde.
Het meest opmerkelijke van deze statistische feiten vond echter afgelopen maandag plaats toen het olieconcern Petrochina naar de beurs werd gebracht. Op zijn eerste beursdag explodeerde de koers met 163 % om daarmee het grootste bedrijf ter wereld te worden met een beurswaarde van 1000 (!) miljard dollar. Dat is twee keer de omvang van het voorheen grootste bedrijf Exxon en in marktkapitalisatie bijvoorbeeld gelijk aan de gehele Braziliaanse economie! De fenomenale koersrally van de Chinese A‑shares – in Shanghai genoteerde aandelen – heeft er toe geleid dat van de tien grootste bedrijven ter wereld er inmiddels vijf Chinees zijn. Naast Petrochina en ICBC zijn dat de verzekeraar China Life, telecommunicatiebedrijf China Mobile en oliebedrijf Sinopec. De overige vijf bedrijven zijn Exxon, General Electric en Microsoft uit de VS, Gazprom uit Rusland en Royal Dutch Shell.
Deze opsomming van spectaculaire feiten leidt tot twee tegengestelde conclusies. Of de Chinese aandelenmarkt is na 20 jaar niet eerder vertoonde economische groei volwassen geworden. Of we hebben hier te maken met een ongelooflijke luchtbel die op het punt staat uiteen te spatten. Veroorzaakt door een uit zijn voegen bartstend spaaroverschot en de nog steeds geldende beperking voor Chinese beleggers dat ze alleen in eigen land mogen beleggen. De meeste nieuwe beursnoteringen betreffen staatsbedrijven die slechts een zeer beperkt gedeelte van hun aandelen naar de beurs brengen. In het geval van Petrochina maar 2,2 %. Wanneer veel te veel geld jaagt op een beperkt aantal aandelen zijn de gevolgen zoals boven beschreven.
Zo is Petrochina wellicht in beurswaarde twee keer zo groot als Exxon, maar maakt het bedrijf slechts de helft van de jaarwinst, heeft het aanzienlijk minder oliereserves en geografische diversificatie en verdient het beduidend minder met zijn downstream activiteiten. Daar waar bij de huidige beurswaarde van Petrochina enige vraagtekens kunnen worden geplaatst lijkt dat bij China Mobile niet het geval. Het grootste telecombedrijf is twee keer zo groot als Vodafone en heeft inmiddels 350 miljoen abonnees, waarvan er de afgelopen 9 maanden alleen al 48 miljoen zijn bijgekomen. Een ongekende groei en omvang. Ook de waardering van ICBC lijkt van een reëler gehalte. Terwijl Citigroup worstelt met de kredietcrisis realiseerde ICBC in het eerste halfjaar een winst van 61 %.
Niemand kan echter inschatten met hoeveel slechte leningen de Chinese banken zullen blijven zitten zodra de Chinese economie ook maar enigszins gaat vertragen. Eind jaren ’80 was de Japanse Nikkei-index het populairste toevluchtsoord onder de internationale beleggers. Van de toenmalige tien grootste bedrijven waren er 9 van Japanse origine en merendeels banken. Dit was kort voor de beruchte crash op de beurs van Tokio en vervolgens zouden de Japanse banken nog jaren blijven zitten met hun slechte leningen. Zou de geschiedenis zich herhalen?
Mogen de aandelen op de beurs van Shanghai stratosferische hoogten hebben bereikt, op de beurs van Hong Kong worden dezelfde fondsen tegen veel lagere koersen verhandeld. Hoewel de mededeling van de Chinese autoriteiten dat Chinese beleggers binnenkort ook aandelen in Hong Kong mogen kopen leidde tot een enorme koersstijging van ruim 50 % in een paar maanden worden dezelfde bedrijven er verhandeld voor koerswinstverhoudingen van 22 tegen 60 in Shanghai. En het behoeft weinig fantasie wat er gaat gebeuren wanneer de grens voor Chinese beleggers echt open gaat. De huidige correctie op de beurs van Hong Kong kan nog wel even aanhouden maar biedt lange termijnbeleggers een uitgelezen kans te participeren in de Chinese economie. De iShares FTSE/Xinhua China 25 – de 25 grootste Chinese bedrijven genoteerd aan de beurs van Hong Kong – bieden daartoe een uitgelezen mogelijkheid. Beleggers dienen echter wel te beseffen dat “De Grote Stap Voorwaarts” nog jaren kan voortduren maar niet gedaan zal worden zonder af en toe een stevige struikeling in de vorm van een crash. Dat hoort bij de ontwikkeling van een kapitalistische economie. Mao zou zich de haren uit zijn hoofd trekken.
Jan-willem Nijkamp
Voor US Markets