
Beleggers kregen vrijdag heel wat macrocijfers te verwerken. De industriële productie in de eurozone steeg in februari met 0,6%, terwijl men uitging van een stijging van 0,4%. Een maand eerder daalde de industriële productie op maandbasis nog met 0,5%. De markt was meer geïnteresseerd in de ontwikkelingen in de Verenigde Staten. Aldaar daalde het consumentenvertrouwen naar 85,3 terwijl er een cijfer van 87,5 werd verwacht. De Amerikaanse producentenprijzen stegen in maart met 1% vergeleken met februari, terwijl economen uitgingen van een stijging van 0,7%.
De AEX-index deed vorige week een poging om het eerste steunniveau op 513,80 punten op te zoeken. De daling werd reeds op 516 punten opgevangen om vervolgens de weg omhoog te vervolgen. Zolang deze steunzone niet worden doorbroken, blijft het lange termijn beeld positief waarbij het lange termijn koersdoel van 550 punten opportuun blijft. Dit koersdoel wordt berekend door het verschil tussen de bodems die in december en maart zijn gevormd en de tussenliggende top rond 511 punten (ongeveer 40 punten) op te tellen bij de tussenliggende top. De index dient hiervoor echter eerst de weerstand op 531 punten te overwinnen.

Hoewel het lange termijn beeld positief blijft, begint de markt wel wat haarscheurtjes te vertonen. De kracht van de stijging lijkt wat af te nemen. Wanneer we bijvoorbeeld kijken naar de weekgrafiek van de AEX dan zien we de vorming van een oplopende wig. Daarnaast dient zich een andere, belangrijke waarschuwing aan wanneer we naar de RSI-indicator kijken. Deze koopkrachtindicator is zeer betrouwbaar als het zich in een tegengestelde richting beweegt ten opzichte van de onderliggende waarde. In het geval van de AEX worden er hogere toppen neergezet, maar laat de RSI duidelijk lagere toppen zien. Er is hierdoor sprake van negatieve divergentie. Anders gezegd, de koers loopt nog op, maar de alarmbellen rinkelen. Dit geeft geen concreet verkoopsignaal, maar is wel betrouwbaar omdat het waarschuwt voor steeds verder afnemende koopkracht in de markt en het einde van een trend. In februari heeft de index eveneens een negatieve divergentie laten zien met de RSI en u weet wat er vervolgens is gebeurd.
Mocht de positieve stemming omslaan, dan kunnen de koersen opnieuw hard gaan dalen. Belangrijk is bovendien om te kijken naar de ontwikkelingen op de andere markten. De olieprijs loopt weer op, de rente stijgt en niet te vergeten, de euro is flink gestegen versus de dollar. In principe zijn dit negatieve factoren die vooralsnog geen invloed hebben op de aandelenmarkt. Wel is het zo dat ING en Royal Dutch Shell de AEX-kar weer lijken te gaan trekken. Wanneer andere fondsen ook nog het goede voorbeeld gaan volgen, kan de index opnieuw op (record)jacht, totdat eerder genoemde spelbedervers roet in het eten gaan gooien.
De AEX-index deed vorige week een poging om het eerste steunniveau op 513,80 punten op te zoeken. De daling werd reeds op 516 punten opgevangen om vervolgens de weg omhoog te vervolgen. Zolang deze steunzone niet worden doorbroken, blijft het lange termijn beeld positief waarbij het lange termijn koersdoel van 550 punten opportuun blijft. Dit koersdoel wordt berekend door het verschil tussen de bodems die in december en maart zijn gevormd en de tussenliggende top rond 511 punten (ongeveer 40 punten) op te tellen bij de tussenliggende top. De index dient hiervoor echter eerst de weerstand op 531 punten te overwinnen.
Hoewel het lange termijn beeld positief blijft, begint de markt wel wat haarscheurtjes te vertonen. De kracht van de stijging lijkt wat af te nemen. Wanneer we bijvoorbeeld kijken naar de weekgrafiek van de AEX dan zien we de vorming van een oplopende wig. Daarnaast dient zich een andere, belangrijke waarschuwing aan wanneer we naar de RSI-indicator kijken. Deze koopkrachtindicator is zeer betrouwbaar als het zich in een tegengestelde richting beweegt ten opzichte van de onderliggende waarde. In het geval van de AEX worden er hogere toppen neergezet, maar laat de RSI duidelijk lagere toppen zien. Er is hierdoor sprake van negatieve divergentie. Anders gezegd, de koers loopt nog op, maar de alarmbellen rinkelen. Dit geeft geen concreet verkoopsignaal, maar is wel betrouwbaar omdat het waarschuwt voor steeds verder afnemende koopkracht in de markt en het einde van een trend. In februari heeft de index eveneens een negatieve divergentie laten zien met de RSI en u weet wat er vervolgens is gebeurd.
Mocht de positieve stemming omslaan, dan kunnen de koersen opnieuw hard gaan dalen. Belangrijk is bovendien om te kijken naar de ontwikkelingen op de andere markten. De olieprijs loopt weer op, de rente stijgt en niet te vergeten, de euro is flink gestegen versus de dollar. In principe zijn dit negatieve factoren die vooralsnog geen invloed hebben op de aandelenmarkt. Wel is het zo dat ING en Royal Dutch Shell de AEX-kar weer lijken te gaan trekken. Wanneer andere fondsen ook nog het goede voorbeeld gaan volgen, kan de index opnieuw op (record)jacht, totdat eerder genoemde spelbedervers roet in het eten gaan gooien.
Met vriendelijke groet,
Harm van Wijk
Wilt u dit dagcommentaar per e‑mail ontvangen? Klik dan op onderstaande link.