...

Bachelier: beurskoersen verklaard

21 mei 2007, 08:44 | US Markets Redactie | leestijd: 6 minuten | moeilijkheid: 10 / 12 | (0)

De man die op bril­jante wijze de brug sloeg tussen een natu­urlijk fenomeen en het ontstaan van aan­de­lenko­ersen heeft gedurende zijn lev­en zo goed als geen erken­ning gekre­gen. Louis Bache­li­er was zijn tijd te ver vooraf en dat was zijn probleem… 

Bache­li­er: beursko­ersen verklaard


De Franse wiskundi­ge Louis Jean-Bap­tiste Alphonse Bache­li­er leefde van 1870 tot 1946. Hij werd geboren in de haven­stad Le Havre en van in zijn jeugd stond Louis onder uiteen­lopende invloe­den. Zijn vad­er com­bi­neerde een post als vice-con­sul van Venezuela met het beroep van wijn­han­de­laar en had als hob­by het doen van weten­schap­pelijke waarne­min­gen en exper­i­menten. Zijn moed­er was thuis in het bankwezen en in haar vri­je tijd schreef ze poëzie. 


De jonge Louis had mooie cijfers op school en hij vat­te uni­ver­si­taire stud­ies aan. Net als hij wilde begin­nen met zijn licen­ties stier­ven zijn oud­ers kort na elka­ar en als oud­ste broer moest hij zor­gen voor zijn zuster en zijn broer en werd hij noodged­won­gen wijn­han­de­laar. Dat bracht hem in con­tact met de zak­en­wereld. Uitein­delijk kon hij als 22-jarige zijn stud­ies verder zetten aan de Par­i­jse Sorbonne.

In Par­i­js schreef hij zijn (nu) beroemde the­sis over de the­o­retis­che grond­sla­gen van de spec­u­latie op beurskoersen:

Bache­liers pro­mo­tor was Hen­ri Poin­caré (18541912), een beroemd­heid op het gebied van de wiskunde maar ook als weten­schaps­filosoof, mijn­bouwkundig inge­nieur en zelfs als best­seller­auteur. Zijn inzicht­en hebben bijge­dra­gen tot het ontstaan van de rel­a­tiviteit­s­the­o­rie. Nochtans was pro­fes­sor Poin­caré niet in staat te begri­jpen, dat zijn pupil met iets heel nieuws en bij­zon­ders op de prop­pen was gekomen. Hij bedacht Bache­liers werk met de waarder­ing hon­or­able’ (eervol). Niet slecht, maar niet vol­doende om voor Louis de nodi­ge car­rièrekansen te creëren. Hier­voor was très hon­or­able’ nodig. De com­men­taar van Poin­caré komt op het vol­gende neer: orig­i­neel, maar niet passend in wat wij hier gewoon zijn’.
Wat was er nu zo onge­woon aan Bache­liers the­sis? Wel, hij was gaan kijken naar pub­li­caties van de Britse botan­i­cus Robert Brown (17731858). Deze had onder de microscoop eerder toe­val­lig gezien, dat fijne deelt­jes zoals pollen of sporen van mossen in water voort­durend in beweg­ing zijn.


Hier­boven ziet u hoe zulk een deelt­je zich voort­be­weegt: volkomen willekeurig zigzaggend. De heer Brown begreep er niets van. Welke geheimzin­nige kracht­en stoten het deelt­je van her naar der? Geleer­den piek­er­den er zich suf op en het was eerst in 1905 dat een zekere Albert Ein­stein kwam aan­draven met de oploss­ing van het raad­sel: het zijn de water­mol­e­culen die zelf voort­durend trillen en het deelt­je kriskras rond­stoten. Hier­mee leverde Ein­stein het onom­stoot­bare bewi­js van het bestaan van mol­e­culen en atomen. 

Maar zon­der zich echt te bekom­meren over het waarom van de Brownse beweg­ing legde Bache­li­er een ver­band tussen de dans van in vloeistof gesus­pendeerde deelt­jes en de beweg­ing van iets geheel anders, nl. aan­de­lenko­ersen. De beur­swaarde van een effect was vol­gens hem op elk willekeurig moment de resul­tante van de waarde die kop­ers en verkop­ers ervan eraan toeken­nen. De richt­ing die de koers een moment lat­er zal kiezen, hangt af van de ver­schuiv­ing in appre­ci­atie tussen kop­ers en verkop­ers. Op dezelfde manier geven de water­mol­e­culen een por in de ene of de andere richt­ing. Voor ons in 21ste eeuw lijkt dit alles gesne­den koek, maar bij de eeuwwis­sel­ing 19de20ste eeuw was dit niet zo evident. 

