Wanneer het vijf voor twaalf is, weten de meesten nog wel hoe laat het is. Echter, in het holst van de nacht is men doorgaans het spoor bijster. Dat bleek zonneklaar na Bernanke’s opvolgster Janet Yellen’s semi ‘maiden speech’ voor de Senaat. De beurs ging opnieuw opgewekt van start alsof de geldpers het eeuwige leven heeft. Beleggers hebben bijgevolg weinig keus dan zich door het sonore slaapverwekkende betoog van Bernanke’s opvolgster opnieuw in slaap te laten sussen. Draghi in Europa en Abe in Japan doen niet anders. Over de verregaande monetaire implicaties in de (nabije) toekomst blijken ogenschijnlijk slechts weinigen zich vooralsnog druk te maken.
Immers, tot dusver heeft de Frankenstein geldverruiming al sinds 2008 toch stand gehouden? Trouwe lezers van mijn columns weten dat het voortbestaan van ons huidige monetaire systeem al geruime tijd een heet hangijzer vormt. De schuldenvrachten in dollars, euro’s, sterling en yen hebben intussen een volstrekt onbetaalbare omvang gekregen. Zo heeft de V.S. een schuld gecreëerd van $17.000 miljard tegen een belastinggroei oplopend naar slechts $2.500 miljard terwijl het balanstotaal van de Fed van $500 miljard in het jaar 2000 naar ca. $4 biljoen is gegroeid. Met een schuld van ruim 200% van het BBP doet Japan er nog een schepje bovenop, terwijl het schuldenexces in Europa nog nagenoeg onaangeroerd is gebleven.
Vertrouwenskwestie:
Hiermee staat de vertrouwenskwestie inzake het gehele monetaire kaartenhuis nadrukkelijk op het spel. De centrale bankiers in de V.S., V.K., EU, Zwitserland en Japan weten dat hun hoofd op het hakblok ligt maar houden staande dat ze worden aangestuurd door hun bestuur (Janet Yellen!). Met een super laag gehouden rente proberen ze zich vast te klampen aan een langzaam zinkend schip met een lage goudprijs (barometer van het monetaire systeem) als drijfanker. Zodra de goudprijs uit de bandbreedte klapt, is het gedaan. Dat geldt ook voor één der sleutelvaluta’s. De hieruit voortvloeiende valutaoorlog is in wezen niets anders dan een handelsoorlog die kan leiden tot grote monetaire instabiliteit en op termijn meer!
Het is geen wonder dat er reeds een aanzet is gegeven tot het omzeilen van de dollar nu er swab afspraken worden gemaakt tussen China, Rusland, India, Australië, Zuid-Afrika en Brazilië. Naarmate deze “club” meer en meer buiten de dollar om handelt, zal dit internationaal steeds meer in het oog lopen en zullen andere landen zich hierbij willen aansluiten. Dit geldt met name voor de Aziatische regio. De draagmunt van deze swabs is de Chinese yuan.
Potentie goudprijs:
China wenst haar munt nog niet tot de reserverol verheven te zien, omdat daartoe een grootschalige financiële “infrastructuur” (neem de obligatiemarkt) is vereist. Ten tweede is de Chinese goudvoorraad nog niet op voldoende sterkte om als buffer te dienen voor de opvang van het koopkrachtverlies van de geschatte dollarreserve van $3.600 miljard. Uitgaande van Bloomberg’s meest recente schatting van 2.710 ton zal de goudvoorraad nog minstens met een factor 5 tot 6 moeten aansterken om substance te hebben. De World Gold Council verwacht evenwel dat China vanaf nu jaarlijks 1.000 ton aan de voorraad weet toe te voegen. Daarin ligt tevens de potentiële stijging van de goudprijs opgesloten.
Terwijl beursanalisten zich blind blijven staren op de steeds verder oplopende beurskoersen (zonder dat deze door de economie worden gedragen), zouden ze er beter aan doen een oog te wagen aan de voortwoekerende oorlog op de valutamarkt die het internationale monetaire systeem draagt. Ook zouden ze een beter oog moeten hebben voor de malversaties en manipulaties op de effecten- als op de commoditybeurs (COMEX). Grote partijen proberen om deze reden steeds meer buiten de beurs om te handelen.
Roependen in de woestijn:
Tegen deze achtergronden is het opvallend dat gezaghebbende critici als Paul Craig Roberts – econoom en voormalig onderminister van Financiën onder president Reagan, Ron Paul – presidentskandidaat voor de Republikeinen in 2012, David Stockman – voormalig hoofd van het budget office onder president Reagan, Jim Rickards – econoom, investment banker en auteur van ‘Currency Wars’ e.a. hun opinies nauwelijks vertegenwoordigd zien in de mainstream media. Dat is alleen te verklaren uit vrees voor totale chaos. Het is dezelfde vrees op grond waarvan de centrale banken tot sintjuttemus de geldpers zullen moeten laten openstaan.
China’s macht:
Een ander “wapen” (‘tapering’) is immers niet (meer) denkbaar, terwijl dat juist de grootste doodzonde is! Deze handelwijze wordt vooralsnog “getolereerd” zolang de “partijen ter andere zijde” het voortouw nog niet kunnen nemen. Men moet zich evenwel realiseren dat China op termijn de dollar om zeep zal brengen, terwijl dit ook geldt voor de papieren goudmarkt met als referentie het einde van de London Gold Pool in 1960. De marktkrachten winnen het uiteindelijk altijd van manipulatieve krachten.
