BAISSE- OF HAUSSERALLY, WAT MAAKT HET UIT?
Onder marktvolgers woedt een discussie of de stijging op de beurzen die sinds twee maanden gaande is nu een korte opleving is in een baissemarkt of juist de aanzet vormt tot een nieuwe haussemarkt. Het is de vraag of dat wat uitmaakt. Wanneer we enige afstand nemen van de waan van de dag en de huidige ontwikkelingen in een langere termijn perspectief plaatsen constateren we dat de AEX-index reeds in het jaar 2000 zijn top heeft neergezet. Feitelijk begon negen jaar geleden de huidige baissemarkt De enorme koersstijging tussen 2003 en 2007 van meer dan 150 % was achteraf gezien niet meer dan een stevige baisserally. Nog ver voordat de oude top weer werd benaderd zetten de beurzen weer aan voor een nieuwe vrije val. En uiteindelijk werd er ook een nieuwe – lagere – bodem gezet.
En dat terwijl velen – niet geheel ten onrechte — dachten dat deze rally juist het begin was van een nieuwe jarenlange haussemarkt. Diverse indices – zoals bijvoorbeeld de Dow Jones-index – realiseerden in tegenstelling tot de AEX wel nieuwe toppen, hoger dan die van 2000. En wanneer een rally maar liefst vier jaar aanhoudt en het belegd vermogen ruimschoots in waarde is gestegen lijkt de term baissemarkt wellicht niet direct voor de hand liggend. Met de kennis achteraf kunnen we nu echter stellen dat deze stijging werd veroorzaakt doordat geld langdurig en onnatuurlijk goedkoop werd gehouden door de monetaire autoriteiten. De markten werden opgestuwd teneinde de desastreuze gevolgen van de beruchte internetcrash uit 2000 – 2003 te bestrijden. Nu als nu was men toen in de financiële wereld bevangen door de deflatiekoorts met Japan als afschrikwekkend voorbeeld hoe het niet moest. De deflatievrees en de gevreesde recessie bleken echter van zeer korte duur. Een rally volgde en zou maar liefst vier jaar aanhouden.
Ook de afgelopen maanden woedde de deflatievrees over de financiële markten. En wederom blijkt deze vrees ongegrond. TIPS – voor inflatie gecorrigeerde obligaties – prijzen voor de komende 10 jaar een inflatie van 1,5 % in. Geen deflatie dus maar een gematigde inflatie. Ondertussen zijn de prijzen van grondstoffen sinds december weer flink gestegen. De prijs van een vat olie liep sindsdien bijvoorbeeld met 80 % op. Evenals 6 jaar geleden overspoelen de autoriteiten de markten met liquiditeiten om de markten te stutten met als resultaat een wegebbende deflatievrees. Dat de beurzen de afgelopen maanden behoorlijk zijn opgelopen mag dan ook geen wonder heten. En de angst voor een wereldwijde Grote Depressie heeft inmiddels plaatsgemaakt voor het besef dat de wereldeconomie zich waarschijnlijk in een stevige recessie bevindt.
Ondanks deze opluchting is het echter nog veel te vroeg om van een herstel van de wereldeconomie te spreken. Wel is de angst voor een totale ineenstorting van de economie en het financiële systeem geweken. Zo wijzen steeds meer indicatoren op een afzwakking van de daling en enige stabilisatie. Er komen per maand minder werklozen bij, het consumentenvertrouwen neemt weer toe en de huizenmarkt vertoont weer enige lichtpuntjes. Zwaar pessimisme heeft plaatsgemaakt voor realisme. Er zijn nog steeds voldoende argumenten om aan te toen dat deze baissemarkt sinds 2000 nog niet over is. Dat hoeft een voortgang van de huidige opleving op de beurzen echter niet in de weg te staan. Voor de val van Lehman Brothers en alle daarop volgende bankellende stond de AEX reeds op een recessieniveau van rond de 400 punten. Wat daarna volgde was angst en waanzin. Een hernieuwde stijging in de richting van dit oude recessieniveau is gezien de enorme hoeveelheid aan liquiditeiten waardoor de markten nu overspoeld worden zeker niet uit te sluiten.
Het gevaar bestaat echter dat deze opleving uiteindelijk weer strandt op hogere grondstofprijzen en rentepercentages. De afgelopen periode werden stijgende olieprijzen namelijk – terecht – nog gezien als een teken van een weer aantrekkende economie. Maar als deze prijsstijging zich doorzet gaat de hogere olieprijs weer werken als een rem op de groei. En stijgende olieprijzen – en in het kielzog de andere grondstoffen – leiden uiteindelijk weer tot de alom gevreesde inflatie. Bovendien zal een aantrekkende economie ook weer een hogere rente tot gevolg hebben. Inmiddels is de rente op 10-jaars staatsleningen in de VS al weer gestegen van 2 % naar 3,20 %. De daarop gebaseerde hypotheekrente zal meeveren en afremmend gaan werken op de economische groei. Dit moment kan overigens lang uitgesteld worden daar de centrale bank van de VS – en ook andere centrale banken – hebben aangegeven bereid te zijn desnoods staatsobligaties te gaan opkopen om op die manier de rente laag te houden. De verdwenen angst voor een rampscenario en de door de autoriteiten veroorzaakte geldstroom zullen deze rally nog wel enige tijd op gang houden. Wellicht veel langer dan menigeen denkt. Voldoende lang om er als belegger van te kunnen profiteren. Maar beleggers dienen ook andere randvoorwaarden – de rente, de grondstofprijzen — terdege in de gaten te blijven houden.
Jan-willem Nijkamp
voor US Markets
![...](http://cdnx.usmarkets.nl/bbimweb/uploads/profile-images/uploads/06/08/_profileLarge/99-8cbbe8fd.png)
BAISSE- OF HAUSSERALLY?
16 mei 2009, 11:44
|
US Markets Redactie
| leestijd: 5 minuten
|
moeilijkheid: 10 / 12
|
WAT MAAKT HET UIT? … Onder marktvolgers woedt een discussie of de stijging op de beurzen die sinds twee maanden gaande is nu een korte opleving is in een baissemarkt of juist de aanzet vormt tot een nieuwe haussemarkt. Het is de vraag of dat wat uitmaakt.