Feit is, dat de BRIC-landen beter de crisis hebben doorstaan dan de ‘klassieke’ Westerse markten. Nu ziet het ernaar uit, dat deze landen zich opmaken om het roer van de wereldeconomie over te nemen. Klopt deze bewering?
Een tweetal maanden (22 oktober 2009) geleden zegden we in een column dat BRIC niet uit het oog te verliezen was.
Deze visie werd bijgetreden door Jan-Willem Nijkamp toen hij op 29 oktober 2009 stelde, dat BRIC een eigen weg gaat.
Wanneer we de evolutie van de voornaamste indices van BRIC bekijken tegenover deze van de Dow Jones en de AEX dan bekomen we het volgende beeld:
De vier BRIC-indices hebben het stijgende koerskanaal dat ze kozen begin 2009 nog niet verlaten. Bij de Braziliaanse Bovespa is deze trend het meest uitgesproken.
De Russische RTSI en de Indiase BSE gunnen zich een adempauze. De Chinese SSEC heeft van de tweede helft van november tot de eerste helft van december 2009 herhaalde pogingen ondernomen om de weerstand rond 3.300 te doorbreken en is sindsdien teruggevallen tot het peil van 21 oktober.
De Dow Jones Industrial Average is sinds 21 oktober 2009 afgekalfd tot ca 9.750 punten begin november en heeft dan de weg gevonden naar het 10.460 puntenniveau en botst daar sinds half november vruchteloos tegenaan.
De AEX daarentegen heeft, na begin en eind november 2009 te zijn teruggekaatst op de steun rond 300 punten, de weg naar het noorden teruggevonden. dikken sinds 21 oktober nog aan met resp. 5,2 en 2,1%.
Samengevat stellen we vast, dat de BRIC-indices sinds 21 oktober wat gas hebben teruggenomen. Is dit een veeg teken of is het een technische correctie?
Laten we eens gaan kijken bij de BRIC-landen individueel.
Brazilië
Brazilië beschikt over een goed ontwikkeld economisch model, een geliberaliseerd banksysteem, een behoorlijke binnenlandse vraag en bovenal enorme natuurlijke reserves.
Dankzij dit laatste feit is Brazilië al meer dan een jaar compleet onafhankelijk van de rest van de wereld wat grondstoffen betreft.
Op deze wijze heeft het land van de samba zijn banksector en telecommunicatienetwerk kunnen uitbouwen en het verbruikspatroon kunnen opschroeven. Het land is klaar om een dominante rol te gaan spelen in de wereldeconomie, maar pakt met dit potentieel zelden uit en is duidelijk minder agressief op dat vlak dan China of India.
Het IMF verwacht voor 2010 een gevoelige groei (vervijfvoudiging) van het BNP, terwijl de consumptieprijzen iets zullen teruglopen.
Rusland
Een heel ander plaatje dan dat van Brazilië is dat van Rusland. Daar is de werkloosheid zeer hoog, terwijl de staatsinkomsten van energie en grondstoffen nog altijd teruglopend zijn ten gevolge van de crisis. Alle hoop van de Russische economen is gevestigd op een stevig hernemen van de wereldeconomie, maar wanneer dit zal zijn is nog altijd een open vraag.
Van de 4 BRIC-landen heeft Rusland het meeste slaag gekregen van de crisis, in zoverre zelfs dat sommigen het hebben over ‘BIC’ voor de toekomst.
Zo’n vaart zal het wel niet lopen, maar toch mogen we niet uit het oog verliezen dat het IMF het BNP voor 2010 van Rusland met een factor 5 ziet terugvallen tegenover 2009 met er bovenop een gevoelige daling van de NICP.
Laten we toch niet vergeten, dat Rusland al dikwijls blijk heeft gegeven van taaiheid en het zou nu ook het geval kunnen zijn. Zodra de vraag naar olie, gas, metalen zoals nikkel echt herpakt, rollen euro’s en dollars richting Kremlin en zitten de beleggers die durfden op rozen.
India
De novemberstatistieken toonden aan, dat de Indiase industriële productie in 2009 met zeker 9% zal toenemen, wat beduidend meer is dan wat de analisten verwachtten. De reden van dit rooskleurig cijfer is te zoeken in de economische stimuleringsmaatregelen van de regering en in de gestegen productie van duurzame verbruiksgoederen. Wat investeerders misschien niet zo graag zullen horen is de veronderstelling van diezelfde analisten dat het land van de Taj Mahal in 2010 zijn interestvoeten zal optrekken. Lenen wordt dus duurder, waardoor meer dollars of euro’s hun weg zullen vinden naar de staatskas.
Teer punt voor India is en blijft het tekort aan grondstoffen. Dat is een blijvende uitdaging voor de machthebbers.
Het BNP in 2010 zou volgens het IMF met 6,4% groeien, iets minder dan de stijging in 2009. De stijging van de NICP zou op een bescheiden wijze dalen.
