Het jaar 1973 is berucht geworden omdat het beperken van de olietoevoer door de OPEC toen zijn hoogtepunt bereikte en uitmondde in een mondiale economische crisis. We beschrijven het toedoen en het effect van deze crisis.
1973: oliecrisis en autoloze zondagen
Het is nu bijna 35 jaar geleden, maar velen onder ons spreken nog altijd met een zekere weemoed over de periode van de autoloze zondagen.
![](/images/legacy-userimages/userimages/160505-65-autovrij1.jpg)
Van november 1973 tot januari 1974 werden in Nederland en in België een tiental zondagen autoloos verklaard. Behalve als je in het bezit was van een speciale vergunning, moest je auto aan de kant blijven van zaterdagnacht tot zondagavond. De politie hield streng toezicht en de boetes voor overtredingen waren niet min.
Er werd nog nooit zo enthousiast gewandeld als in die tijd. Lege-autostrade-kijken werd een nationale sport. Ruiters draafden vrolijk door de stad.
Alleen de buiten de steden gelegen horecazaken en grote winkels waren niet zo blij mee met het gedwongen wegblijven van hun weekendklanten.
Ook buiten de Benelux waren beperkingen op het autogebruik. In de VS bij voorbeeld mocht je met een oneven nummerbord enkel tanken op maandag, woensdag en vrijdag en met een even nummerplaat op dinsdag, donderdag en zaterdag. Op zondag waren de benzinestations gesloten.
Aanleiding tot deze toch wel drastische maatregelen bij ons en in het buitenland was een regelrechte oliecrisis die haar hoogtepunt bereikte eind 1973.
Wat was er aan de hand?
Ook buiten de Benelux waren beperkingen op het autogebruik. In de VS bij voorbeeld mocht je met een oneven nummerbord enkel tanken op maandag, woensdag en vrijdag en met een even nummerplaat op dinsdag, donderdag en zaterdag. Op zondag waren de benzinestations gesloten.
Aanleiding tot deze toch wel drastische maatregelen bij ons en in het buitenland was een regelrechte oliecrisis die haar hoogtepunt bereikte eind 1973.
Wat was er aan de hand?
De oliecrisis van 1973 had haar wortels 13 jaar eerder, toen in 1960 een aantal olieproducerende landen zich verenigden in een kartel, de OPEC (Organization of Petroleum Exporting Countries). Deze landen waren Saoedi-Arabië, Iran, Irak, Venezuela en Koeweit. Dit clubje werd al vlug uitgebreid tot een elftal met Katar, Verenigde Arabische Emiraten, Nigeria, Libië, Algerije en Indonesië.
De bedoeling van de OPEC was zich los te maken uit de directe invloed van de toenmalige grote Westerse olieconcerns, zeg maar Esso, Shell, BP, Total, Chevron, Texaco en consoorten. Al snel besefte de OPEC haar macht als bezitster van 90% van de wereldvoorraden.
De bedoeling van de OPEC was zich los te maken uit de directe invloed van de toenmalige grote Westerse olieconcerns, zeg maar Esso, Shell, BP, Total, Chevron, Texaco en consoorten. Al snel besefte de OPEC haar macht als bezitster van 90% van de wereldvoorraden.
In 1973 kwam het tot een uitbarsting. Want in dat jaar had een Arabische coalitie nota bene de Grote Verzoendag (Jom Kippoer) uitgekozen om Israel binnen te vallen. Even zag het er naar uit dat Israel zou zwichten onder de Arabische druk. Toen kwam er hulp in de vorm van een luchtbrug die wapens van de VS aanvoerde en kwam er ook steun van Westerse landen zoals Nederland.
Uit solidariteit met de Arabische broeders begon de OPEC traag maar zeker de oliekraan dicht te draaien. De uitvoer naar landen die werden verdacht van medewerking met Israel werd drastisch beperkt. De aloude wet van vraag en aanbod dicteerde een stijging van de olieprijs. In 1972 betaalde je nog 3 dollar per vat van 159 liter, maar tegen het einde van 1973 was dat al meer dan 7 dollar. Omgerekend naar hedendaagse dollars is dit een stijging van ca 65 naar ca 140 dollar. In de loop van 1974 liep die prijs nog verder op tot 12 dollar per vat. De absolute piek werd bereikt in 1980 met ca 39 dollar per vat, omgerekend zou dat nu meer dan 200 dollar zijn! Met ons huidig 65 dollarniveau zijn we dus nog ver van kant, gelukkig maar.
Aan bovenstaande chart van de Dow Jones Industrial Average blijkt de impact van de oliecrisis op de economie in de VS en per uitbreiding in de ganse wereld. Want de uitvoerbeperkingen van de OPEC sloegen blind toe, de ganse Westerse wereld kreunde onder de loodzwaar geworden energiefactuur.