Papieren tijgers:
De Fed zal nooit tot ‘tapering’(duurdere mint) overgaan in de wetenschap dat andere regio’s hiervan zwaar zouden profiteren. Anderzijds zou wereldwijde ‘tapering’ direct tot gevolg hebben dat de rente op wereldschaal stijgt en de aanleiding vormt tot de doodsteek van het broze economische herstel. Zelfs het dreigen met ‘tapering’ leidde in de V.S. al tot een stijging van de 10-jaars rente met 110 basispunten. Hiermee wordt duidelijk dat de macht van de dollar, euro en yen niet meer dan tot schijnmacht van een totaal verloederd bancair en monetair systeem is verworden. Deze machten mogen intussen met recht als “papieren tijgers” worden aangemerkt.
Signalen:
Hierop werd ook geduid door het Chinese staatspersagentschap Xinhua, opgetekend door Bloomberg: ‘what may also be included as a key part of effective reform is the introduction of a new international reserve currency that is to be created to replace the dominant U.S. dollar, so that the international community could permanently stay away from the spillover of the intensifying domestic political turmoil in the U.S.’ (wat ook als een effectief middel in het hervormingsproces zou mogen worden meegenomen is de introductie van een nieuwe internationale reservevaluta ter vervanging van de dominante dollar, zodat de internationale gemeenschap zich permanent zou kunnen distantiëren van de gevolgen van het toenemende politieke rumoer in de V.S.). Deze uitspraak is duidelijk bedoeld als een schot voor de boeg, uiteraard niet afkomstig van een regeringszegsman. Dat is daar niet ongebruikelijk.
In Rusland zijn er intussen eveneens stemmen opgegaan die menen dat de instorting van de dollar nabij is. Anderzijds bezitten nagenoeg alle Russische hotemetoten een buitenlandse bankrekening die na Cyprus grootschalig is omgezet van euro’s in dollars. Echter, zodra de nood aan de man komt, zijn er naast de yuan nauwelijks alternatieven.
De beurs:
Voor beleggers blijft de vraag in hoeverre de opwaartse beweging op de beurs doorzet, rekening houdend met de stelregel dat de aandelenmarkt veel langer irrationeel kan blijven bewegen dan de ratio van de belegger toestaat. De aandelenmarkten drijven grotendeels op de geldpers daar de bedrijfswinsten merendeels tot stand komen middels herstructurering c.q. afslanking (verkoop van onderdelen en ontslag van personeel). Er is immers nauwelijks sprake van inkomensgroei bij de consument dus ook niet van een noemenswaardige omzetgroei bij het bedrijfsleven. Alleen Azië met China voorop vormt een apart verhaal. De OECD heeft niettemin de groei voor volgend jaar neerwaarts bijgesteld.
Hoe optimistisch de beleggers (nog) zijn, moge blijken uit onderstaande grafiek. In het verleden bewees de bearish sentiment indicator, nu met een uitslag van 17,57% dikwijls een voorbode van een beursomslag te zijn.
Daar komt bij dat de totale margin schuld is opgelopen naar $401,2 miljard in september j.l. aangevend dat veel aandelen wederom met geleend geld worden gekocht. In de praktijk blijkt er een hoge positieve correlatie te bestaan tussen het beursbeeld en het uitstaande quantum geleend geld. Wat dit wil zeggen is dat de meeste beleggers vooralsnog positief gestemd zijn. Immers, hoe geringer het bearish sentiment, hoe hoger de beurs en omgekeerd.
Een soortgelijk onderzoek werd onlangs uitgevoerd door Merrill Lynch die met een indicator van 15,6% op de laagste stand in 4 jaar is gekomen, net iets minder dan de stand in april 2011. In de zomer daarop viel de S&P met bijna 20% terug. Het probleem met dit soort indicatoren is dat ze op zich nuttig zijn maar niet het moment van een omslag kunnen aangeven. Als belegger dien je er wel terdege rekening mee houden.
Een andere index om in de gaten te houden is de volatiliteitsindex. Ook deze ligt er als een steeds dieper slapende vulkaan bij. Een en ander heeft er de schijn van dat alle seinen op groen staan, geheel vertrouwend op het uitgestippelde beleid van de centrale bankiers dat tot sintjuttemus zal uitlopen zolang China dit toestaat. Pas bij een stand van 25 wordt het oppassen geblazen. De beursvolatiliteit wordt doorgaans veroorzaakt door externe omstandigheden zoals een plotselinge rentebeweging, buitenparlementaire uitspraken, oorlogsdreiging of onverwachte bewegingen op de grondstoffenmarkt, bijv. een plotselinge beweging van de olieprijs.
Een soortgelijke waarneming biedt de Baltic Dry Index die de wereldwijde economische transportactiviteit meet. Sinds de laatste jaren is hier ook sprake van absolute rust.
Gezien deze onnatuurlijke marktomstandigheden dienen beleggers hoe dan ook meer dan ooit waakzaam te blijven. Per slot vonden de grootste dalingen altijd plaats op een moment (voorbeelden: 1929, 1987 en 2000) dat de beleggers optimaal positief waren.
Robert Broncel
Voor US Markets
PS. op mijn “open brief” aan president Obama van begin september werd door het Witte Huis alleen ingegaan voor zover het de ontwikkelingen in Syrië betrof, dit mede gelet op de aanhef in deze brief.