CAPITALISM IN CRISIS
Na een weekje toeven in het New Yorkse bleek hoe opvallend positief de geluiden daar opnieuw waren. ‘Tomorrow will always be better, even if it is worse today!’ Deze grondstemming tref je er steeds weer en staat mede model voor de weerbaarheid en de veerkracht van de gemiddelde Amerikaan en de Amerikaanse analist niet in de laatste plaats. Een motivering blijft doorgaans achterwege maar het geloof blijft, terwijl dat bij ons nog wel eens anders is. Volgens langer in de VS verblijvende Nederlanders zou dat te maken hebben met de veelal laaghangende bewolking hier te lande.
Toch zijn er ook andere meer kritische geluiden, zoals van Richard Posner, bekend docent aan de Universiteit van Chicago en auteur van recente publicaties als ‘A failure of Capitalism’ en ‘The Crisis of ’08 and the Descent into Depression’, uitgegeven door de Harvard University Press. In een artikel van een halve pagina in de Wall Street Journal van 7 mei met als titel Capitalism in Crisis gaat hij uitgebreid in op de huidige crisis ‘so far eclypsing anything the American economy has undergone since the Great Depression’ (ernstiger dan wat de Amerikaanse economie sinds de Grote Depressie heeft ondergaan). Hij duidt vooral op de ruim 13.000 miljard dollars die reeds zijn vergeven aan het opkopen van de zgn. toxic assets, verstrekte leningen en garanties in een poging om een herhaling van de jaren ’30 te voorkomen. Daar het einde van dit proces nog lang niet in zicht is, schuilen volgens hem hierin de grootste gevaren: inflatie en sociale onrust.
De aard van het kapitalisme
Hij maakt zich vooral zorgen over de gevolgen van alle aangegane verplichtingen in samenhang met de grote budgettaire tekorten, de sterk oplopende staatsschuld en de tegelijk sterk teruglopende belastinginkomsten. ‘Deze samenloop van omstandigheden kan leiden tot hoge inflatie en een sterk oplopende rentevoet als gevolg van de grote kapitaalvraag. De kapitalistische economie is enerzijds immens dynamisch en productief maar tegelijk ook instabiel. De instabiliteit wordt in de hand gewerkt door het hieraan ten grondslag liggend banksysteem dat het lenen op (te) grote schaal bevordert. Bijgevolg valt en staat de economische bedrijvigheid met een gezond banksysteem. Wanneer dat implodeert, zijn de gevolgen direct desastreus’.
Het wringen van de schoen
Hij vervolgt: ‘Het uitlenen van kapitaal – de essentie van de banking – is op zich al risicovol. Bovendien blijkt de risicoperceptie bij een dalende rentevoet nagenoeg navenant te dalen. Voormalig Fed president Greenspan valt wat dit betreft veel te verwijten. Een lage rente heeft direct effect op de vastgoed- en hypotheekmarkt. Immers, bij een lage (variabele) rente stijgt de vraag en daardoor ook de prijs. Door hypotheken te verstrekken tegen veel te gunstige voorwaarden konden veel Amerikanen een huis kopen die zich dat eigenlijk niet konden permitteren, zodat de prijzen bleven stijgen. Toen de inflatie in 2005 begon op te lopen, moest ook de rente weer omhoog. Dat was het punt waar de schoen begon te wringen. De ballon begon lucht te verliezen totdat deze met Lehman in september vorig jaar uiteenspatte. De hieruit voortvloeiende schokgolven hebben het vertrouwen in de bankwezen wereldwijd traumatisch geschaad’.
Hoofdoorzaak
Posner is overigens van mening dat de deregulering, die eigenlijk al begonnen is met het loslaten van de dollar/goudkoppeling in juli 1971, de hoofdoorzaak is van alle ellende. Immers, vóór die tijd behoefden de banken geen rente te betalen op oproepbare deposito’s, zodat ze geld verdienden aan laag-risico, korte-termijn leningen. Bovendien was er nauwelijks of geen sprake van concurrentie tussen banken onderling op basis van bepaalde zgn. bank charters, waarbij banken elders geen branch-office konden openen. De uitleenratio (eigen geld tegen uitleengeld) lag ruwweg op 1 : 8. In die dagen bestonden er evenmin non-bank finance companies (investment banks), money-market funds, private equity partijen noch hedge funds, die zelfs maar substituten van gereguleerde bankproducten op de markt brachten.
Posner schrijft verder: ‘die dagen zijn thans voor goed voorbij! Zouden de vastgoedprijzen niet zijn opgedreven dan zou de schade lang niet zo groot zijn geweest. Nu de consument door vermogensverlies armer is geworden en niet langer over krediet kan beschikken, kan hij ook minder uitgeven’.
