Regeringen in Europa en de VS stellen alles in het werk om de zwaargehavende financiële sector te behoeden voor nog meer rampspoed. Misschien zou een mentaliteitsverandering in diezelfde financiële sector ook bijdragen aan de oplossing van de huidige problemen. In ieder geval zou de kans op nieuwe excessen een stuk kleiner worden als bankiers zich niet langer uit arrogantie of hebzucht laten verleiden tot het nemen van onverantwoorde beslissingen.
Het is in dat kader illustratief om te lezen dat Citigroup (u weet wel, de bank die een kapitaalinjectie van $ 45 miljard kreeg van de Amerikaanse overheid en vele duizenden werknemers heeft ontslagen) de voorgenomen aankoop van een privéjet ter waarde van $ 50 miljoen doorzet. Zolang het topmanagement van banken zich op een dergelijke wijze blijft vergalopperen, is het hoogst twijfelachtig of deze sector ooit weer zo gezond wordt dat men zonder staatssteun verder kan. Ondertussen worden beleggers heen en weer geslingerd tussen hoop en vrees. Vorige week zorgde bezorgdheid omtrent de financials voor forse koersdalingen; deze week was men opgelucht omdat overheden opnieuw de bankensector te hulp schoten. De Eurostoxx50 en de CAC40 leefden sterk op vanaf het dieptepunt van november, maar gingen begin januari opnieuw onderuit, waarbij zelfs lagere bodems ten opzichte van november werden gevormd. De opluchtingsrally van de afgelopen dagen heeft de indices weer wat speelruimte gegeven, maar het beeld is allerminst overtuigend. De DAX oogt iets sterker: de Duitse index heeft onlangs een dubbele bodem ten opzichte van november neergezet. Veel reden tot enthousiasme is er echter niet: een volgende onheilstijding uit de financiële hoek is voldoende om de Europese beurzen opnieuw onderuit te doen gaan.
Brent worstelt met neklijn
Brent bereikte in juli 2008 een recordniveau rond $ 147 per vat, maar verloor vervolgens circa 75% van de waarde. Het verloop van de euro/dollar en de afkoelende wereldeconomie hebben de afgelopen maanden het lot van de olieprijs bepaald. De OPEC besloot de afgelopen maanden tot ongekende reducties van de olieproductie. Vooralsnog heeft het 50% Fibonacci retracement level, gemeten vanaf de bodem in 1999 tot aan de top van 2008, stand weten te houden. In de grafiek lijkt zich zelfs een omgekeerde hoofdschouderformatie af te tekenen. Dit patroon wordt pas afgerond bij een doorbraak van de neklijn (horizontale weerstand over de toppen van december en januari). Bij een succesvolle doorbraak ontstaat er opwaarts potentieel tot circa $ 60. Totdat deze neklijn wordt doorbroken, blijft er slechts sprake van een consolidatie binnen de sterk dalende trend.
Euro consolideert in dalende trend
Nadat de euro in juli 2008 een top rond $ 1,60 neerzette, deed deze munteenheid een forse stap terug en tikte in oktober 2008 een laagste koers aan rond $ 1,23. De bodem rond $ 1,25 bood in 2006 een aantal malen steun en stelde ook ditmaal niet teleur. Rond dit niveau bevindt zich het eerste Fibonacci retracement level, gerekend vanaf de bodem in 2001 tot de top in 2008. Nadat de Federal Reserve de basisrente in december verlaagde tot een bandbreedte van 0% tot 0,25%, kreeg de euro een kortstondige, positieve impuls. Het herstel reikte echter niet verder dan circa $ 1,47, waarna de euro weer aanzienlijk terrein verloor. Inmiddels zag de ECB zich genoodzaakt de rente eveneens agressief te verlagen met 50 basispunten naar 2%. Het vertrouwen in de euro kreeg een extra deuk vanwege de recente credit rating-verlagingen van Spanje, Griekenland en Portugal. Op dit moment consolideert de euro in de dalende trend, waarbij het nog te vroeg is om te spreken van een bodem. Mocht dit laatste wel aan de orde zijn, dan is er sprake van een hogere bodem ten opzichte van december. Afwachten, luidt het devies.
S&P500 is de weg kwijt
De top die de S&P500 begin januari neerzette, lag op een lager niveau dan de top van november, zodat de vorming van een lagere bodem zeer waarschijnlijk was. Toch heeft de brede Amerikaanse index onlangs een hogere bodem ten opzichte van november gerealiseerd. De combinatie van hogere bodems en lagere toppen resulteert in een consolidatiedriehoek. De S&P500 zal op korte termijn moeten kiezen tussen een opwaartse dan wel neerwaartse uitbraak uit dit driehoekspatroon. De Dow bevindt zich in een vergelijkbare situatie en is opgesloten tussen steun- en weerstandsniveaus, die zich respectievelijk rond 8000 en 9000 punten bevinden. De Nasdaq vormde recent eveneens een lagere top en een hogere bodem ten opzichte van november, zodat ook deze index op zoek is naar richting. De vraag is nu of de markt verder herstelt, of toch weer lagere niveaus gaat opzoeken. Bij twijfel kunt u beter niet inhalen, luidt een wijs gezegde.
Met vriendelijke groet,
www.beursbulletin.nl
www.beleggen.com
Harm van Wijk
Wilt u dit dagcommentaar per e‑mail ontvangen? Klik dan op bovenstaande link.