China
En nu het land waarop alle ogen nog altijd gevestigd zijn. Het land van de Lange Muur heeft aangekondigd dat in 2010 zijn economie, net als in 2009, met de bijna traditioneel geworden 8% zal groeien. Een cijfer waarvan de EU enkel maar kan dromen. En dan is die 8% waarschijnlijk nog aan de voorzichtige kant, want in de coulissen heeft men het over minimum 10% groei. Wat is de magische formule die hieraan ten grondslag ligt? Net als bij de overige BRIC-landen, maar dan sterk uitvergroot is de binnenlandse vraag in China overweldigend. Dat is dan ook goed nieuws voor de leveranciers, denken we aan de EU en de USA.
De titel van dit artikel heeft zeker betrekking op China. De Franse investeerder Acropole AM, gespecialiseerd in Azië, verwacht dat het niet meer zo lang zal duren dat China het roer omwerpt en van exporteur verandert in importeur. En Acropole voegt daar enkele cijfervoorbeelden aan toe. In 2007 besteedden de verbruikers van de USA met z’n allen 380 miljard dollar per maand. Eind 2009, twee jaar later, is dit cijfer met 9% gekrompen tot 345 miljard dollar. In dezelfde periode stegen de Chinese verbruikscijfers van 110 naar 150 miljard dollar per maand, een groei met 36%.
Een wezenlijk probleem voor China zou kunnen zijn dat er oververhitting van de economie gebeurt, met inflatie tot gevolg. Zolang voor 1 USD nog ongeveer 7 yuan (CNY) moet betaald worden, is dit risico nog niet zo groot. Als de yuan zich zou beginnen te versterken tot zeg maar 4 of 3 CNY/USD, dan wordt het aantrekkelijk om de dollars die men bezit te verkopen. En dat is nu net wat de Chinese overheid wil vermijden.
Diezelfde overheid wil ook controle over de binnenlandse investeringen en denkt daarbij aan een belasting op buitenlandse kapitalen zodra die het land binnenkomen.
Ook willen de Chinese autoriteiten het beleggen in Chinese aandelen door particulieren aanmoedigen.
Conclusie
Eerst en vooral vragen we ons af, wie de USA een afzetmarkt zal bezorgen, indien Yank-met-de-pet de knip op zijn portemonnee blijven houden, zoals de afgelopen maanden gebleken is.
De EU aast zelf op afzetgebieden, het VK staat er financieel niet rooskleurig voor en Japan worstelt ook met zijn economische problemen. Resten enkel de groeilanden en vooral de BRIC-club om de VS toe te laten een dollarstroom in hun richting te creëren.
De laatste bijeenkomst in september 2009 van de G20 heeft niet voor niets de klemtoon gelegd op de toenemende macht van de nieuwe economische grootmachten.
Voortaan zullen de BRIC-landen hun zegje hebben in het IMF en in de Wereldbank.
De BRIC-landen zijn op zijn minst op weg naar stabilisatie, als het al geen regelrechte expansie is. Een indicator hiervan zijn de prestaties van de BRIC-beurzen (zie eerste tabel van dit artikel), die het veel beter hebben gedaan en nog doen dan deze van de ontwikkelde landen.
In tegenstelling tot de geïndustrialiseerde landen hebben niet alleen de BRIC-landen maar ook de meerderheid van de ontwikkelingslanden de crisis 2008 – 2009 goed doorstaan. Nochtans hebben deze landen dezelfde maatregelen getroffen dan hun geïndustrialiseerde grote broers en zussen: drastische versoepeling van de monetaire politiek, injectie van liquiditeiten in de thuismarkt, goedkoper maken van de eigen munt en steun aan de banksector.
Dit voor vele onverwacht positieve resultaat vloeit voort uit de in de 1990’er jaren gestarte structurele hervormingen in deze landen.
Als we kijken (zie bovenstaande tabel) naar wat experts verwachten van de beursevolutie in de BRIC-landen, dan merken we dat de terugval (zie cijfers WPA) van 2009 tegen het einde van 2010 weggewerkt of tot een minimum herleid zal zijn.
Daarbij mogen we ook niet uit het oog verliezen, dat het BNP van de BRIC-landen op dit ogenblik ongeveer 14% van het wereld-BNP is en dat hun beurskapitalisatie 5,5% van deze op wereldvlak.
Meer dan ooit geldt het devies, dat de BRIC-landen niet uit het oog te verliezen zijn, want naar onze mening staan ze klaar om toe te slaan en een onomkeerbare greep op de wereldeconomie te krijgen.
Jan Van Besauw
Publicist voor US Markets
________________________________________
Ondergetekende is een gepensioneerde marketing manager. Hij schrijft voor US Markets o.m. columns, nieuwsberichten en artikelen over diverse onderwerpen. Hij heeft op het moment van schrijven geen materieel belang of bezit in de besproken bedrijven of beleggingsinstrumenten.