Stimuleringsmaatregelen
Posner gaat verder: ‘Door de consumptie en de werkgelegenheid te stimuleren, hoopt men de economie weer aan de praat te krijgen. Dit hoopt men mede te bereiken door ondermeer belastingverlagingen (behalve voor de hoogste inkomensbrackets), nieuwe infrastructuur projecten, nieuwe milieu-investeringen en natuurlijk de relatief lage energieprijs’ (voor hoe lang nog?).
Posner’s lessen voor de toekomst
‘Ten eerste: zakenmensen trachten hun winsten te maximaliseren binnen een framewerk van voorwaarden zoals dat door de overheid is gecreëerd. In plaats van eigen winstvooruitzichten voorop te stellen (korte termijn), zou vooreerst beter gekeken moeten worden naar wat de consument werkelijk wil om daarop het aanbod af te stemmen (langere termijn). Dat geldt bijvoorbeeld sterk voor de autobranche maar ook voor financiële producten. Maar omdat risico en opbrengst in de financiële wereld positief zijn gecorreleerd, wordt het risico vergroot binnen een onvoldoende gereguleerde financiële markt met de dreiging van een financiële calamiteit. Een golf van bankfaillissementen kan de economie naar de afgrond leiden. Gelet op de verwevenheid van de bankindustrie met de vastgoedmarkt (hypotheken) had de Amerikaanse centrale bank veel beter moeten opletten. Daar ligt het breekpunt’.
Herstel van het vertrouwen
‘Ten tweede: om te kunnen herstellen van de economische neergang (Posner spreekt van depressie) zal in de eerste plaats het vertrouwen hersteld dienen te worden. Als daarentegen de onzekerheid juist toeneemt, zal dit leiden tot uitstel van investeringen, uitstel van koopbeslissingen en het oppotten van geld’ (zie Japan).
De schuldvraag
Opvallend is dat Posner de schuldvraag niet legt bij de bankiers (die niet verantwoordelijk zijn voor het zekerstellen van de financiële stabiliteit en ‘slechts’ gebruik hebben gemaakt van de door de overheid geboden mogelijkheden) doch juist bij de centrale overheid, wier toezicht volledig heeft gefaald. Even kwalijk vindt hij het ontbreken van een degelijk plan bij het ontstaan van een ramp van deze omvang. Kennelijk werd er absoluut geen rekening gehouden met een onhoudbare huizenmarkt in een oplopende renteklimaat. Het gevolg was dat de federale overheid met de centrale bank de crisis plots moest bestrijden met krampachtige improvisaties (geldinjecties) die de onzekerheid en het wantrouwen juist versterkten en daardoor het herstel vertragen.
Tenslotte verwijt Posner een aantal invloedrijke economen (zonder deze met name te noemen) er van uit te zijn gegaan dat een grote depressie zich nooit meer zou kunnen voordoen door eenvoudig de rente te verlagen en de banken met kapitaal te overvoeren – and flood the banks with money! Hij noemt dit een tragische vergissing.
Wat mij betreft, mogen de lichtpuntjes (in Amerika, reeds omgedoopt tot Miss Rosy Scenario) een positieve rol blijven spelen als ons hiermee een grotere neergang bespaard zou blijven. Anderzijds dienen we ons geen illusies te maken over een snelle opleving van de economie, hoe ongeduldig beleggers ook mogen zijn. Nieuwe golven van instabiliteit en onzekerheid maken zich evenwel op:
a) vanwege de immense kapitaalbehoefte zullen beleggers niet meer bereid zijn met
zo weinig rente (ruwweg 3%) genoegen te nemen; leningen met een langere kooptijd zijn
moeilijk te slijten gezien de grote kapitaalvraag en de dreigend oplopende rente, die een
eventueel herstel de das zou omdoen
b) om dit te voorkomen, wordt de staatsschuld door de centrale banken opgekocht, waarmee
de waardedaling van het geld op termijn onvermijdelijk tot (hyper)inflatie leidt; de
Chinezen hebben hiertoe reeds meerdere malen de vinger opgestoken; ze zijn niet langer
bereid de helpende hand uit te steken en zijn druk doende hun reserves te diversificeren
c) een tegen de dollar stijgende euro vormt een dubbele handicap voor een herstel in Europa.
Hoewel de financiële beleidsmakers dat nooit zullen toegeven zijn er evenwel geen andere uitwegen meer dan bomen kappen en geld bijdrukken. Echter, hoe langer dit proces voortwoekert, hoe meer onze kinderen onder deze immens gecreëerde schuldenlast zullen lijden!
Robert Broncel
voor US Markets