Als u het resul­taat van de beweg­ing van een deelt­je uitzet in een grafiek, dan bekomt u boven­staande chart met een heel bek­end voorkomen. De wan­del­ing’ van een stofdeelt­je vanu­it zijn start­plek (zie de y‑as: x coor­di­nate of walk) in func­tie van de tijd geeft net het­zelfde beeld als de koers van een aan­deel in de loop van de tijd. 

Bache­li­er ging nog een stap­je verder in het ontrafe­len van het waarom van schom­me­lende koersen. Hij betrok er ook de stan­daardafwijk­ing bij, zoals men die terugvin­dt in de zg. curve van Gauss (in Frankrijk houdt men het Laplace, die ook tot dergelijke curves kwam):

Hij stelde dat de uitein­delijke beursko­ers de top is van een grafiek zoals hier­boven, tot stand gekomen uit de aan­tallen beleg­gers die hun bod hebben gedaan.

Hoe het verder ging met Louis Bache­li­er? Na negen moeil­ijke jaren die vol­gden op zijn ver­keerd begrepen the­sis verkreeg hij in 1909 ein­delijk een betrekking als pro­fes­sor aan de Sor­bonne. De Eerste Werel­door­log brak uit, Bache­li­er moest onder de wapens maar hij over­leefde de Grote Waanzin. Hij zette zijn car­rière als pro­fes­sor verder in Dijon en daar­na in Rennes en Besançon. Maar nooit kreeg hij de erken­ning waar hij recht op had en dat is de reden van het voort­durend veran­deren van uni­ver­siteit. Nie­mand van zijn superieuren had door met welk genie ze te mak­en hadden. 

Het nage­lat­en werk van Bache­li­er beperkt zich niet tot de op zichzelf al indruk­wekkende the­sis van 1900. Hier is de volledi­ge lijst van zijn publicaties: 

- Théorie de la spécu­la­tion, 1900
 — Théorie math­é­ma­tique des jeux, 1901
 — Théorie des prob­a­bil­ités con­tin­ues, 1906
 — Les prob­a­bil­ités à plusieurs vari­ables, 1910
 — Mou­ve­ment d’un point ou d’un sys­tème soumis à l’ac­tion des forces dépen­dent du hasard, 1910
 — Cal­cul des prob­a­bil­ités, 1912
 — Les prob­a­bil­ités ciné­ma­tiques et dynamiques, 1913
 — Le jeu, le change et le hasard, 1924
 — Les lois des grands nom­bres du cal­cul de prob­a­bil­ités, 1937
 — La spécu­la­tion et le cal­cul des prob­a­bil­ités, 1938
 — Les nou­velles méth­odes du cal­cul des prob­a­bil­ités, 1939

Louis Bache­li­er heeft de basis gelegd voor de heden­daagse sta­tistiek- en kans­bereken­ing en heeft bijge­dra­gen tot Ein­steins verk­lar­ing van de Brownse beweg­ing, die heeft geleid tot het ontstaan van de mod­erne weten­schap­pelijke inzichten. 

Bache­li­er mag ook beschouwd wor­den als de inspi­ra­tor van tech­nis­che anal­is­ten en al wie inzicht zoekt in de mech­a­nis­men die de beursko­ersen zigzaggend voort­stuwen, zoals een stof­je in water.

Jan Van Besauw 
Pub­li­cist voor US Markets

21 mei 2007.
Onder­getek­ende is een gepen­sioneerde mar­ket­ing man­ag­er. Hij schri­jft voor US Mar­kets o.m. columns, nieuws­bericht­en en artikels over uiteen­lopende onderwerpen.


Reageren

Anonieme comments achterlaten is niet toegestaan. Hiervoor moet u ingelogd zijn. Login »
Turbo’s zijn complexe instrumenten en brengen vanwege het hefboomeffect een hoog risico mee van snel oplopende verliezen. 7 op de 10 retailbeleggers verliest geld met de handel in turbo’s. Het is belangrijk dat u goed begrijpt hoe turbo’s werken en dat u nagaat of u zich het hoge risico op verlies kunt permitteren.