In de 1970 ger jaren leek de DJIA aan een echte klim te zijn begonnen, maar in 1972 – 73 kwam daar een abrupt einde aan. Eerst veel later heeft de DJIA zich herpakt en begon vanaf 1985 de stormloop naar het 11.000 puntenniveau.
In Europa en in de VS leidden de prijsstijgingen van de OPEC in de jaren 1972 – 1973 o.a. tot dreigende schaarste in de benzine. De Nederlandse regering nam maatregelen, waarvan de twee voornaamste waren de autoloze zondagen en rantsoeneren van de benzine d.m.v. een systeem met bonnen. In België kwamen ook autoloze zondagen, later gevolgd door snelheidsbeperkingen, zoals 100 km/uur op de autosnelwegen.
De autoloze zondagen werkten prima, ze werden door het publiek ervaren als een demonstratie van solidariteit en er werd zelfs halsreikend naar uitgekeken, het was gewoonweg leuk, zoals we hoger al aantoonden. De benzinebonnen sloegen niet aan, de Nederlanders wipten massaal de Belgische en de Duitse grenzen over om te tanken. De bonnen werden begraven en vervangen door snelheidsbeperkingen. Deze beperkingen zijn tientallen jaren blijven bestaan. Zelfs in periodes dat er geen sprake meer was van benzineschaarste mocht je in Nederland niet sneller dan 100 kilometer per uur rijden op de autowegen.
In de 1970 ger jaren leek de DJIA aan een echte klim te zijn begonnen, maar in 1972 – 73 kwam daar een abrupt einde aan. Eerst veel later heeft de DJIA zich herpakt en begon vanaf 1985 de stormloop naar het 11.000 puntenniveau.
In Europa en in de VS leidden de prijsstijgingen van de OPEC in de jaren 1972 – 1973 o.a. tot dreigende schaarste in de benzine. De Nederlandse regering nam maatregelen, waarvan de twee voornaamste waren de autoloze zondagen en rantsoeneren van de benzine d.m.v. een systeem met bonnen. In België kwamen ook autoloze zondagen, later gevolgd door snelheidsbeperkingen, zoals 100 km/uur op de autosnelwegen.
De autoloze zondagen werkten prima, ze werden door het publiek ervaren als een demonstratie van solidariteit en er werd zelfs halsreikend naar uitgekeken, het was gewoonweg leuk, zoals we hoger al aantoonden. De benzinebonnen sloegen niet aan, de Nederlanders wipten massaal de Belgische en de Duitse grenzen over om te tanken. De bonnen werden begraven en vervangen door snelheidsbeperkingen. Deze beperkingen zijn tientallen jaren blijven bestaan. Zelfs in periodes dat er geen sprake meer was van benzineschaarste mocht je in Nederland niet sneller dan 100 kilometer per uur rijden op de autowegen.
Door zo drastisch en brutaal het oliewapen te hanteren was de OPEC begonnen een poot van zijn eigen stoel door te zagen. In het Westen kon men in de 1970 ger jaren niet leven met de gedachte afhankelijk te zijn van de willekeur van oliesjeiks. De jacht naar nieuwe energiebronnen was open.
Ook na een conferentie in 1974 in Washington, waarbij de OPEC besloot de olieboycot te stoppen, ging de ontwikkeling in het Westen verder.
Kerncentrales werden in hoog tempo bijgebouwd en in de Noordzee begonnen prospectors ijverig te zoeken naar olieschatten.
De exploitatiemethodes in dezelfde Noordzee werden verbeterd om de prijs, die tot dan duurder was dan die van de duurste Arabische olie, draaglijk te maken. Dit alles lukte en al spoedig dobberden boorplatforms naar hun bestemming en begon de Noordzeeolie toe te stromen.
Later werden nog enorme voorraden aardgas ontdekt, in Nederland, Rusland en Algerije bij voorbeeld.
Wat onze afhankelijkheid van de OPEC ook heeft verminderd, is het beter omgaan met de enerergiebronnen door het ontwikkelen van zuinigere auto‘s, betere isolatie van gebouwen en beter renderende motoren en apparaten.
Vandaag de dag bezit de OPEC weliswaar nog 80% van de olievoorraden ter wereld maar staat in voor de toelevering van slechts 40% ervan. De overige 60% komen dus van niet-OPEC landen En dat is misschien wel het enige positieve dat is overgebleven van de oliecrisis van 1973. Alhoewel we er rekening moeten mee houden, dat de olieputten niet eeuwig het zwarte goud zullen debiteren. En dat schijnen de verantwoordelijken nog niet goed te beseffen.
Misschien komen er over afzienbare tijd terug autoloze zondagen, misschien wel autoloze weken of maanden…
Misschien komen er over afzienbare tijd terug autoloze zondagen, misschien wel autoloze weken of maanden…
© Jan Van Besauw
Columnist voor US Markets