![](/images/legacy-images/images/schrijvers/Harm_world.gif)
Na een paar uiterst turbulente weken, zijn de effectenbeurzen in rustiger vaarwater beland. Wel kwam er (uiteraard) weer slecht nieuws uit vanwege de crisis op de Amerikaanse subprime hypothekenmarkt. Het was schering en inslag aangezien diverse financiële instellingen over de gehele wereld verliezen meldden op aan subprime-gelieerde portfolio’s. Eerder deze week gingen geruchten dat Barclays voor honderden miljoenen dollars exposure heeft middels leningen bij een investeringsvehikel van het Duitse Sachsen. Bovendien maakten twee hedge funds, het Britse Cheyne Capital Management en het Australische Basis Yield Alpha Fund, onlangs forse verliezen bekend. Desondanks bleven de aandelenmarkten er goed bij liggen, hetgeen zou kunnen duiden op bodemvorming.
Op het Europese continent zijn de effectenbeurzen schoorvoetend een (hogere) bodem aan het zoeken. Het feit dat de markten amper meer dalen ondanks de lawine aan slecht nieuws, duidt op gewenning van de markt. Zowel de Duitse DAX, de Franse CAC40 en de Eurostoxx50, proberen een hogere bodem te vormen. De grote vraag is of dat lukt. Zo ja, dan is de toon gezet en kunnen de markten weer (hard) omhoog. Zo née, dan is de kou nog niet uit de lucht. Alles valt of staat met de bodems die in augustus zijn gezet. Deze mogen niet worden doorbroken.
Rente bevindt zich in dalende wig
De rentemarkt kon de afgelopen weken behoorlijk profiteren doordat beleggers uit aandelen vluchtten vanwege de onrust op de aandelenbeurzen veroorzaakt door het ‘kredietvirus’. Obligaties werden gezien als vluchthaven waardoor de obligatiekoersen stegen en dus de rente daalde. De rente zakte hierdoor onder het niveau van 4,4% alwaar eerder wel steun werd gevonden. In principe is deze daling niet vreemd, want de stijging kende sinds maart nauwelijks een correctie. Wel heeft de rente in juli nog een nieuwe top gevormd rond 4,73%. De rente mag zelfs tot 4,07% terugvallen zonder dat de positieve lange termijn trend, die in 2005 is ingezet, in gevaar komt. De vraag is nu waar een (hogere) bodem zal worden geplaatst. Waarschijnlijk zal de top van februari rond 4,15% voor een volgende steun kunnen gaan zorgen. Mocht de rente een bodem vinden en de stijgende trend weer hervatten, dan zou het volgende koersdoel 5,36% kunnen zijn. Een veeg teken is dat de rente zich in een dalend wigpatroon bevindt. Een (opwaartse) uitbraak maakt de weg vrij voor een stijging richting het koersdoel rond 4,73% zijnde de top van juli. Mocht daarentegen de onzekerheid op de aandelenmarkten blijven voortduren, dan zou dat voor een verdere daling van de rente kunnen zorgen.
Nikkei worstelt met samurai-beren
De Nikkei raakte vanaf het topniveau rond 18.215 punten, zijnde een zevenjarig hoogtepunt, in een vrije val. De Japanse index pleegde harakiri en daalde in rap tempo onder de stijgende steunlijn vanaf juli 2006 rond 17.900 punten. De Nikkei wist pas vanaf een niveau rond 15.500 punten weer wat op te krabbelen, maar de ravage is aanzienlijk. De Nikkei liet de grootste daling van de afgelopen zeven jaar zien. De spectaculaire stijging van de yen zorgde opnieuw voor een sneeuwbaleffect bij het terugdraaien van de yen-carry-trades. Een duurdere yen maakt tevens de Japanse exporterende bedrijven minder interessant. Mocht de yen verder versterken, dan zal dat opnieuw tot een verkoopgolf van (Japanse) aandelen kunnen leiden. Als het sentiment slecht blijft, dan moet worden gevreesd voor niveaus laag in de 14.000-puntenzone. Het beeld van de Japanse aandelenmarkt is voor de korte en middellange termijn aanzienlijk verslechterd. Zelfs al zou de index weer boven het weerstandsniveau van 16.640 punten uitbreken, dan ligt er rond 17.500 punten een fors koershiaat dat voor zware weerstand kan gaan zorgen. Het beeld voor de korte en middellange termijn blijft dan ook uiterst negatief. Pas als de zeer steil dalende trend vanaf de top in juli wordt doorbroken, kan de Japanse vlag weer voorzichtig worden gehesen.
S&P500 zoekt richting
De toonbepalende Amerikaanse indices zullen de komende tijd duidelijk maken waar we heen gaan: omhoog of omlaag. Ook in Amerika zijn de indices richtingzoekende, hetgeen uit de hoge volatiliteit blijkt. Sterke stijgingen worden gevolgd door scherpe dalingen. De S&P500 houdt voorlopig rond 1.400 punten stand, waarbij rond het niveau van 1.491 punten een grote uitdaging ligt. Feit is dat er sinds maart (voorlopig) hogere bodems zijn gevormd en de beurzen niet meer zo negatief reageren op slecht nieuws. Aan de andere kant zijn de toppen sinds juli steeds lager komen te liggen. Een hogere bodem, zal het sein op groen zetten. De correctie zou daarmee ten einde zijn. Een lagere bodem luidt echter een nieuwe ronde in…
Met vriendelijke groet,
www.beursbulletin.nl
Harm van Wijk
Wilt u dit dagcommentaar per e‑mail ontvangen? Klik dan op onderstaande link.